Samenstelling
BCG-vaccin AJV XGVS RIVM
- Toedieningsvorm
- Poeder voor injectievloeistof
- Sterkte
- 0,75 mg/ml
- Verpakkingsvorm
- 10 doses + 1,0 ml oplosmiddel
Bevat per dosis à 0,1 ml: Mycobacterium bovis Danish 1331 0,075 mg, overeenkomend met 2–8 × 10 5 levende bacteriën per vaccindosis.
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Nuvaxovid Omicron XBB.1.5 XGVS Aanvullende monitoring Novavax CZ as
- Toedieningsvorm
- Dispersie voor injectie
- Sterkte
- 5 microg/dosis
- Verpakkingsvorm
- flacon voor meervoudige dosering
Bevat per flacon: 5 doses à 0,5 ml. Een dosis bevat 5 microg SARS-CoV-2 (Omicron XBB.1.5) spike-eiwit, met Matrix-M (42,5 microg fractie-A en 7,5 microg fractie-C van Quillaja saponaria Molina extract).
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
Verwijs risicogroepen naar de GGD voor een BCG-vaccinatie. Risicogroepen zijn: kinderen < 12 jaar (met ten minste 1 ouder) afkomstig uit een land met hoge tuberculose-incidentie én reizigers met een lange reisduur naar of verblijf in nauw contact met lokale bevolking in hoog-endemische gebieden.
Advies
De Gezondheidsraad adviseert om in het najaar van 2024 vaccinatie aan te bieden aan mensen van 60 jaar en ouder, volwassenen die in aanmerking komen voor de jaarlijkse griepprik en volwassenen en kinderen uit medische hoog-risicogroepen. Ook medewerkers in de gezondheidszorg die direct contact hebben met kwetsbare patiënten komen in aanmerking voor vaccinatie. Buiten deze najaarsronde, is vaccinatie alleen geïndiceerd voor volwassenen en kinderen uit medische hoogrisicogroepen (als dat geadviseerd wordt door een behandelend arts) en voor personen die op individuele basis door een behandelend arts zijn verwezen voor vaccinatie. COVID-19-vaccinatie wordt niet standaard aan alle zwangeren geadviseerd. Voor het vaccinatieprogramma wordt gevaccineerd met het monovalente XBB.1.5 vaccin Comirnaty. Nuvaxovid is beschikbaar voor personen die geen mRNA-vaccin mogen of willen.
Indicaties
- Actieve immunisatie tegen tuberculose.
Gerelateerde informatie
Indicaties
- Actieve immunisatie ter preventie van 'coronavirus disease 2019' (COVID-19), veroorzaakt door SARS-CoV-2, bij personen ≥ 12 jaar.
Gerelateerde informatie
Doseringen
Actieve immunisatie tegen tuberculose
Volwassenen en kinderen ≥ 1 jaar
Intracutaan: eenmalig 0,1 ml (= 0,075mg overeenkomend met 2–8 × 10 5 levende bacteriën).
Kinderen < 1 jaar
Intracutaan: eenmalig 0,05 ml (= 0,0375 mg).
Toediening
- Langzaam toedienen in ca. 10 seconden ter hoogte van de distale aanhechting van de m. deltoideus, ongeveer halverwege de bovenarm.
- Niet i.v. toedienen.
Doseringen
Ter preventie van COVID-19
Volwassenen (incl. ouderen) en kinderen ≥ 12 jaar
I.m. één dosis van 0,5 ml (5 microg) ongeacht de voorafgaande COVID-19-vaccinatiestatus, bij voorkeur 6 maanden of langer (ten minste 3 maanden) na de laatste vorige dosis van een COVID-19-vaccin. Voor ernstig immuungecompromitteerde patiënten kunnen aanvullende doses nodig zijn. Zie voor meer informatie de richtlijn COVID-19 vaccinatie en de Handleiding COVID-19-vaccinatie van immuungecompromitteerde patiënten op lci.rivm.nl voor gedetailleerdere informatie over vaccinatie bij ernstige immuunsuppressie. Het aangepaste Nuvaxovid vaccin is hierin nog niet opgenomen.
Toediening
- Intramusculair toedienen, bij voorkeur in de deltaspier van de bovenarm.
- Wees voorzichtig bij personen met trombocytopenie, bloedstollingsstoornissen (zoals hemofilie) of personen die met anticoagulantia worden behandeld; intramusculaire bloedingen kunnen ontstaan na i.m.-injectie.
Bijwerkingen
Soms (0,1-1%): suppuratieve lymfadenitis, met name bij overdosering in jonge kinderen. Koorts, hoofdpijn.
Zelden (0,01- 0,1%): gedissemineerde BCG-lupus, BCG-botinfecties of gegeneraliseerde BCG-infecties. Abces. Allergische reacties, incl. anafylactische reacties.
Zeer zelden (< 0,01%): erytheem en pijn op de injectieplaats. Vergroting van de cervicale of axillaire lymfeklieren. Syncope, convulsie.
Verder zijn gemeld: apneu (bij kinderen geboren na ≤ 28 weken zwangerschapsduur). Verharding, ulceratie en verharding op de injectieplaats. Zie ook rubriek Waarschuwingen en voorzorgen.
Bijwerkingen
Bijwerkingen zijn afgeleid uit de veiligheidsgegevens van het Nuvaxovid (oorspronkelijk, Wuhan-stam)-vaccin en het Omicron BA.5-vaccin.
De meeste bijwerkingen zijn licht tot matig in ernst, met een mediane duur van ≤ 2 dagen voor lokale voorvallen en ≤ 1 dag voor systemische voorvallen na de vaccinatie. Bijwerkingen werden vaker gemeld na dosis 2, dan na dosis 1. Bij adolescenten waren de frequentie en de graad hoger dan bij volwassenen.
Zeer vaak (> 10%): hoofdpijn. Misselijkheid, braken. Spierpijn, gewrichtspijn. Gevoeligheid of pijn op de injectieplaats. Moeheid, malaise. Koorts bij adolescenten na tweede dosis.
Vaak (1-10%): roodheid of zwelling op injectieplaats. Koorts, pijn in extremiteiten.
Soms (0,1-1%): lymfadenopathie. Hypertensie bij volwassenen gedurende 3 dagen na vaccinatie. Huiduitslag, roodheid, jeuk (op injectieplaats), koude rillingen, urticaria.
Zelden: warmte op de injectieplaats.
Gemeld zijn: anafylaxie, paresthesie, hypo-esthesie. Myocarditis, pericarditis.
Interacties
Na vaccinatie met BCG-vaccin ten minste een interval van 4 weken aanhouden tussen toediening van twee levende vaccins.
Gelijktijdig gebruik met geneesmiddelen die de afweer onderdrukken is gecontra-indiceerd, zie ook rubriek Contra-indicaties.
Kan gelijktijdig worden gegeven met geïnactiveerde of levende vaccins, waaronder BMR-vaccin.
Als ze niet gelijktijdig worden toegediend, moet een interval van minimaal vier weken worden aangehouden tussen de toediening van twee levende vaccins.
Interacties
De respons van neutraliserende antilichamen op SARS-CoV-2 was lager wanneer Nuvaxovid gelijktijdig werd gegeven met het geïnactiveerd influenzavaccin. De klinische significantie is onbekend. Combinatie met andere vaccins is niet onderzocht.
Gelijktijdig gebruik van immunosuppressiva kan, zoals bij andere vaccins, mogelijk resulteren in onvoldoende respons op de vaccinatie.
Zwangerschap
Levend-verzwakte vaccins kunnen de placenta passeren; in theorie kan dit infectie van de foetus veroorzaken.
Teratogenese: Zowel bij de mens als bij dieren, onvoldoende gegevens.
Advies: Alleen op strikte indicatie (risico op besmetting) tijdens de zwangerschap gebruiken.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren geen aanwijzingen voor schadelijkheid.
Advies: Op dit moment is nog onvoldoende bekend over dit vaccin wat betreft veiligheid bij zwangere vrouwen. Zie ook Coronavaccin tijdens de zwangerschap op lareb.nl.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend.
Farmacologisch effect: Bij toediening tijdens lactatie worden geen nadelige effecten bij de zuigeling verwacht.
Advies: Kan (voor zover bekend zonder gevaar) volgens voorschrift worden gebruikt.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend. Er worden geen nadelige gevolgen van coronavaccins gezien. Sommige vrouwen meldden dat ze meer of minder melk gingen produceren na vaccinatie. Mogelijk hangt het samen met systemische bijwerkingen bij de moeder zoals vermoeidheid, koorts en braken. Vaak herstelde dit binnen enkele dagen. Antistoffen die de moeder aanmaakt na vaccinatie, zijn aangetoond in de moedermelk en kunnen bijdragen aan de bescherming van het kind. Zie ook Coronavaccin tijdens de borstvoedingsperiode op lareb.nl.
Advies: Kan waarschijnlijk veilig worden gebruikt.
Contra-indicaties
- positieve reactie van Mantoux;
- acute ernstige ziekte met koorts of gegeneraliseerde geïnfecteerde huidaandoening;
- maligne aandoeningen (zoals lymfoom of leukemie);
- acute virale of bacteriële infecties;
- primaire of secundaire immunodeficiënties, waaronder HIV-infectie;
- behandeling met systemische corticosteroïden of een andere immunosuppressieve behandeling, waaronder radiotherapie. Ook voor kinderen bij blootstelling in de baarmoeder of via borstvoeding, zolang een postnatale invloed op de immuunstatus van het kind mogelijk blijft en ten minste 6 maanden na de geboorte.
Contra-indicaties
- een ernstige en/of onmiddellijke allergische reactie (binnen 4 uur) na eerdere toediening van een COVID-19 vaccin.
Waarschuwingen en voorzorgen
Enige dagen na vaccinatie treedt op de plaats van injectie een verharding op. Deze zal geleidelijk verminderen en vervolgens overgaan in een lokale laesie die enige weken later kan ulcereren. Deze lokale laesie geneest vanzelf en laat een oppervlakkig litteken achter. Het heeft geen behandeling of bandage nodig, ook het gebruik van pleisters vermijden.
Gevallen van immuunreconstitutie-inflammatoir-syndroom (IRIS) zijn gemeld na aanvang van antiretrovirale therapie bij met hiv geïnfecteerde kinderen of na aanvang van een behandeling voor andere ernstige immunodeficiënties bij kinderen die eerder de BCG-vaccinatie hadden ontvangen. Symptomen zoals adenitis, etterige afscheiding, ulceraties en abcessen van de huid en koorts kunnen optreden binnen weken tot maanden na aanvang van immunotherapie.
Een positieve respons op de tuberculose huidtest betekent niet altijd dat er een goede immuniteit is bereikt tegen tuberculose. Een negatieve respons langere tijd na vaccinatie betekent niet dat er geen bescherming is. Revaccinatie is in dit geval niet noodzakelijk.
Houd rekening met mogelijk verminderde gevoeligheid van de gebruikte Mycobacterium bovis stam voor isoniazide bij behandeling van bepaalde complicaties.
Kans op abcesvorming en suppuratieve lymfadenitis is verhoogd bij overdosering of een te diepe injectie.
Gedurende 3 maanden geen andere vaccinaties geven in de arm die wordt gebruikt voor BCG-vaccinatie vanwege risico op regionale lymfadenitis. Andere, gelijktijdig toegediende vaccins injecteren in de andere arm.
Bij de toediening aan zeer premature kinderen (geboren ≤ week 28 van de zwangerschap) ademhalingscontrole gedurende 48–72 uur overwegen vanwege het potentiële risico van apneu, vooral bij kinderen met een voorgeschiedenis van onvoldoende rijping van de longen; aangezien het voordeel van vaccinatie groot is bij deze groep kinderen, de vaccinatie echter niet onthouden of uitstellen.
Waarschuwingen en voorzorgen
Anafylaxie is gemeld; observeer nauwlettend direct na vaccinatie gedurende ten minste 15 minuten. Zorg zo nodig voor adequate behandeling. Niet toedienen bij optreden van een ernstige anafylaxie en/of onmiddellijke reactie (binnen 4 uur) na een eerdere dosis.
Stel vaccinatie uit bij acute ernstige ziekte gepaard gaande met koorts of een acute infectie. Bij aanwezigheid van een lichte infectie en/of laaggradige koorts hoeft de vaccinatie niet uitgesteld te worden.
Myocarditis en pericarditis zijn gemeld, voornamelijk binnen 14 dagen na vaccinatie. Het verloop van myocarditis en pericarditis na vaccinatie, lijkt niet te verschillen met het beloop van deze aandoeningen in het algemeen. Instrueer gevaccineerde personen om onmiddellijk medische hulp in te schakelen bij symptomen die op myocarditis of pericarditis wijzen, zoals (acute en aanhoudende) pijn op de borst, dyspneu of palpitaties.
De werkzaamheid, veiligheid en immunogeniciteit van het vaccin zijn onderzocht bij een beperkt aantal immuungecompromitteerde personen; de immunologische respons kan verminderd zijn.
De veiligheid en werkzaamheid bij kinderen < 12 jaar staan niet vast, vanwege onvoldoende gegevens.
Eigenschappen
Bacillus Calmette Guérin (BCG) is een levend verzwakte stam van de bovine tuberkelbacterie Mycobacterium bovis, Danish strain 1331. Vaccinatie geeft een specifiek immuniserende werking tegen tuberculose. De immuniteit die wordt verkregen, varieert en wordt opgebouwd na 4–6 weken.
Eigenschappen
Nuvaxovid is een subunit-eiwitvaccin en bevat SARS-CoV-2 Omicron XBB.1.5 recombinant spike (S)-eiwit, geproduceerd met behulp van recombinant-DNA-technologie door middel van het baculovirus-expressiesysteem in een cellijn die afkomstig is van Sf9- cellen van de insectensoort Spodoptera frugiperda. Tevens bevat het een op saponine gebaseerd matrix-M adjuvans, dat de immuunreactie van het lichaam op het S-eiwit versterkt. Het vaccin veroorzaakt een B- en T-cel-gemedieerde immuunrespons op het S-eiwit, inclusief neutraliserende antilichamen, die kan bijdragen aan de bescherming tegen COVID-19.
Zoals met alle vaccins is het mogelijk dat vaccinatie met dit COVID-19-vaccin niet bij alle gevaccineerden bescherming biedt. De beschermingsduur is onbekend; deze wordt met lopende onderzoeken bepaald.
Groepsinformatie
BCG-vaccin (als vaccin) hoort bij de groep vaccins.
- bof-/mazelen-/rubellavaccin (J07BD52) Vergelijk
- choleravaccin, geïnactiveerd, hele cel (J07AE01) Vergelijk
- choleravaccin, levend verzwakt (J07AE02) Vergelijk
- COVID-19 mRNA vaccin (Comirnaty) (J07BN01) Vergelijk
- COVID-19 subunitvaccin (Nuvaxovid) (J07BN04) Vergelijk
- denguevaccin (J07BX04) Vergelijk
- difterie-/acellulair kinkhoest-/tetanus-/polio-/haemophilus influenzae B-/hepatitis B-vaccin (J07CA09) Vergelijk
- difterie-/acellulair kinkhoest-/tetanusvaccin (J07AJ52) Vergelijk
- difterie-/tetanus-/poliovaccin (J07CA01) Vergelijk
- gelekoortsvaccin (J07BL01) Vergelijk
- haemophilus influenzae B-vaccin (J07AG01) Vergelijk
- hepatitis A+B-vaccin (J07BC20) Vergelijk
- hepatitis A-vaccin (J07BC02) Vergelijk
- hepatitis B-vaccin (Engerix) (J07BC01) Vergelijk
- hepatitis B-vaccin (Fendrix) (J07BC01) Vergelijk
- hepatitis B-vaccin (HBVAX) (J07BC01) Vergelijk
- hepatitis B-vaccin (PreHevbri) (J07BC01) Vergelijk
- influenzavaccin (J07BB02) Vergelijk
- japanse-encefalitisvaccin (J07BA02) Vergelijk
- leptospirosevaccin (J07AX01) Vergelijk
- meningokokkenvaccin type A, C, W135, Y (J07AH08) Vergelijk
- meningokokkenvaccin type B (J07AH09) Vergelijk
- meningokokkenvaccin type C (J07AH07) Vergelijk
- papillomavirusvaccin (2-valent) (J07BM02) Vergelijk
- papillomavirusvaccin (4-valent) (J07BM01) Vergelijk
- papillomavirusvaccin (9-valent) (J07BM03) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (10-valent) (J07AL52) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (13-valent) (J07AL02) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (15-valent) (J07AL02) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (20-valent) (J07AL02) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (23-valent) (J07AL01) Vergelijk
- pokkenvaccin (J07BX01) Vergelijk
- poliomyelitisvaccin (J07BF03) Vergelijk
- rabiësvaccin (J07BG01) Vergelijk
- rotavirusvaccin (J07BH01) Vergelijk
- RS-virusvaccin (J07BX05) Vergelijk
- tekenencefalitisvaccin (J07BA01) Vergelijk
- tetanusvaccin (J07AM01) Vergelijk
- tyfusvaccin (parenteraal) (J07AP03) Vergelijk
- varicella-zostervaccin (Provarivax) (J07BK01) Vergelijk
- varicella-zostervaccin (Shingrix) (J07BK03) Vergelijk
- varicella-zostervaccin (Zostavax) (J07BK02) Vergelijk
Groepsinformatie
COVID-19 subunitvaccin (Nuvaxovid) hoort bij de groep vaccins.
- BCG-vaccin (als vaccin) (J07AN01) Vergelijk
- bof-/mazelen-/rubellavaccin (J07BD52) Vergelijk
- choleravaccin, geïnactiveerd, hele cel (J07AE01) Vergelijk
- choleravaccin, levend verzwakt (J07AE02) Vergelijk
- COVID-19 mRNA vaccin (Comirnaty) (J07BN01) Vergelijk
- denguevaccin (J07BX04) Vergelijk
- difterie-/acellulair kinkhoest-/tetanus-/polio-/haemophilus influenzae B-/hepatitis B-vaccin (J07CA09) Vergelijk
- difterie-/acellulair kinkhoest-/tetanusvaccin (J07AJ52) Vergelijk
- difterie-/tetanus-/poliovaccin (J07CA01) Vergelijk
- gelekoortsvaccin (J07BL01) Vergelijk
- haemophilus influenzae B-vaccin (J07AG01) Vergelijk
- hepatitis A+B-vaccin (J07BC20) Vergelijk
- hepatitis A-vaccin (J07BC02) Vergelijk
- hepatitis B-vaccin (Engerix) (J07BC01) Vergelijk
- hepatitis B-vaccin (Fendrix) (J07BC01) Vergelijk
- hepatitis B-vaccin (HBVAX) (J07BC01) Vergelijk
- hepatitis B-vaccin (PreHevbri) (J07BC01) Vergelijk
- influenzavaccin (J07BB02) Vergelijk
- japanse-encefalitisvaccin (J07BA02) Vergelijk
- leptospirosevaccin (J07AX01) Vergelijk
- meningokokkenvaccin type A, C, W135, Y (J07AH08) Vergelijk
- meningokokkenvaccin type B (J07AH09) Vergelijk
- meningokokkenvaccin type C (J07AH07) Vergelijk
- papillomavirusvaccin (2-valent) (J07BM02) Vergelijk
- papillomavirusvaccin (4-valent) (J07BM01) Vergelijk
- papillomavirusvaccin (9-valent) (J07BM03) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (10-valent) (J07AL52) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (13-valent) (J07AL02) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (15-valent) (J07AL02) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (20-valent) (J07AL02) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (23-valent) (J07AL01) Vergelijk
- pokkenvaccin (J07BX01) Vergelijk
- poliomyelitisvaccin (J07BF03) Vergelijk
- rabiësvaccin (J07BG01) Vergelijk
- rotavirusvaccin (J07BH01) Vergelijk
- RS-virusvaccin (J07BX05) Vergelijk
- tekenencefalitisvaccin (J07BA01) Vergelijk
- tetanusvaccin (J07AM01) Vergelijk
- tyfusvaccin (parenteraal) (J07AP03) Vergelijk
- varicella-zostervaccin (Provarivax) (J07BK01) Vergelijk
- varicella-zostervaccin (Shingrix) (J07BK03) Vergelijk
- varicella-zostervaccin (Zostavax) (J07BK02) Vergelijk