Samenstelling
Beclometason (dipropionaat) Diverse fabrikanten
- Toedieningsvorm
- Aerosol CFK-vrij 'Inhalator'
- Sterkte
- 50 microg/dosis
- Verpakkingsvorm
- 200 doses
- Toedieningsvorm
- Aerosol CFK-vrij 'Inhalator'
- Sterkte
- 100 microg/dosis
- Verpakkingsvorm
- 200 doses
- Toedieningsvorm
- Aerosol CFK-vrij 'Inhalator'
- Sterkte
- 250 microg/dosis
- Verpakkingsvorm
- 200 doses
- Toedieningsvorm
- Inhalatiepoeder in patroon 'Cyclocaps'
- Sterkte
- 200 microg, 400 microg
Qvar (dipropionaat) Teva Nederland bv
- Toedieningsvorm
- Aerosol Extrafijn CFK-vrij 'Autohaler'
- Sterkte
- 50 microg/dosis
- Verpakkingsvorm
- 200 doses
- Toedieningsvorm
- Aerosol Extrafijn CFK-vrij 'Inhalator'
- Sterkte
- 50 microg/dosis
- Verpakkingsvorm
- 200 doses
- Toedieningsvorm
- Aerosol Extrafijn CFK-vrij 'Autohaler'
- Sterkte
- 100 microg/dosis
- Verpakkingsvorm
- 200 doses
- Toedieningsvorm
- Aerosol Extrafijn CFK-vrij 'Inhalator'
- Sterkte
- 100 microg/dosis
- Verpakkingsvorm
- 200 doses
- Toedieningsvorm
- Aerosol Extrafijn CFK-vrij 'Redihaler'
- Sterkte
- 100 microg/dosis
- Verpakkingsvorm
- 200 doses
Soprobec (dipropionaat) Glenmark Pharmaceuticals Europe Ltd
- Toedieningsvorm
- Aerosol CFK-vrij 'Inhalator'
- Sterkte
- 50 microg/dosis
- Verpakkingsvorm
- 200 doses
- Toedieningsvorm
- Aerosol CFK-vrij 'Inhalator'
- Sterkte
- 100 microg/dosis
- Verpakkingsvorm
- 200 doses
- Toedieningsvorm
- Aerosol CFK-vrij 'Inhalator'
- Sterkte
- 250 microg/dosis
- Verpakkingsvorm
- 200 doses
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Alvesco Covis Pharma Europe bv
- Toedieningsvorm
- Aerosol ‘Inhalator’
- Sterkte
- 80 microg/dosis
- Verpakkingsvorm
- 60 doses, 120 doses
- Toedieningsvorm
- Aerosol ‘Inhalator’
- Sterkte
- 160 microg/dosis
- Verpakkingsvorm
- 60 doses, 120 doses
Ciclesonide Diverse fabrikanten
- Toedieningsvorm
- Aerosol ‘Inhalator’
- Sterkte
- 80 microg/dosis
- Verpakkingsvorm
- 120 doses
- Toedieningsvorm
- Aerosol ‘Inhalator’
- Sterkte
- 160 microg/dosis
- Verpakkingsvorm
- 120 doses
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
De belangrijkste niet-medicamenteuze adviezen bij astma zijn stoppen met roken en zorgen voor een rookvrije omgeving. Verder is het vermijden van expositie aan allergenen en andere prikkels van groot belang, met name bij allergisch astma. Bij volwassenen is de basis van de medicamenteuze behandeling een inhalatiecorticosteroïde (ICS), al dan niet in combinatie met een langwerkend β2-sympathicomimeticum (LABA). Het indicatiegebied voor gebruik van een kortwerkend β2-sympathicomimeticum (SABA) is beperkt; alleen bij zeer weinig frequente astmaklachten (≤ 2×/week overdag) of bij inspanningsklachten is 'zo nodig'-gebruik (max. 2x/week) van een SABA geïndiceerd. Bij kinderen bestaat de behandeling bij weinig frequente klachten (≤ 2×/week overdag) of bij inspanningsklachten uit ‘zo nodig’-gebruik een SABA; bij frequentere klachten deze behandeling combineren met een onderhoudsbehandeling ICS.
Bij COPD is verreweg de belangrijkste interventie stoppen met roken, naast andere leefstijladviezen zoals meer bewegen. De medicamenteuze behandeling is symptomatisch en een aanvulling op niet-medicamenteuze adviezen; bij weinig klachten of beperkingen kan medicatie achterwege blijven. Behandel infrequente dyspneuklachten bij iemand die geen longaanval heeft gehad, met ‘zo nodig’-gebruik van een kortwerkende luchtwegverwijder (kortwerkende β2-receptoragonist (SABA) of muscarine-antagonist (SAMA)). Behandel regelmatige dyspneuklachten met een onderhoudsbehandeling van één of meer langwerkende luchtwegverwijders (langwerkende β2-receptoragonist (LABA) en/of muscarine-antagonist (LAMA)). Overweeg een inhalatiecorticosteroïde (ICS) alléén bij frequente longaanvallen (≥ 2 per jaar), ondanks behandeling met één of meer langwerkende luchtwegverwijders.
Voor een optimaal effect van geneesmiddelen bij astma en/of COPD is een juiste inhalatietechniek onontbeerlijk. Houd rekening met: patiëntgebonden factoren zoals coördinatie en inspiratiekracht, en milieuaspecten (aerosolen bevatten in verschillende mate een sterk milieubelastend broeikasgas).
Advies
De belangrijkste niet-medicamenteuze adviezen bij astma zijn stoppen met roken en zorgen voor een rookvrije omgeving. Verder is het vermijden van expositie aan allergenen en andere prikkels van groot belang, met name bij allergisch astma. Bij volwassenen is de basis van de medicamenteuze behandeling een inhalatiecorticosteroïde (ICS), al dan niet in combinatie met een langwerkend β2-sympathicomimeticum (LABA). Het indicatiegebied voor gebruik van een kortwerkend β2-sympathicomimeticum (SABA) is beperkt; alleen bij zeer weinig frequente astmaklachten (≤ 2×/week overdag) of bij inspanningsklachten is 'zo nodig'-gebruik (max. 2x/week) van een SABA geïndiceerd. Bij kinderen bestaat de behandeling bij weinig frequente klachten (≤ 2×/week overdag) of bij inspanningsklachten uit ‘zo nodig’-gebruik een SABA; bij frequentere klachten deze behandeling combineren met een onderhoudsbehandeling ICS.
Indicaties
- Onderhoudsbehandeling van astma;
- Offlabel: onderhoudsbehandeling van COPD.
Gerelateerde informatie
Indicaties
- Onderhoudsbehandeling van persisterend astma bij volwassenen en kinderen ≥ 12 jaar.
Gerelateerde informatie
Doseringen
Bij overzetten van fluticason op de extra fijne beclometason aerosol kan dezelfde dagdosering worden toegepast; bij budesonide naar extra fijne beclometason aerosol de helft van de budesonide dagdosering.
Astma
Volwassenen (incl. ouderen)
Gewone aerosol: 300–400 microg/dag in 2–4 doses, gebruikelijke begindosering is 200 microg 2×/dag, zo nodig verhogen tot 600–800 microg/dag in 2–4 doses, max. 1000 microg/dag. Soprobec 250 microg/dosis mag tijdelijk worden verhoogd tot max. 2000 microg/dag totdat de astma is gestabiliseerd. Onderhoudsdosering: zo laag mogelijk, 100–1000 microg/dag in 2–4 doses. Aerosol extra fijn: veelal 100–400 microg/dag in 2 doses; max. 800 microg per dag. Inhalatiepoeder: veelal 400–800 microg/dag in 2 doses; max. 2000 microg/dag.
Kinderen
Gewone aerosol 50 microg/dosis en 100 microg/dosis: 100–400 microg/dag in 2–4 doses, gebruikelijke begindosering is 100 microg 2×/dag, max. 500 microg/dag. De aerosol van Soprobec 250 microg/dosis is alleen geschikt voor kinderen ≥ 16 jaar. Aerosol extra fijn (excl. redihaler): Leeftijd ≥ 5 jaar: veelal 100 microg/dag in 2 doses, max. 200 microg/dag. Inhalatiepoeder: veelal 200–400 microg/dag in 2 doses; max. 800 microg/dag.
Offlabel: COPD
Volwassenen (incl. ouderen)
Volgens de NHG-standaard COPD (2015) bij ≥ 2 ernstige exacerbaties (≥ 2 kuren prednisolon en/of een antibioticum of een ziekenhuisopname wegens COPD) in het voorafgaande jaar, ondanks behandeling met een langwerkende luchtwegverwijder: gewone dosisaerosol of inhalatiepoeder: 400 microg 2×/dag, max. 1600 microg/dag. Behandelduur: initieel gedurende één jaar, bij afname van het aantal exacerbaties de behandeling voortzetten. Als het aantal exacerbaties niet afneemt of er gedurende een langere periode (twee jaar) geen exacerbaties meer zijn, de behandeling staken. Bij beclometason extra fijn gelden lagere doseringen, het NHG heeft deze niet opgenomen en wijst er op dat een dergelijk preparaat relatief duur is.
Verminderde nier- of leverfunctie: Een dosisaanpassing is niet nodig.
Afbouwen: Bij staken van de behandeling de dosering geleidelijk afbouwen.
Toediening
- Het inhalatiepoeder in de cyclocaps inhaleren met de Cyclohaler. De dosisaerosol kan worden voorzien van een voorzetkamer. Bij kinderen of totale dagdoseringen van 1000 microg of hoger moet altijd een VolumaticTM voorzetkamer worden gebruikt.
- Door na inhalatie de mond goed met water te spoelen (niet doorslikken), neemt de kans op orofaryngeale candidiase of heesheid af.
Doseringen
Als onderhoudsbehandeling bij astma
Volwassenen en kinderen ≥ 12 jaar
1×/dag 160 microg, bij sommige patiënten is de dosering te verlagen tot 1×/dag 80 microg. Bij voorkeur ’s avonds toedienen.
Verhoging van de dosering naar maximaal 2×/dag 320 microgram kan de frequentie van exacerbaties verlagen, maar zonder verbetering van de longfunctie.
Verminderde nier- en leverfunctie een dosisaanpassing is niet nodig.
Bijwerkingen
Zeer vaak (> 10%): orofaryngeale candidiase, heesheid.
Vaak (1–10%): geïrriteerde keel.
Zelden: overgevoeligheidsreacties zoals jeuk, huiduitslag, urticaria, erytheem.
Zeer zelden (< 0,01%): paradoxale bronchospasmen, piepende ademhaling, dyspneu, hoest. Oedeem van ogen, gelaat, lippen en keel, angio-oedeem. Bijniersuppressie, groeivertraging (bij kinderen). Vermindering botdichtheid. Cataract en glaucoom.
Verder zijn gemeld: psychomotorische hyperactiviteit, slaapstoornissen, angst, depressie, agressie, gedragsveranderingen (vooral bij kinderen). Wazig zien.
Bijwerkingen
Soms (0,1-1%): paradoxale bronchospasmen, heesheid, hoest. Geïrriteerde keel, onaangename smaak, droge mond, orofaryngeale schimmelinfecties. Misselijkheid, braken. Hoofdpijn. Huiduitslag, eczeem.
Zelden ( 0,01-0,1%): buikpijn, dyspepsie. Overgevoeligheidsreacties, angio-oedeem. Hartkloppingen, hypertensie.
Verder zijn gemeld: voornamelijk bij kinderen psychologische of gedragseffecten optreden, waaronder psychomotorische hyperactiviteit, depressie, slaapstoornissen, angst en agressie.
Systemische effecten als groeivertraging, Cushing-achtig beeld, bijnierschorssuppressie, afname botdichtheid, cataract en glaucoom kunnen optreden, met name bij langdurig gebruik van hoge doses.
Interacties
Beclometason is minder afhankelijk van CYP3A-metabolisme dan sommige andere corticosteroïden en in het algemeen zijn interacties daarom onwaarschijnlijk. De mogelijkheid van systemische effecten bij gebruik van krachtige CYP3A-remmers (zoals ritonavir, cobicistat) kan niet worden uitgesloten; passende controle is aanbevolen.
Interacties
Gelijktijdig gebruik van sterke remmers van CYP3A4 (zoals ketoconazol, itraconazol of ritonavir) kan de serumspiegels van de actieve metaboliet van ciclesonide verhogen.
Zwangerschap
Teratogenese: Ruime ervaring laat geen schadelijke effecten zien.
Farmacologisch effect: Bij inhalatie is de te verwachten systemische blootstelling minimaal.
Advies: Kan volgens voorschrift worden gebruikt.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens onvoldoende gegevens. Bij het gebruik van inhalatiecorticosteroïden bij de mens is geen kanstoename op congenitale afwijkingen aangetoond; voor ciclesonide is de ervaring zeer beperkt.
Farmacologisch effect: Gezien de lage te verwachten systemische blootstelling na inhalatie lijken nadelige effecten bij de zuigeling niet waarschijnlijk.
Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Ja.
Farmacologisch effect: Gezien de minimale systemische absorptie bij de moeder bij inhalatie zijn nadelige effecten bij de zuigeling onwaarschijnlijk.
Advies: Kan volgens voorschrift worden gebruikt.
Lactatie
Overgang in moedermelk: Onbekend.
Farmacologisch effect: Bij therapeutische doses worden er geen effecten bij de zuigeling verwacht (vanwege de geringe systemische blootstelling).
Advies: Kan (voor zover bekend zonder gevaar) volgens voorschrift worden gebruikt.
Contra-indicaties
- status asthmaticus;
- tuberculose;
- herpes simplex.
Contra-indicaties
- overgevoeligheid voor corticosteroïden.
Waarschuwingen en voorzorgen
Bij nog niet met corticosteroïden behandelde patiënten treedt in de regel binnen 10 dagen een therapeutisch effect op. Soms is er een dusdanige hoeveelheid slijm in de bronchi, dat de werkzame stof niet in de slijmvliezen van de bronchi kan penetreren. In dat geval eerst een korte kuur orale corticosteroïden (ca. 2 weken), naast de inhalator, geven.
Langdurig gebruik van hoge doses inhalatiecorticosteroïden kan leiden tot systemische effecten, zoals het syndroom van Cushing door remming van de bijnierschorsfunctie, vermindering van de botdichtheid, groeivertraging bij kinderen en adolescenten, cataract, glaucoom en psychische- en gedragsstoornissen. Aanbevolen wordt bij kinderen bij langdurige behandeling de groei regelmatig te volgen. Bij groeivertraging de behandeling opnieuw beoordelen en zo mogelijk de dosering verlagen. Bij overschakelen van patiënten die met systemische corticosteroïden zijn behandeld rekening houden met een verminderde bijnierschorsfunctie. beclometason kan voor circa 7 dagen eerst aan de orale corticosteroïden worden toegevoegd, voordat de orale corticosteroïden worden afgebouwd. Bij fysiek belastende situaties zoals stress of operatieve ingrepen kan een aanvullende dosis systemisch werkend corticosteroïd noodzakelijk zijn.
Toenemend gebruik van kortwerkende bronchusverwijdende middelen duidt op een verergering van het astma; het behandelschema kan aangepast moeten worden.
Bij optreden van paradoxale bronchospasmen met een onmiddellijke toename van dyspneu na inhalatie de therapie staken en op een andere behandeling overgaan.
De kans op pneumonie bij COPD neemt toe door het gebruik van inhalatiecorticosteroïden, houd bij het voorschrijven daarom rekening met risicofactoren voor pneumonie (roken, hogere leeftijd, voorgeschiedenis van pneumonie, lage BMI en ernstig COPD).
Longtuberculose kan geactiveerd worden door behandeling met inhalatiecorticosteroïden. Ook kunnen inhalatiecorticosteroïden bepaalde symptomen van longtuberculose en van bacteriële, virale of door schimmels veroorzaakte luchtweginfecties maskeren. Wees voorzichtig bij longaandoeningen zoals bronchiëctasie en pneumoconiose vanwege het risico van een schimmelinfectie.
Overweeg verwijzing naar een oogarts bij ontwikkeling van visusstoornissen. Glaucoom, cataract en zeldzame ziekten als centrale sereuze chorioretinopathie zijn gemeld na systemisch en lokaal gebruik van corticosteroïden.
De Autohaler en Redihaler zijn inhalatoren die door inademen worden geactiveerd. Gebruik van de 'aerosol extra fijn Redihaler' bij kinderen wordt ontraden vanwege onvoldoende gegevens over werkzaamheid en veiligheid.
Waarschuwingen en voorzorgen
Ciclesonide is niet geschikt voor verlichting van de symptomen van acuut astma.
Wees voorzichtig bij patiënten met longafwijkingen zoals bronchiëctasieën en pneumoconiose, in verband met mogelijke schimmelinfecties. Door na inhalatie de mond- en keelholte goed met water te spoelen en daarna dit uit te spugen neemt de kans op orofaryngeale candidiasis af. Wees voorzichtig bij actieve of latente longtuberculose, aangezien deze kan worden geactiveerd door behandeling met inhalatiecorticosteroïden. Ook kunnen inhalatiecorticosteroïden bepaalde symptomen van longtuberculose en van bacteriële, virale of door schimmels veroorzaakte luchtweginfecties maskeren.
Behandel paradoxale bronchospasmen met een kortwerkende luchtwegverwijder; in ernstige gevallen de behandeling staken.
Na langdurige behandeling met orale corticosteroïden na overschakeling op een aerosol rekening houden met langzaam herstel van de verstoorde bijnierschorsfunctie. Bij overschakeling dient de patiënt in een betrekkelijk stabiele fase te verkeren. Bij sommige patiënten kunnen dan vroegere symptomen zoals rinitis en eczeem terugkeren en ook kan pijn in spieren en gewrichten optreden; tijdelijke verhoging van de dosering van de orale steroïden kan dan noodzakelijk zijn. Een aantal patiënten zal tijdens de afbouw van systemische corticosteroïden een verminderd algeheel steroïd-effect ervaren, met symptomen zoals vermoeidheid, hoofdpijn, misselijkheid en braken. Tijdens fysiek belastende situaties zoals ernstige infecties, traumata en operatieve ingrepen is een extra dosis orale steroïden noodzakelijk. Bij acute ernstige exacerbaties kan de dosering van ciclesonide worden verhoogd of een aanvullende korte behandeling met een oraal steroïd worden gegeven.
Kinderen: De veiligheid en werkzaamheid bij kinderen < 12 jaar zijn niet aangetoond. Bij langdurig gebruik bij kinderen de groei controleren en bij groeiremming trachten de dosering inhalatiecorticosteroïd te verminderen.
Heesheid wordt meestal minder na verlagen van de dosering en/of rust van de stem.
Overdosering
Symptomen
Chronisch overdoseren van een inhalatiecorticosteroïd kan bijnierschorssuppressie geven. Regelmatige controle van de bijnierschorsfunctie is dan aan te bevelen, waarbij de behandeling kan worden voortgezet op geleide van de reactie van de patiënt.
Therapie
Zie voor meer symptomen en behandeling de stofmonografie opvergiftigingen.info.
Overdosering
Bij chronisch gebruik van zeer hoge doses kan bijnierschorssuppressie niet worden uitgesloten. Regelmatige controle van de bijnierschorsfunctie is aan te bevelen, waarbij de behandeling kan worden voortgezet op geleide van de reactie van de patiënt.
Eigenschappen
Glucocorticoïd, dat bij tracheale toepassing lokaal een ontstekingsremmende werking heeft. Uit depositiestudies met de extra fijne CFK-vrije aerosolen blijkt een groot deel van het geneesmiddel dat het mondstuk verlaat (> 55%) neer te slaan in de longen en een klein deel (< 35%) in de orofarynx.
Kinetische gegevens
Overig | Uitgebreid 'first pass'-effect in lever en darmwand. |
Resorptie | 36% in de longen, oraal (ingeslikte dosis) 26%. |
T max | 0,3 uur, actieve metaboliet beclometason-17-monopropionaat (B-17-MP): 1 uur. |
V d | 0,29 l/kg, B-17-MP 6,06 l/kg. |
Eiwitbinding | B-17-MP ca. 87%. |
Metabolisering | in longen, lever en darmwand vooral in het farmacologische actieve B-17-MP. |
Eliminatie | vnl. met de feces. |
T 1/2el | Beclometason ½ uur, B-17-MP 2,7 uur. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Eigenschappen
Lokaal ontstekingsremmend glucocorticoïd met geringe bindingsaffiniteit voor de glucocorticoïdreceptor. Na inhalatie wordt ciclesonide in de longen omgezet in een actieve metaboliet met krachtige anti-inflammatoire werking. In de aerosol is ciclesonide opgelost in ethanol (co-solvent) en norfluraan (drijfgas HFA-134a). Longdepositie bij gezonde vrijwilligers was 52%. De werking begint binnen 24 uur.
Kinetische gegevens
F | (ingeslikte fractie) is gering (< 0,5% voor ciclesonide, < 1% voor actieve metaboliet). |
V d | 2,9 l/kg (ciclesonide). |
Eiwitbinding | 98–99% (ciclesonide, actieve metaboliet). |
Metabolisering | na inhalatie wordt ciclesonide primair in de longen enzymatisch omgezet in de actieve metaboliet C21-desmethylpropyl-ciclesonide; verdere metabolisering in de lever vnl. via CYP3A4. |
Eliminatie | vnl. via de feces. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Groepsinformatie
beclometason (bij astma) hoort bij de groep corticosteroïden, inhalatie.
Groepsinformatie
ciclesonide hoort bij de groep corticosteroïden, inhalatie.