Samenstelling
Aciclovir oogzalf Diverse fabrikanten
- Toedieningsvorm
- Oogzalf (3%)
- Sterkte
- 30 mg/g
- Verpakkingsvorm
- 4,5 g
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Aldara Mylan bv
- Toedieningsvorm
- Crème
- Sterkte
- 50 mg/g
- Verpakkingsvorm
- sachet à 250 mg crème
Zyclara Mylan bv
- Toedieningsvorm
- Crème
- Sterkte
- 37,5 mg/g
- Verpakkingsvorm
- sachet à 250 mg crème
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
Bij een epitheliale herpes-simplexviruskeratitis is aciclovir-oogzalf aangewezen. Zie voor meer informatie de NHG-Standaard Rood oog en oogtrauma (2017).
Offlabel: Bij een herpes-simplexvirusconjunctivitis is aciclovir-oogzalf aangewezen.
Advies
Maak bij anogenitale wratten i.o.m. patiënt de afweging tussen thuisbehandeling of behandeling door een arts. Bij thuisbehandeling gaat de voorkeur uit naar lokale applicatie van podofyllotoxine, tweede en derde keus zijn respectievelijk imiquimod en sinecatechins. Zie verder Seksueel overdraagbare aandoeningen.
Bij een superficieel basaalcelcarcinoom zonder hoogrisicokenmerken zijn in de eerstelijnszorg excisie, cryotherapie en 5-FU-crème gelijkwaardige opties. Bij een nodulair basaalcelcarcinoom zonder hoogrisicokenmerken is excisie de voorkeursbehandeling. Zie verder verdachte huidafwijkingen. In de tweedelijnszorg is bij een superficieel basaalcelcarcinoom, bij keuze voor een niet-invasieve behandeling, imiquimod-crème een effectieve en veilige behandeling, mits voldoende therapietrouw voor thuisbehandeling wordt verwacht. Goede informatievoorziening aan de patiënt, bij voorkeur met informatieve foto’s in de patiëntenfolder is hierbij van belang.
Actinische keratose (AK) hoeft niet altijd behandeld te worden. Bij een enkele kleine AK is behandeling meestal niet nodig. De noodzaak voor behandeling neemt toe naarmate er meer of grotere laesies zijn (arbitrair: > 5 laesies of > 1 cm), bij risicofactoren (actinische veldveranderingen, voorgeschiedenis van huidkanker, immuungecompromitteerden) of als de patiënt er hinder van ondervindt, zoals pijn, jeuk of cosmetische bezwaren. Kies dan in de eerstelijnszorg voor cryotherapie (bij ≤ 5 laesies) of behandeling met 5-fluoro-uracil (5-FU)-crème. Zie verder verdachte huidafwijkingen. Geef bij multipele actinische keratose-laesies (actinische veldveranderingen) in de tweedelijnszorg 5-FU-crème. Bij onvoldoende effect bij een eerste behandeling, eventueel de behandeling herhalen. Overweeg imiquimodcrème 5 % bij eerder geen of onvoldoende effect van 5-FU-crème of indien de smeerfrequentie van 5-FU-crème niet behaald kan worden. Bij onvoldoende effect, kan de behandeling worden herhaald. Overweeg fotodynamische therapie (PDT) met methylaminolevulinaat i.c.m. daglicht of i.c.m. rood licht indien de patiënt het veld niet kan bereiken of 'non-compliant' is.
Indicaties
- Herpes simplex-keratitis.
- Offlabel: Herpes simplex-(blefaro)conjunctivitis.
Gerelateerde informatie
Indicaties
Lokale behandeling bij volwassenen van:
- uitwendige genitale en peri-anale wratten (condyloma acuminata);
- kleine superficiële basaalcelcarcinomen (sBCC's);
- klinisch typische niet-hyperkeratotische, niet-hypertrofische actinische keratose op het gelaat en de hoofdhuid bij immunocompetente patiënten, wanneer de grootte van de laesies en hun aantal de werkzaamheid en/of aanvaardbaarheid van cryotherapie beperken en andere lokale behandelmogelijkheden gecontra-indiceerd of minder geschikt zijn.
Gerelateerde informatie
Doseringen
Herpes simplex-keratitis
Volwassenen en kinderen
1 cm zalf 5×/dag met tussenpozen van 4 uur aanbrengen in de onderste conjunctivaalzak. De behandeling ten minste tot 3 dagen na volledige genezing voortzetten.
Volgens de NHG-Standaard Rood oog en oogtrauma (2017): 1 cm zalf 5×/dag met tussenpozen van 4 uur aanbrengen in de onderste conjunctivaalzak, ook zalf inmasseren in eventuele blaasjes op de ooglidranden. Aanbrengen tot een week nádat de (met fluoresceïne aankleurende) cornea-afwijkingen volledig zijn verdwenen; max. 2 weken gebruiken vanwege cornea-epitheeltoxiciteit. Noteer bij start van de behandeling de grootte van de dendriet. Controleer na 1 dag en vervolgens elke 2 dagen visus, cornea-epitheel en cornea-stroma.
Offlabel: Herpes simplex-(blefaro)conjunctivitis
Volwassenen en kinderen
Volgens de NHG-Standaard Rood oog en oogtrauma (2017): 1 cm zalf 5×/dag met tussenpozen van 4 uur aanbrengen in de onderste conjunctivaalzak, ook zalf inmasseren in eventuele blaasjes op de ooglidranden. Aanbrengen tot ten minste 3 dagen ná volledige genezing; max. 2 weken gebruiken vanwege cornea-epitheeltoxiciteit. Controleer de cornea om de drie dagen (middels fluoresceïnekleuring) en informeer naar het ontstaan van alarmsymptomen. Laat patiënt contact opnemen bij alarmsymptomen; verwijs naar de oogarts indien ondanks behandeling een keratitis ontstaat.
Doseringen
Behandelde huidoppervlak niet blootstellen aan zonlicht.
Uitwendige genitale en peri-anale wratten
Volwassenen
crème 50 mg/g (Aldara): Een dun laagje crème 3×/w. (bv. maandag, woensdag en vrijdag) voor het slapen gaan uitsluitend op de wrat aanbrengen en inwrijven totdat de crème is ingetrokken. De crème 6–10 uur op de huid laten zitten, daarna verwijderen met water en (milde) zeep. De behandeling voortzetten totdat de wratten niet meer zichtbaar zijn, maximaal 16 weken. Niet-besneden mannen met wratten onder de voorhuid moeten de voorhuid dagelijks terugtrekken en dit huidgebied wassen.
Kleine superficiële basaalcelcarcinomen
Volwassenen
crème 50 mg/g (Aldara): Een dun laagje crème 5×/week (bv. maandag t/m vrijdag) voor het slapen gaan aanbrengen op het te behandelen gebied, inclusief één centimeter huid rondom de tumor, gedurende 6 weken. De crème op de hele behandelplek inwrijven totdat de crème is ingetrokken, circa 8 uur op de huid laten zitten, daarna verwijderen met water en (milde) zeep. Het resultaat van de behandeling beoordelen na regeneratie van de behandelde huid, 12 weken na afloop van de behandeling. Bij onvolledige respons een andere behandeling instellen.
Actinische keratose
Volwassenen
crème 50 mg/g (Aldara): Voldoende crème (maximaal 1 sachet) 3×/week (bv. maandag, woensdag en vrijdag)voor het slapen gaan aanbrengen gedurende 4 weken. De crème als een dunne laag op de hele behandelplek aanbrengen en inwrijven totdat de crème is ingetrokken, circa 8 uur laten zitten, daarna verwijderen met water en (milde) zeep. Het resultaat van de behandeling na een behandelvrije periode (na regeneratie van de behandelde huid) van 4 weken beoordelen. Bij nog aanwezige laesies de behandeling daarna gedurende 4 weken voortzetten. Een behandelperiode mag nooit langer duren dan 4 weken, ook niet wanneer een dosis gemist is of een rustperiode heeft plaatsgevonden. Bij onvolledige respons 8 weken na de tweede behandelperiode, een aanvullende behandeling van 4 weken overwegen. Bij onvolledige respons na een derde behandelperiode met Aldara een andere behandeling instellen. Laesies die na 1 of 2 behandelperioden verdwenen zijn en vervolgens terugkeren kunnen na een onderbreking van ten minste 12 weken opnieuw worden behandeld met 1 of 2 nieuwe behandelingen van 4 weken.
crème 37,5 mg/g (Zyclara): 1×/dag crème (maximaal 2 sachets per keer) voor het slapengaan aanbrengen. De crème als een dunne laag op de hele behandelplek (het gezicht of de kalende hoofdhuid) inwrijven totdat de crème is ingetrokken, circa 8 uur op de huid laten zitten, daarna verwijderen met water en (milde) zeep. De behandelduur bedraagt tweemaal 2 weken (twee behandelingscycli van elk 2 weken), gescheiden door een periode van 2 weken zonder behandeling. Behandeling gedurende volledige kuur voortzetten, ook al lijken de laesies eerder te zijn verdwenen. Een behandelcyclus niet verlengen na 2 weken als gevolg van een gemiste dosis of rustperiode. Het resultaat van de behandeling beoordelen na regeneratie van de behandelde huid, ca. 8 weken na het einde van de tweede behandelcyclus en daarna met passende tussenpozen op basis van klinische beoordeling. Bij onvolledige respons 8 weken na de tweede behandelcyclus kan een éénmalige extra behandeling gedurende 2 weken (1 behandelcyclus) worden overwogen. Bij onvoldoende respons een andere behandeling inzetten. Laesies die na de twee behandelcycli van 2 weken verdwenen zijn en vervolgens terugkeren kunnen na een onderbreking van ten minste 12 weken opnieuw worden behandeld met één of twee nieuwe behandelcycli van 2 weken.
Een vergeten dosis zo spoedig mogelijk aanbrengen (Aldara) of wachten met aanbrengen tot de volgende nacht (Zyclara) en doorgaan met het behandelschema. De crème niet vaker dan 1×/dag aanbrengen.
Toediening
- Voor het aanbrengen, het te behandelen gebied met water en milde zeep wassen. Gedurende de inwerktijd niet baden of douchen. Geen (occlusief) verband aanbrengen. Vóór en na het aanbrengen van de crème de handen goed wassen.
- Geopende sachets niet opnieuw gebruiken. Eén sachet is voldoende voor de behandeling van 20 cm².
Bijwerkingen
Zeer vaak (> 10% ): oppervlakkige keratitis punctata; hiervoor is stoppen met de behandeling niet noodzakelijk en de aandoening geneest zonder gevolgen.
Vaak (1-10%): direct na toediening milde prikkeling of licht stekend gevoel van het oog, conjunctivitis.
Zelden (0,01-0,1%): blefaritis.
Zeer zelden (< 0,01%): directe overgevoeligheidsreacties inclusief angio-oedeem en urticaria.
Bijwerkingen
Lokale huidreacties komen veel voor, maar nemen over het algemeen tijdens de behandeling in intensiteit af of verdwijnen na het staken van de behandeling met imiquimod crème. Zelden ontstaat een hevige, lokale ontstekingsreactie met vochtverlies via de huid en huiderosie. Lokale ontstekingsreacties kunnen gepaard gaan met of volgen op griepachtige verschijnselen en symptomen zoals malaise, koorts, misselijkheid, spierpijn en stijfheid. Een onderbreking van de behandeling moet overwogen worden.
Gelokaliseerde, soms irreversibele hypo- en hyperpigmentatie is gemeld.
Bij genitale en peri-anale wratten
Zeer vaak (> 10%): jeuk en pijn op de plaats van aanbrengen.
Vaak (1-10%): branderigheid en irritatie op de plaats van aanbrengen. Misselijkheid, hoofdpijn, vermoeidheid, spierpijn, infecties.
Soms (0,1-1%): anorexia, buikpijn, braken, diarree. Slapeloosheid, slaperigheid, duizeligheid. Depressie. Migraine. Paresthesie. Tinnitus. Blozen. Faryngitis, rinitis. Artralgie, rugpijn, stijfheid. Lymfadenopathie, koorts, griep, malaise, pijn, asthenie. Dysurie, genitale pijn, erectiestoornis, dyspareunie, uterovaginale prolaps, atrofische vaginitis, aandoeningen van penis, vulva of rectum. Jeuk, eczeem, folliculitis, erythemateuze uitslag, urticaria, hyperhidrose.
Bij sBCC
Zeer vaak (> 10%): jeuk op de plaats van aanbrengen.
Vaak (1-10%): pijn, branderigheid, irritatie, erytheem, bloeding, papels, paresthesie en uitslag op de plaats van aanbrengen. Infecties, pustels. Lymfadenopathie. Rugpijn.
Soms (0,1-1%): eczeem, afscheiding, ontsteking, oedeem, korstvorming, huidafbraak en blaasjes op de plaats van aanbrengen. Misselijkheid, droge mond. Lethargie en prikkelbaarheid. Griepachtige verschijnselen.
Bij actinische keratose
Zeer vaak (> 10%): erytheem, korstvorming, huidvervelling, droge huid, oedeem, hypopigmentatie, afscheiding en zweren op de plaats van aanbrengen.
Vaak (1-10%): jeuk, pijn, zwelling, branderigheid, irritatie en uitslag op de plaats van aanbrengen. Anorexie, misselijkheid, braken, diarree. Hoofdpijn, duizeligheid, slapeloosheid, vermoeidheid. Lymfadenopathie, koorts, pijn, griepachtige symptomen. Pijn op de borst. Herpes simplex infecties, eczeem. Toename bloedglucose. Myalgie, artralgie.
Soms (0,1-1%): eczeem, afscheiding, ontsteking, warmtegevoel, paresthesie, hyperesthesie, oedeem, huidafbraak, korstvorming, littekens, blaasjes, bloeding, ulcus, papels op de plaats van aanbrengen. Infecties, pustels. Droge mond, diarree. Lymfadenopathie, koorts, rillingen, griep. Rinitis, neuscongestie, faryngo-laryngeale pijn. Pijn in ledematen, stijfheid, rugpijn, asthenie. Depressie, snel geïrriteerd, lethargie. Conjunctivale irritatie, ooglidoedeem. Gezichtsoedeem.
Zelden (0,01-0,1%): huidreacties op afstand van de toedieningsplaats, verergering auto-immuunaandoeningen.
Verder zijn gemeld: alopecia (rond of op plaats van aanbrengen). Huidinfecties, hyperpigmentatie van de huid. Erythema multiforme, Stevens-Johnsonsyndroom, lupus erythematodes van de huid. Afname hemoglobinegehalte, leukocyten en trombocyten. Stijging van leverenzymwaarden.
Interacties
Er zijn van dit middel geen interacties bekend.
Interacties
Wees voorzichtig met gelijktijdig gebruik van immunosuppressiva, vanwege de immunomodulerende eigenschappen (zie Waarschuwingen en Voorzorgen).
Gelijktijdig gebruik van de imiquimodcrème 50 mg/g (Aldara) met de imiquimodcrème 37,5 mg/g (Zyclara) in hetzelfde behandelgebied vermijden in verband met meer kans op ernstige lokale huidreacties.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens zijn bij gebruik van oraal aciclovir tijdens een groot aantal zwangerschappen geen schadelijke effecten gezien.
Farmacologisch effect: De systemische blootstelling aan aciclovir na gebruik van de oogzalf is laag.
Advies: Kan volgens voorschrift worden gebruikt.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren geen aanwijzingen voor schadelijkheid.
Farmacologisch effect: Systemische blootstelling via absorptie door de huid bij de moeder is gering.
Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Ja, in geringe mate.
Farmacologisch effect: Er zijn geen nadelige effecten op de zuigeling gemeld bij oraal gebruik van aciclovir door de moeder. Het is onwaarschijnlijk dat bij lokale toediening bij de moeder werkzame hoeveelheden de zuigeling bereiken.
Advies: Kan volgens voorschrift worden gebruikt.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend.
Farmacologisch effect: Gezien de geringe systemische blootstelling na gebruik van de crème bij de moeder zijn nadelige effecten bij de zuigeling, bij gebruik op een beperkt huidoppervlak, niet waarschijnlijk.
Advies: Kan waarschijnlijk veilig worden gebruikt.
Contra-indicaties
- overgevoeligheid voor (val)aciclovir.
Contra-indicaties
Er zijn van dit middel geen contra-indicaties bekend.
Waarschuwingen en voorzorgen
Informeer patiënt bij de start van de behandeling dat aciclovir-oogzalf vaak na tien dagen wat gaat irriteren, maar bij herpes simplex-keratitis toch gebruikt moet worden tot een week nadat de cornea-afwijkingen zijn verdwenen. Bij herpes simplex-conjunctivitis is gebruik tot ten minste 3 dagen na volledige genezing noodzakelijk.
Doorverwijzing oogarts: een HSV-keratitis kan recidiveren (met een groter risico op stroma-aantasting); laat de patiënt contact op nemen zodra een recidief wordt herkend om antivirale behandeling te beginnen en te verwijzen naar een oogarts. Verwijs ook bij stroma-aantasting, bij contactlensdragers vanwege meer risico op complicaties, bij visusvermindering en bij uitbreiding van klachten tijdens behandeling met de aciclovir-oogzalf. Visusvermindering kan duiden op aantasting van andere structuren dan het oppervlakkige cornea-epitheel (zoals corneastroma, uvea of oogzenuw).
Tijdens behandeling van een ooginfectie geen contactlenzen dragen.
Waarschuwingen en voorzorgen
Alle indicaties: Wees voorzichtig bij immuungecompromitteerde patiënten (geen ervaring), bij gebruik van immunosuppressieve medicatie en verder bij auto-immuunziekten of orgaantransplantaties; hierbij het voordeel van de behandeling afwegen tegen het risico van potentiële verergering van de auto-immuunziekte c.q. het ontstaan van afstotingsreacties. Vermijd contact met de ogen, lippen en neusgaten. Aanbrengen op beschadigde huid kan leiden tot verhoogde systemische absorptie. Niet toepassen onder occlusie. Exacerbaties van inflammatoire huidaandoeningen kunnen optreden. Na eerdere medicamenteuze of operatieve behandeling, imiquimod pas toepassen als het betrokken huidgebied is genezen. Lokale huidreacties kunnen te maken hebben met de stimulatie van een lokale immuunrespons; er is een verband tussen de complete 'clearance rate' van sBCC's en actinische keratose-laesies en de intensiteit van lokale huidreacties (bv. erytheem). Hevige, lokale ontstekingsreactie met vochtverlies via de huid en huiderosie kunnen optreden. Deze kunnen gepaard gaan met of volgen op griepachtige verschijnselen en symptomen zoals malaise, koorts, misselijkheid, spierpijn en stijfheid. Bij het optreden van ernstige lokale huidreacties tijdens de behandeling een rustpauze van enkele dagen overwegen en behandeling weer voortzetten als de huidreactie is afgenomen of een dosisaanpassing overwegen. Het behandelde huidoppervlak niet aan (natuurlijk of kunstmatig) zonlicht blootstellen De veiligheid en werkzaamheid bij kinderen zijn niet vastgesteld. Bij kinderen met molluscum contagiosum is de behandeling met imiquimod ineffectief gebleken.
Genitale en peri-anale wratten: Wees voorzichtig bij behandelen van niet-besneden mannelijke patiënten met wratten rond of onder de voorhuid. Bij achterwege blijven van de voorhuidhygiëne kan ernstige phimosis en strictuurvorming optreden; uitsluitend gebruiken bij het dagelijks toepassen van de voorhuidhygiëne. Bij de eerste tekenen van een strictuur zoals lokale huidreacties (erosie, zweren, oedeem, verharding) en toenemende moeite met het terugschuiven van de voorhuid, de behandeling onmiddellijk staken. Imiquimod niet toepassen bij inwendige genitale wratten (urethrale, intravaginale, cervicale, rectale of intra-anale wratten) of op open zweren of wonden. Lokale huidreacties (erytheem, erosie, excoriatie, oedeem, induratie, ulceratie, korstvorming en vesikelvorming) kunnen optreden. Bij het optreden van onverdraaglijke huidreacties, crème verwijderen en behandelde huidgebied met milde zeep en water wassen. Bij vermindering van de huidreactie behandeling hervatten. Ernstige lokale reacties aan de (opening van de) urinebuis leidend tot problemen bij de urinelozing zijn in zeldzame gevallen gemeld bij vrouwen. Crème van de huid verwijderen voordat seksueel contact plaatsvindt. Imiquimod-crème kan de betrouwbaarheid van condooms en pessaria verminderen. Bij hiv-positieve patiënten is imiquimod minder effectief. Behandeling niet herhalen bij immuungecompromitteerde patiënten.
sBCC: Niet toepassen bij sBCC's binnen één centimeter van de oogleden, neus, lippen of haarlijn. Er is geen ervaring bij immuungecompromitteerde patiënten. Er is geen ervaring met behandeling bij een recidief en eerder behandeld sBCC; niet gebruiken bij eerder behandelde sBCC's. Grote BCC's (> 7,25 cm²) reageren waarschijnlijk minder op de behandeling. Bij ernstige lokale huidreacties de behandeling enkele dagen staken en hervatten na vermindering van de huidreactie.
Actinische keratose: Imiquimod is niet onderzocht bij laesies op de oogleden, oren, het lippenrood of aan de binnenzijde van de neusgaten. Niet toepassen bij actinische keratose-laesies met duidelijke hyperkeratose of hypertrofie zoals bij huidhoorn of op andere locaties dan het gelaat en de hoofdhuid. Er zijn geen gegevens beschikbaar over herhaalde behandeling van actinische keratose die is verdwenen na een of twee (Aldara) of twee (Zyclara) behandelcycli en vervolgens weer verschijnt.
Onderzoeksgegevens: Wees voorzichtig bij patiënten met hart-, lever- of nierinsufficiëntie vanwege het ontbreken van gegevens; nauwlettende controle is vereist.
Eigenschappen
Purine (guanine) nucleoside-analogon. Antivirale stof met in vitro grote selectieve werkzaamheid tegen herpes-simplex-virus, type 1 en 2 en het varicella-zostervirus. Aciclovir wordt in de cel omgezet in aciclovirmonofosfaat door virus-geïnduceerd thymidinekinase. Dit aciclovirmonofosfaat wordt door cellulaire enzymen verder omgezet tot het actieve aciclovirtrifosfaat. Aciclovirtrifosfaat remt competitief het virale DNA-polymerase en voorkomt verdere virale DNA-synthese met als gevolg blokkade van de vermenigvuldiging van het virus.
Werking bij herpes simplex-keratitis: na aanvang meestal < 5 dagen duidelijk herstel; m.n. een eerste dendritische keratitis reageert over het algemeen zeer goed op aciclovir.
Kinetische gegevens
Resorptie | Penetreert snel in het hoornvliesepitheel en de oppervlakkige oogweefsels. Na aanbrengen niet detecteerbaar in het bloed. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Eigenschappen
Imiquimod is een immunomodulerende stof die na cutane toepassing een lokale immuunrespons induceert. In diermodellen vertoont het antivirale en antitumoreffecten, voornamelijk via inductie van interferon α en andere cytokinen.
Bij anogenitale wratten activeert imiquimod lokaal de cellulaire immuniteit waardoor de klaring van het virus wordt versneld. Kleine en nieuwe wratten reageren beter op behandeling dan oudere en grotere hyperkeratotische wratten.
Kinetische gegevens
Resorptie | < 0,9%. Bij kinderen van 6–12 jaar is de absorptie vergelijkbaar, bij kinderen van 2–5 jaar hoger dan bij volwassenen. |
Eliminatie | onveranderd en snel met de urine (ca. 75%) en de feces (ca. 25%). |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Groepsinformatie
aciclovir (oculair) hoort bij de groep antivirale middelen, lokaal.
Groepsinformatie
imiquimod hoort bij de groep antivirale middelen, lokaal.