Samenstelling
Firmagon (als acetaat) Ferring bv
- Toedieningsvorm
- Poeder voor injectievloeistof
- Sterkte
- 80 mg
- Verpakkingsvorm
- met solvens 4,2 ml, met solvens 6 ml
- Toedieningsvorm
- Poeder voor injectievloeistof
- Sterkte
- 120 mg
- Verpakkingsvorm
- met solvens 3 ml, met solvens 6 ml
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Cetrotide (als acetaat) XGVS Merck bv
- Toedieningsvorm
- Poeder voor injectievloeistof
- Sterkte
- 0,25 mg
- Verpakkingsvorm
- met solvens 1 ml
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
Zie voor de behandeling van prostaatcarcinoom de geldende behandelrichtlijn via richtlijnendatabase.nl.
Advies
fertiliteitsbehandeling vinden plaats in de tweede- of derdelijnszorg. Medicamenteuze ovulatie-inductie wordt toegepast bij ovulatiestoornissen zoals polycysteus ovarium syndroom (PCOS). Bij de behandeling van PCOS is letrozol (offlabel) eerste en clomifeen tweede keus. Andere fertiliteitsbehandelingen, die bij diverse indicaties kunnen worden toegepast, zijn intra‐uteriene inseminatie (met of zonder milde ovariële hyperstimulatie), in-vitro fertilisatie (IVF) en intracytoplasmatische sperma‐injectie (ICSI). Bij IVF/ICSI vindt gecontroleerde ovariële hyperstimulatie plaats met gonadotrofinen, in combinatie met gonadoreline-agonisten of gonadoreline-antagonisten, afhankelijk van het gekozen schema.
Indicaties
- Vergevorderd hormoonafhankelijk prostaatcarcinoom;
- Hoog-risico gelokaliseerd of lokaal gevorderd hormoonafhankelijk prostaatcarcinoom:
- in combinatie met radiotherapie of
- als neo-adjuvante behandeling voorafgaand aan radiotherapie.
Indicaties
Voorkómen van voortijdige ovulatie bij gecontroleerde ovariële stimulatie, gevolgd door follikelpunctie in het kader van kunstmatige voortplantingstechnieken.
Gerelateerde informatie
Doseringen
Prostaatcarcinoom
Volwassenen
Begindosis 240 mg s.c. Eén maand hierna de onderhoudsdosering starten: 80 mg s.c. 1×/maand.
Het therapeutisch effect volgen aan de hand van klinische parameters en de serumspiegel van het prostaatspecifiek antigeen (PSA).
Bij verminderde nier- of leverfunctie en bij ouderen is een dosisaanpassing niet nodig. Wees voorzichtig bij ernstige nier- of leveraandoeningen, omdat er geen onderzoek naar is gedaan.
Toediening: via een subcutane injectie in de buikstreek op een plek waar de patiënt geen druk ervaart (dus niet te dicht bij de tailleband of de ribben). De injectieplaats regelmatig variëren.
Doseringen
Preventie van voortijdige ovulatie
Volwassenen
Toediening 's morgens: 0,25 mg s.c. 1×/dag vanaf dag 5 of 6 van de ovariële stimulatie (ca. 96–120 uur na starten van de ovariële stimulatie) met gonadotrope hormonen tot en met de dag van de ovulatie-inductie. Toediening 's avonds: 0,25 mg s.c. 1×/dag vanaf dag 5 van de ovariële stimulatie met gonadotrope hormonen (96–108 uur na starten van de ovariële stimulatie) tot en met de avond voorafgaand aan de dag van de ovulatie-inductie.
De startdag van cetrorelix is afhankelijk van de ovariële reactie, dat wil zeggen het aantal en de grootte van de groeiende follikels en/of de hoeveelheid circulerend estradiol. De startdag kan worden uitgesteld bij afwezigheid van folliculaire groei, hoewel de klinische ervaring is gebaseerd op starten op dag 5 of 6 van de stimulatie.
Na de eerste injectie de patiënte 30 min onder medisch toezicht houden vanwege de toegenomen kans op (pseudo-)allergische reacties (waaronder levensbedreigende anafylaxie). De volgende injecties kan de patiënte eventueel zelf toedienen, indien zij op de hoogte is van mogelijke symptomen van allergie en de noodzaak van onmiddellijk medisch handelen.
De injectie s.c. in de onderbuik toedienen. Om reacties op de injectieplaats te beperken de injectieplaats afwisselen en de oplossing langzaam injecteren.
Bijwerkingen
Zeer vaak (> 10%): opvliegers. Pijn en erytheem op de plaats van injectie.
Vaak (1-10%): gynaecomastie, testiculaire atrofie, erectiestoornis. Anemie. Gewichtstoename. Hyperhidrose (incl. nachtzweten). Rillingen, koorts, vermoeidheid, griepachtige verschijnselen enkele uren na toediening. Zwelling, induratie en knobbels op de injectieplaats. Slapeloosheid. Duizeligheid, hoofdpijn. Misselijkheid, diarree. Huiduitslag. Pijn aan het bewegingsapparaat. Verhoogde levertransaminasewaarden, verhoging creatininespiegel en hyperkaliëmie.
Soms (0,1-1%): testiculaire pijn, pijnlijke borst, bekkenpijn, irritatie van de genitaliën, uitblijven van de ejaculatie. Verminderd libido, depressie. Psychische stoornissen, hypo-esthesie. Hartritmestoornissen (incl. atriumfibrilleren), hartkloppingen, QT-verlenging. Hypertensie, vasovagale reactie (incl. hypotensie). Droge mond, braken, buikpijn, buikklachten, obstipatie. Verhoogde waarden van bilirubine, alkalisch fosfatase. Troebel zicht. Overgevoeligheid. Urticaria, huidknobbels, alopecia, jeuk, erytheem. Dyspneu. Osteopenie en/of osteoporose, artralgie, zwelling en stijfheid van de gewrichten, spierzwakte, –spasmen. Pollakisurie, mictiedrang, dysurie, nycturie, nierfunctiestoornis, incontinentie. Hyperglykemie en/of diabetes mellitus, verhoogde cholesterolwaarden, veranderingen in bloedcalcium, verminderde eetlust, gewichtsafname. Malaise, perifeer oedeem.
Zelden (0,01–0,1%): neutropene koorts. Anafylactische reactie. Myocardinfarct, hartfalen. Rabdomyolyse.
Bijwerkingen
Vaak (1-10%): reacties op de injectieplaats, zoals erytheem, jeuk en zwelling. Licht tot matig ovarieel hyperstimulatiesyndroom (WHO-graad I/II).
Soms (0,1-1%): ernstig ovarieel hyperstimulatiesyndroom (WHO-graad III), misselijkheid, hoofdpijn. Systemische (pseudo) allergische reacties, waaronder levensbedreigende anafylaxie.
Interacties
Androgeendeprivatietherapie kan het QT-interval verlengen; wees voorzichtig met gelijktijdig gebruik van geneesmiddelen die het QT-interval verlengen (o.a. amiodaron, disopyramide, domperidon, ibutilide, kinidine, methadon, sotalol, macrolide antibiotica, chinolonen, imidazool–antimycotica, tricyclische antidepressiva, sommige antipsychotica).
Zwangerschap
Gezien de geregistreerde indicatie niet van toepassing.
Vruchtbaarheid: Remt de vruchtbaarheid van de man tijdens de onderdrukking van testosteron.
Zwangerschap
Gezien de geregistreerde indicatie niet van toepassing.
Teratogenese: Een beperkte hoeveelheid gegevens over gebruik rond de conceptie, wijst niet op een toegenomen kans op aangeboren afwijkingen.
Advies: Kan waarschijnlijk veilig worden gebruikt.
Lactatie
Gezien de geregistreerde indicatie niet van toepassing.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend, zowel bij mensen als dieren.
Advies: Er kan geen advies worden gegeven, vanwege onvoldoende gegevens.
Contra-indicaties
Er zijn van dit middel geen contra-indicaties bekend.
Contra-indicaties
- overgevoeligheid voor gonadoreline-agonisten (GnRH-analogen) of voor extrinsieke peptidehormonen;
- ernstige nierinsufficiëntie.
Waarschuwingen en voorzorgen
Verlenging van het QT-interval kan optreden als gevolg van langetermijnbehandeling met androgeendeprivatie; wees voorzichtig bij een voorgeschiedenis van of meer kans op ‘torsade de pointes’ en bij geneesmiddelen die het QT-interval verlengen (zie rubriek Interacties). Tevens is er bij androgeendeprivatietherapie mogelijk meer kans op hart– en vaatziekten, zoals een hersen- of myocardinfarct; wees voorzichtig bij cardiovasculaire risicofactoren.
Verminderde botdichtheid kan optreden bij langdurige androgeendeprivatie; dit is echter voor degarelix niet bekend.
Vermindering van glucosetolerantie kan optreden; bij diabetespatiënten zo nodig de bloedglucosespiegel frequenter controleren.
Bij een vermoedelijke of bekende leveraandoening tijdens de behandeling de leverfunctie regelmatig controleren.
Er is geen onderzoek verricht naar de toepassing bij ernstige nieraandoeningen, leverziekten en bij ernstige overgevoeligheid in de anamnese (ernstig astma, anafylactische reacties, angio-oedeem, netelroos).
Waarschuwingen en voorzorgen
Bij ernstige allergische status wordt toepassing niet aanbevolen. Wees voorzichtig bij symptomen van actieve allergie en bij een allergische predispositie.
Tijdens of na ovariële stimulatie kan het ovarieel hyperstimulatiesyndroom optreden.
Medicatie ter ondersteuning van de luteale fase dient te worden gegeven volgens het standaardprotocol van de fertiliteitskliniek.
Er bestaat relatief weinig ervaring met toediening tijdens meerdere ovariële stimulatiecycli: om die reden in volgende cycli alleen toedienen na zorgvuldige afweging van de voor- en nadelen.
In klinische studies is cetrorelix toegepast in combinatie met humane menopauzale gonadotrofinen (hMG). Ervaring met recombinant FSH wijst op een vergelijkbare werkzaamheid.
Gebruik bij lever- en nierinsufficiëntie is niet onderzocht.
Overdosering
Neem voor informatie over een vergiftiging met degarelix contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.
Overdosering
Neem voor informatie over een vergiftiging met cetrorelix contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.
Eigenschappen
Gonadoreline(GnRH)-antagonist. Bindt zich competitief en reversibel aan GnRH-receptoren in de hypofyse. Veroorzaakt een snelle afname van de gonadotrofinen, LH en FSH, waardoor de testosteron-afscheiding door de teelballen afneemt. De testosteronspiegel bereikt een waarde tot ver onder het niveau van medische castratie.
Kinetische gegevens
T max | ca. 40 uur (aanvangsdosering). |
V d | ca. 1 l/kg. |
Eiwitbinding | ca. 90%. |
Metabolisering | in de lever door peptidasen. |
Eliminatie | 70–80% met de feces, 20–30% met de urine. |
T 1/2el | 29 dagen (onderhoudsdosering). |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Eigenschappen
Gonadoreline(GnRH)-antagonist. Het bindt competitief aan GnRH-receptoren in de hypofyse, waardoor de afgifte van LH en in mindere mate van FSH dosisafhankelijk wordt geblokkeerd. Deze blokkade begint direct en wordt bij voortgezette behandeling gehandhaafd. Bij vrouwen wordt de LH-piek en daarmee de ovulatie uitgesteld. Werkingsduur injectie 0,25 mg: 24 uur.
Kinetische gegevens
F | s.c. ca. 85%. |
V d | 1,1 l/kg. |
T 1/2el | i.v. ca. 12 uur, s.c. 30 uur. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Groepsinformatie
degarelix hoort bij de groep gonadoreline-antagonisten.
Groepsinformatie
cetrorelix hoort bij de groep gonadoreline-antagonisten.