Samenstelling
Bretaris Genuair (als bromide) Aanvullende monitoring Covis Pharma Europe bv
- Toedieningsvorm
- Inhalatiepoeder
- Sterkte
- 322 microg/dosis
- Verpakkingsvorm
- 60 doses
In inhalator 'Genuair'.
Eklira Genuair (als bromide) Aanvullende monitoring Covis Pharma Europe bv
- Toedieningsvorm
- Inhalatiepoeder
- Sterkte
- 322 microg/dosis
- Verpakkingsvorm
- 60 doses
In inhalator 'Genuair'.
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Spiriva (als bromide) Boehringer Ingelheim bv
- Toedieningsvorm
- Inhalatiepoeder in capsule
- Sterkte
- 18 microg
Eventueel afgeleverd met Handihaler. De dosis die het mondstuk van de inhalator verlaat is 10 microg tiotropium.
- Toedieningsvorm
- Inhalatie-oplossing 'Respimat'
- Sterkte
- 2,5 microg/dosis
- Verpakkingsvorm
- 60 doses
Eventueel afgeleverd met inhalator.
Tavulus (als bromide) Glenmark Pharmaceuticals Europe Ltd
- Toedieningsvorm
- Inhalatiepoeder in capsule
- Sterkte
- 18 microg
Geleverd met inhalator. De capsule bevat 18 microg tiotropium, de dosis die het mondstuk van de inhalator verlaat is 10 microg tiotropium.
Tiotropium (als bromide) Diverse fabrikanten
- Toedieningsvorm
- Inhalatiepoeder in capsule
- Sterkte
- 18 microg
Geleverd met NeumoHaler. De capsule bevat 18 microg tiotropium, de dosis die het mondstuk van de inhalator verlaat is 12 microg tiotropium.
Tiotrus (als bromide) Teva Nederland bv
- Toedieningsvorm
- Inhalatiepoeder in capsule
- Sterkte
- 10 microg
De capsule bevat 13 microg tiotropium, de dosis die het mondstuk van de inhalator verlaat is 10 microg tiotropium.
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
Bij COPD is verreweg de belangrijkste interventie stoppen met roken, naast andere leefstijladviezen zoals meer bewegen. De medicamenteuze behandeling is symptomatisch en een aanvulling op niet-medicamenteuze adviezen; bij weinig klachten of beperkingen kan medicatie achterwege blijven. Behandel infrequente dyspneuklachten bij iemand die geen longaanval heeft gehad, met ‘zo nodig’-gebruik van een kortwerkende luchtwegverwijder, dit is een kortwerkende β2-receptoragonist (SABA) of muscarine-antagonist (SAMA). Behandel regelmatige dyspneuklachten met een onderhoudsbehandeling van één of meer langwerkende luchtwegverwijders, zoals een langwerkende β2-receptoragonist (LABA) en/of muscarine-antagonist (LAMA). Overweeg een inhalatiecorticosteroïde (ICS) alléén bij frequente longaanvallen (≥ 2 per jaar), ondanks behandeling met één of meer langwerkende luchtwegverwijders.
Voor een optimaal effect van geneesmiddelen bij COPD is een juiste inhalatietechniek onontbeerlijk. Houd rekening met: patiëntgebonden factoren zoals coördinatie en inspiratiekracht, en milieuaspecten (aerosolen bevatten in verschillende mate een sterk milieubelastend broeikasgas).
Advies
De belangrijkste niet-medicamenteuze adviezen bij astma zijn stoppen met roken en zorgen voor een rookvrije omgeving. Verder is het vermijden van expositie aan allergenen en andere prikkels van groot belang, met name bij allergisch astma. Bij volwassenen is de basis van de medicamenteuze behandeling een inhalatiecorticosteroïde (ICS), al dan niet in combinatie met een langwerkend β2-sympathicomimeticum (LABA). Het indicatiegebied voor gebruik van een kortwerkend β2-sympathicomimeticum (SABA) is beperkt; alleen bij zeer weinig frequente astmaklachten (≤ 2×/week overdag) of bij inspanningsklachten is 'zo nodig'-gebruik (max. 2x/week) van een SABA geïndiceerd. Bij kinderen bestaat de behandeling bij weinig frequente klachten (≤ 2×/week overdag) of bij inspanningsklachten uit ‘zo nodig’-gebruik een SABA; bij frequentere klachten deze behandeling combineren met een onderhoudsbehandeling ICS.
Tiotropium heeft bij volwassenen een beperkte plaats als toevoeging aan een LABA en ICS bij ernstig of moeilijk behandelbaar astma. Het kan als alternatief voor een LABA bij bijwerkingen of contra-indicatie naast een ICS worden gegeven. Tiotropium heeft geen plaats in de eerstelijnsbehandeling van kinderen met astma.
Bij COPD is verreweg de belangrijkste interventie stoppen met roken, naast andere leefstijladviezen zoals meer bewegen. De medicamenteuze behandeling is symptomatisch en een aanvulling op niet-medicamenteuze adviezen; bij weinig klachten of beperkingen kan medicatie achterwege blijven. Behandel infrequente dyspneuklachten bij iemand die geen longaanval heeft gehad, met ‘zo nodig’-gebruik van een kortwerkende luchtwegverwijder, dit is een kortwerkende β2-receptoragonist (SABA) of muscarine-antagonist (SAMA). Behandel regelmatige dyspneuklachten met een onderhoudsbehandeling van één of meer langwerkende luchtwegverwijders, zoals een langwerkende β2-receptoragonist (LABA) en/of muscarine-antagonist (LAMA). Overweeg een inhalatiecorticosteroïde (ICS) alléén bij frequente longaanvallen (≥ 2 per jaar), ondanks behandeling met één of meer langwerkende luchtwegverwijders.
Voor een optimaal effect van geneesmiddelen bij astma en COPD is een juiste inhalatietechniek onontbeerlijk. Houd rekening met: patiëntgebonden factoren zoals coördinatie en inspiratiekracht, en milieuaspecten (aerosolen bevatten in verschillende mate een sterk milieubelastend broeikasgas).
Indicaties
- Onderhoudsbehandeling van chronische obstructieve longziekte (COPD) ter verlichting van symptomen bij volwassenen.
Gerelateerde informatie
Indicaties
- Bronchusverwijdende onderhoudsbehandeling van chronische obstructieve longaandoeningen (COPD).
- Inhalatie-oplossing tevens: additionele bronchusverwijdende onderhoudsbehandeling van ernstig astma bij volwassenen en kinderen ≥ 6 jaar, die in het voorgaande jaar één of meer ernstige exacerbaties hebben doorgemaakt.
Gerelateerde informatie
Doseringen
COPD
Volwassenen (incl. ouderen)
322 microg 2×/dag.
Verminderde nier- of leverfunctie: er is geen dosisaanpassing nodig.
Gemiste dosis: deze zo snel mogelijk alsnog innemen. Indien het bijna tijd is voor de volgende dosis, de gemiste dosis overslaan.
Doseringen
COPD
Volwassenen
1 capsule van 10 microg óf 18 microg (inhalatiepoeder) of 5 microg (inhalatie-oplossing ) 1×/dag, steeds op hetzelfde tijdstip.
Ernstig astma
Volwassenen en kinderen ≥ 6 jaar
5 microg (inhalatie-oplossing ) 1×/dag, steeds op hetzelfde tijdstip, als aanvulling op een onderhoudsbehandeling met inhalatiecorticosteroïden.
Verminderde nierfunctie: Een dosisaanpassing is niet nodig. Wees voorzichtig bij een matige tot ernstige nierfunctiestoornis (creatinineklaring ≤ 50 ml/min) vanwege een mogelijke stijging van de plasmaconcentratie.
Verminderde leverfunctie: Een dosisaanpassing is niet nodig.
Toediening: De capsule of inhalatie-oplossing toedienen met de daarvoor bestemde inhalator.
Bijwerkingen
Vaak (1-10%): nasofaryngitis, sinusitis. Hoofdpijn. Hoesten. Misselijkheid, diarree.
Soms (0,1%-1%): tachycardie, palpitaties. Duizeligheid. Wazig zien. Dysfonie, droge mond, stomatitis. Urineretentie. Huiduitslag, jeuk.
Zelden (0,01-0,1%): overgevoeligheid.
Verder zijn gemeld: angio-oedeem, paradoxaal bronchospasme, anafylactische reactie.
Bijwerkingen
Vaak (1-10%): droge mond (bij COPD 2,9–4%).
Soms (0,1-1%):droge mond (bij astma 0,8%), orale of faryngeale candidiase, bronchospasmen, hoest, faryngitis, smaakstoornis, stemstoornis. Obstipatie, gastro-oesofageale reflux. Duizeligheid, hoofdpijn, slapeloosheid. Wazig zien. Hartkloppingen, atriumfibrilleren. Dysurie, urineretentie. Huiduitslag, jeuk.
Zelden (0,01-0,1%): (supraventriculaire) tachycardie. Laryngitis, dysfagie. Overgevoeligheidsreacties (o.a. angio-oedeem). Urticaria, huidinfectie/-ulcus, droge huid. Verhoogde oogboldruk, glaucoom. Neusbloeding, sinusitis. Tandcariës, stomatitis, gingivitis, glossitis. Darmobstructie (waaronder paralytische ileus), misselijkheid. Urineweginfectie.
Verder zijn gemeld: anafylactische reactie. Dehydratie. Gewrichtszwelling.
Bij hogere leeftijd kan de incidentie van anticholinerge effecten (zoals droge mond en obstipatie) toenemen.
Interacties
Gelijktijdige toediening van andere anticholinergica is niet onderzocht en wordt daarom niet aanbevolen.
Interacties
Gelijktijdige toediening van andere anticholinergica is niet onderzocht en wordt daarom niet aanbevolen.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren in zeer hoge doses aanwijzingen voor schadelijkheid (foetotoxiciteit).
Advies: Gebruik ontraden.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren alleen aanwijzingen voor schadelijkheid bij toxische maternale doseringen.
Advies: Gebruik ontraden.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend. Ja, bij dieren.
Farmacologisch effect: De plasmaspiegels bij de moeder na inhalatie zijn laag door de lage biologische beschikbaarheid en het hoge verdelingsvolume, daarbij is de opname vanuit het maag-darmkanaal van de zuigeling gering. Er worden daarom geen effecten bij de zuigeling verwacht.
Advies: Kan waarschijnlijk veilig worden gebruikt.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Ja, bij dieren (in geringe mate).
Farmacologisch effect: De plasmaspiegels bij de moeder na inhalatie zijn laag door de lage biologische beschikbaarheid en het hoge verdelingsvolume, daarbij is de opname vanuit het maag-darmkanaal van de zuigeling gering. Er worden daarom geen effecten bij de zuigeling verwacht.
Advies: Kan waarschijnlijk veilig worden gebruikt.
Contra-indicaties
- Er zijn van dit middel geen klinisch relevante contra-indicaties bekend.
Contra-indicaties
- overgevoeligheid voor atropine of atropinederivaten, zoals tiotropium en ipratropium.
Waarschuwingen en voorzorgen
Niet gebruiken bij astma of voor de behandeling van acute bronchospasmen.
Bij optreden van paradoxale bronchospasmen met een onmiddellijke toename van dyspneu na inhalatie de therapie staken en op een andere behandeling overgaan.
Comorbiditeit: Wees voorzichtig bij prostaathyperplasie, blaashalsobstructie of urineretentie, hartfalen (NYHA-klasse III of IV) waarvoor ziekenhuisopname in de afgelopen 12 maanden, recent myocardinfarct (≤ 6 maanden), nieuwe diagnose van aritmie (≤ 3 maanden) en instabiele angina pectoris.
Oculaire effecten: Parasympathicolytica kunnen door pupilverwijding de oogdruk verhogen en een aanval van acuut glaucoom veroorzaken. Contact met de ogen vermijden, aangezien dit kan leiden tot toename van nauwe-kamerhoekglaucoom, pijn of onaangenaam gevoel in de ogen, wazig zien, visuele halo's gecombineerd met rode ogen en cornea-oedeem.
Cariës: Langdurig gebruik van parasympathicolytica kan leiden tot droge mond en cariës.
Waarschuwingen en voorzorgen
Tiotropium is niet geschikt voor de behandeling van acute bronchospasmen en van cystische fibrose. Bij gebruik bij cystische fibrose kunnen de symptomen toenemen (achteruitgang longfunctie en luchtweginfecties).
Comorbiditeit: Wees voorzichtig bij prostaathyperplasie, urineretentie, recent myocardinfarct (< 6 mnd.), hartfalen (NYHA-klasse III of IV), ernstige hartritmestoornis of matig tot ernstig verminderde nierfunctie..
Oculaire effecten: Parasympathicolytica kunnen door pupilverwijding de oogdruk verhogen en zo een aanval van acuut glaucoom veroorzaken. Contact met de ogen vermijden, aangezien dit kan leiden tot nauwe-kamerhoekglaucoom, pijn of onaangenaam gevoel in de ogen, wazig zien, visuele halo's gecombineerd met rode ogen en cornea-oedeem.
Langdurig gebruik van anticholinergica kan leiden tot droge mond en cariës.
Onderzoeksgegevens: De veiligheid en werkzaamheid van tiotropium bij kinderen < 6 jaar met astma en bij kinderen < 18 jaar met matig astma zijn nog niet vastgesteld; gebruik wordt ontraden. Er is geen langetermijnervaring bij ernstige nierinsufficiëntie.
Overdosering
Symptomen
Anticholinerge verschijnselen.
Neem voor informatie over een vergiftiging met aclidinium contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.
Overdosering
Symptomen
Anticholinerge verschijnselen.
Zie voor meer symptomen en behandeling de monografie op vergiftigingen.info.
Eigenschappen
Langwerkend parasympathicolyticum met een competitieve reversibele antagonistische werking vooral op de M3-muscarinereceptoren in de luchtwegen en in mindere mate op M2-receptoren. In de luchtwegen leidt inhibitie van M3-receptoren op het gladde spierweefsel tot relaxatie en bronchodilatatie. De werking treedt binnen 30 minuten in, is maximaal binnen 1–3 uur en houdt 12 uur aan.
Kinetische gegevens
Resorptie | ca. 30% van de geïnhaleerde dosis komt in de longen, < 5% komt in de systemische circulatie. |
T max | < 15 min. |
Metabolisering | wordt snel en uitgebreid gehydrolyseerd tot farmacologisch inactieve alcohol- en carboxylzuurderivaten. |
Eliminatie | ca. 65% wordt uitgescheiden met de urine, waarvan ca. 0,1% ongewijzigd. Ca. 33% wordt uitgescheiden met de feces in de vorm van metabolieten. |
T 1/2el | 14 uur bij COPD-patiënten. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Eigenschappen
Langwerkend parasympathicolyticum, specifiek werkzaam op de muscarine(M-)receptoren (met name op de M3-receptoren). De bronchodilatatie na inhalatie is hoofdzakelijk het gevolg van een lokaal effect op de bronchiale gladde musculatuur. De werking treedt binnen 30 min in en houdt langer dan 24 uur aan; maximale bronchodilatatie wordt op de derde dag bereikt.
Kinetische gegevens
F | inhalatiepoeder ca. 20%, inhalatie-oplossing ca. 33%. |
T max | 5–7 min. |
V d | 32 l/kg. |
Metabolisering | in geringe mate door CYP2D6 en CYP3A4 tot twee inactieve metabolieten, N-methylscopine en dithienylglycolzuur. |
Eliminatie | ca. 7–19% onveranderd met de urine, het resterende deel met de feces. |
T 1/2el | 27–45 uur. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Groepsinformatie
aclidinium hoort bij de groep parasympathicolytica, inhalatie.
Groepsinformatie
tiotropium hoort bij de groep parasympathicolytica, inhalatie.