Samenstelling

Zie voor hulpstoffen de productinformatie van CBG/EMA of raadpleeg een apotheker.

Anidulafungine XGVS Diverse fabrikanten

Toedieningsvorm
Poeder voor concentraat voor infusievloeistof
Sterkte
100 mg

Ecalta XGVS Pfizer bv

Toedieningsvorm
Poeder voor concentraat voor infusievloeistof
Sterkte
100 mg

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Advies

Zie voor informatie over de behandeling van invasieve candidiasis de SWAB-richtlijn invasieve schimmelinfecties (2017, in hoofdstuk 3).

Indicaties

  • Behandeling van invasieve candidiasis bij volwassenen en kinderen vanaf de leeftijd van 1 maand.

Doseringen

Klap alles open Klap alles dicht

Invasieve candidiasis

Volwassenen (incl. ouderen)

I.v. infusie: 200 mg op dag 1, gevolgd door 100 mg/dag. Behandelduur baseren op de klinische respons. In het algemeen: de antimycotische behandeling tot ten minste 14 dagen na de laatste positieve kweek voortzetten. Er zijn onvoldoende gegevens over het gebruik langer dan 35 dagen.

Verminderde leverfunctie: geen dosisaanpassing nodig.

Verminderde nierfunctie: geen dosisaanpassing nodig, ook niet in geval van dialyse. Anidulafungine kan gegeven worden ongeacht wanneer dialyse plaatsvindt.

Kinderen vanaf 1 maand tot < 18 jaar

I.v. infusie: 3,0 mg/kg lichaamsgewicht (max. 200 mg) op dag 1, gevolgd door 1,5 mg/kg (max. 100 mg) per dag. Behandelduur baseren op de klinische respons. In het algemeen: de antimycotische behandeling tot ten minste 14 dagen na de laatste positieve kweek voortzetten. Er zijn onvoldoende gegevens over het gebruik langer dan 35 dagen.

Toediening

  • Vóór gebruik oplossen met water voor injectie en verder verdunnen in NaCl 0,9% of glucose 5% tot een uiteindelijke concentratie van 0,77 mg/ml.
  • In verband met het risico van infusie-gerelateerde bijwerkingen de infusiesnelheid niet hoger instellen dan 1,1 mg/min (= 1,4 ml/min = 84 ml/uur).
  • Niet toedienen als bolusinjectie.

Bijwerkingen

Zeer vaak (> 10%): misselijkheid, diarree. Hypokaliëmie.

Vaak (1-10%); hypotensie, hypertensie. Bronchospasme, dyspneu. Convulsies, hoofdpijn. Braken. Huiduitslag, jeuk. Hyperglykemie. Verhoogd ALAT, ASAT, AF, bilirubine, cholestase. Verhoogde creatininewaarde.

Soms: (0,1-1%): voorbijgaande roodheid van gezicht en hals, opvliegers. Pijn in de bovenbuik. Urticaria. Coagulopathie. Pijn op de infusieplaats. Verhoogd γ–GT.

Verder zijn gemeld: anafylactische reacties, incl. shock. Significante leverfunctiestoornis, hepatitis, leverfalen.

Bij kinderen van 1 maand – 18 jaar is een hogere incidentie van bepaalde lever- en galbijwerkingen, waaronder verhoogde ASAT- en ALAT-waarden (7–10%), waargenomen dan bij volwassenen (2%). Het is niet uitgesloten dat dit aan de behandeling met anidulafungine kan liggen.

Interacties

Anidulafungine is géén klinisch relevant(e) substraat, inductor of remmer van cytochroom P-450 iso-enzymen (bv. 1A2, 2B6, 2C8, 2C9, 2C19, 2D6, 3A).

Combinatie met anesthetica kan mogelijk infusiegerelateerde reacties verergeren.

Zwangerschap

Door de hoge eiwitbinding van anidulafungine is slechts een kleine fractie beschikbaar voor passage door de placenta.

Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren alleen aanwijzingen voor schadelijkheid bij doses toxisch voor het moederdier (lager gewicht foetussen).

Advies: Alleen op strikte indicatie toepassen.

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Onbekend bij de mens. Ja, bij dieren. Een nadelig effect bij de zuigeling kan niet worden uitgesloten.

Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel óf het geven van borstvoeding ontraden.

Contra-indicaties

  • Overgevoeligheid voor echinocandinen zoals caspofungine.

Waarschuwingen en voorzorgen

Levertoxiciteit: bij stijging van leverenzymwaarden tijdens de behandeling controleren op tekenen van een verslechterende leverfunctie; beoordeel bij verslechtering of voortzetting van de behandeling geïndiceerd is.

Bij behandeling pasgeborenen < 1 maand oud (=offlabel) aandacht besteden aan het verspreidingsgebied van gedissemineerde candidiasis, met inbegrip van het centraal zenuwstelsel (CZS). Niet-klinische infectiemodellen (diermodellen) wijzen erop dat hogere doses nodig zijn om voldoende penetratie in het CZS te verkrijgen. Dit zou echter leiden tot hogere doses van de hulpstof polysorbaat 80, aanwezig in het poeder voor concentraat, welke in de literatuur in verband zijn gebracht met potentieel levensbedreigende toxiciteit. Het offlabel behandelen van pasgeborenen < 1 maand met anidulafungine wordt daarom niet aanbevolen.

Onvoldoende onderzocht: anidulafungine is niet onderzocht bij Candida-endocarditis, osteomyelitis of meningitis, evenmin bij infecties met C. krusei; de werkzaamheid is niet vastgesteld. Anidulafungine is alleen bij een beperkt aantal patiënten in een neutropene fase onderzocht en bij een beperkt aantal patiënten met diep-gelegen candida-infecties of een intra-abdominaal abces. Er zijn geen gegevens die de werkzaamheid en veiligheid ondersteunen van doses hoger dan die genoemd in rubriek Dosering. Er zijn onvoldoende gegevens over de werkzaamheid en veiligheid bij een leeftijd < 1 maand. Wel zijn er veiligheidsbezwaren voor wat betreft de (offlabel) toepassing bij deze populatie (zie paragraaf behandeling pasgeborenen).

Overdosering

Symptomen

Na onbedoelde toediening van 400 mg zijn geen klinische reacties gerapporteerd. Bij gezonde vrijwilligers die 260 mg als aanvangsdosis, gevolgd door 130 mg dagelijks ontvingen, werden bij 3 van de 10 personen asymptomatische transaminaseverhogingen waargenomen (≤ 3× de bovengrens van de normaalwaarde). Een kind dat 143% van de bedoelde dosis ontving, ondervond geen klinische reacties.

Neem voor meer informatie over een overdosering van anidulafungine contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.

Eigenschappen

Semi-synthetisch lipopeptide (echinocandine) dat gesynthetiseerd wordt uit een fermentatieproduct van Aspergillus nidulans. Anidulafungine remt selectief de 1,3–β–D–glucaansynthetase, waardoor de aanmaak van het voor de schimmelcelwand essentiële 1,3–β–D–glucaan wordt geremd.

Anidulafungine heeft een fungicide werking tegen:

  • Candida spp., waaronder C. albicans, C. glabrata, C. krusei en C. tropicalis en in mindere mate C. parapsilosis;
  • gebieden van actieve hyfe-celgroei bij Aspergillus fumigatus.

Kinetische gegevens

V d 0,4–0,7 l/kg.
Eiwitbinding > 99%.
Overig Passage bloed-hersenbarrière: onbekend.
Metabolisering wordt niet in de lever gemetaboliseerd; anidulafungine ondergaat langzame chemische degradatie bij fysiologische temperatuur en pH.
Eliminatie vnl. met de feces via biliaire secretie, vnl. in de vorm van peptide-afbraakproducten. Anidulafungine is niet dialyseerbaar.
T 1/2el 40–50 uur. De steady-state-concentratie wordt echter al na de aanvangsdosis bereikt.

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Groepsinformatie

anidulafungine hoort bij de groep echinocandinen.