Samenstelling
Dimethylsulfoxide vaselinecrème/oplossing FNA XGVS Formularium der Nederlandse Apothekers
- Toedieningsvorm
- Crème (50%)
- Sterkte
- 500 mg/g
- Toedieningsvorm
- Oplossing (50%)
- Sterkte
- 500 mg/g
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Vaniqa (als hydrochloride-monohydraat) XGVS Almirall bv
- Toedieningsvorm
- Crème
- Sterkte
- 115 mg/g
- Verpakkingsvorm
- 30 g
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
Zie voor de Medicamenteuze behandeling van CRPS-1 de aanbevelingen in de NVA-richtlijn Complex regionaal pijnsyndroom type 1. Volgens de module Behandeling met scavengers bij CRPS-I wordt dimethylsulfoxidecreme 50% aanbevolen bij CRPS-I waarbij ontstekingsverschijnselen op de voorgrond staan.
Advies
Zie huidziekten.nl voor meer informatie over hirsutisme en de behandeling ervan.
Indicaties
- Complex regionaal pijnsyndroom type I (CRPS-1, posttraumatische dystrofie);
- Extravasatie van oncolytica (amsacrine, cisplatine en mitomycine).
Indicaties
- Hirsutisme in het gelaat bij vrouwen.
Doseringen
Dimethylsulfoxide in een vette crèmebasis geeft minder huidirritatie dan in een waterige oplossing. Indien het aanbrengen van de vaselinecrème te pijnlijk is, kan de oplossing worden gebruikt.
Complex regionaal pijnsyndroom
Crème: 5×/dag dun aanbrengen op de pijnlijke huidgedeelten; indien te veel droogheid en schilfering optreedt 3×/dag aanbrengen. Behandelduur: bij patiënten die korter dan een jaar CRPS-I hebben 3 maanden; bij patiënten die langer dan een jaar CRPS-I hebben aanvankelijk een proefbehandeling van 1 maand, bij een gunstig effect behandeling gedurende 3 maanden continueren.
Oplossing: 5×/dag op de pijnlijke huidgedeelten penselen of dun verstuiven; na 10 min inwerken het restant verwijderen door deppen of douchen. Indien te veel droogheid en schilfering optreedt 3×/dag aanbrengen. Behandelduur: bij patiënten die korter dan een jaar CRPS-I hebben 3 maanden; bij patiënten die langer dan een jaar CRPS-I hebben aanvankelijk een proefbehandeling van 1 maand, bij een gunstig effect behandeling gedurende 3 maanden continueren.
Extravasatie van oncolytica
Bij amsacrine, cisplatine en mitomycine: oplossing: op de huid aanbrengen en aan de lucht laten drogen, elke 8 uur herhalen gedurende ten minste 7 dagen.
Vergeten dosis: deze alsnog aanbrengen; zorg daarbij dat de huid voldoende tijd heeft (enkele uren) om te herstellen voordat een nieuwe dosis wordt aangebracht.
Toediening
- Crème voorzichtig aanbrengen, zodat de gezonde huid er zo min mogelijk mee in aanraking komt.
- Oplossing:
- Bij complex regionaal pijnsyndroom: dek de gezonde huid af met verbandgaas en verstuif de oplossing met de spray op de pijnlijke huiddelen. Breng niet te veel aan; de huid moet vochtig worden maar niet nat. Na het inwerken van de oplossing het restant verwijderen door deppen met een tissue of door afspoelen onder de douche met water met zeep of wasgel.
- Bij extravasatie: bevochtig het aangetaste deel van de huid met de spray. Laat drogen aan de lucht in verband met mogelijke blaarvorming indien onder occlusie. Gebruik geen verbandgaas over het aangetaste deel.
Doseringen
Hirsutisme in het gelaat:
Volwassenen (incl. ouderen):
2×/dag met minimaal 8 uur tussenpauze op de aangedane plekken (gezicht en onder de kin) aanbrengen. Max. 30 gram per maand. Binnen 8 weken na start van de behandeling kan verbetering worden waargenomen; voortzetting van de behandeling kan verdere verbetering geven en is noodzakelijk om het gunstig effect te laten voortduren. Na staken van de behandeling keert binnen 8 weken de uitgangssituatie weer terug. De behandeling staken indien binnen 4 maanden geen gunstig effect wordt gezien.
Bij optreden van huidirritatie of intolerantie de crème tijdelijk 1×/dag aanbrengen; indien de irritatie dan niet verdwijnt, de behandeling onderbreken.
Toedieningsinformatie: De crème dun aanbrengen (op de schone en droge huid) en goed inwrijven. Vermijd contact met de ogen en met de slijmvliezen. Na het aanbrengen de handen wassen. De behandelde plekken niet binnen 4 uur na aanbrengen reinigen. Cosmetica (waaronder zonnebrandmiddelen) kunnen 5 minuten na aanbrengen van de crème worden toegepast. Indien naast de behandeling een ontharingsmethode (bv. scheren of epileren) wordt toegepast, dan na het gebruik van de ontharingsmethode ten minste 5 minuten wachten voordat de crème wordt aangebracht.
Bijwerkingen
Zeer vaak (> 10%): uien- of knoflookgeur van de huid en adem (zie de rubriek Kinetische gegevens); de geur kan tot 72 uur aanhouden. Knoflookachtige smaak. Irritatie van de huid: jeuk, brandend gevoel, erytheem, schilfering, blaarvorming, oedeem en urticaria; huidirritatie treedt bij de vaselinecrème minder op dan bij de oplossing.
Vaak (1-10%): overgevoeligheid.
Soms (0,1-1%): maag-darmstoornissen zoals misselijkheid, braken, diarree, obstipatie en anorexie. Hoofdpijn, duizeligheid, sufheid.
Bijwerkingen
Zeer vaak (> 10%): acne.
Vaak (1–10%): huidklachten (irritatie, branderigheid, tintelingen, droogheid, roodheid, jeuk), huiduitslag, folliculitis, pseudofolliculitis barbae, alopecia.
Soms (0,1–1%): (contact)dermatitis, huiduitslag met papulae, huidbloedingen, herpes simplex, eczeem, furunculose, pijnlijke huid, cheilitis, gevoelloosheid van de lippen, oedeem van gezicht en mond, hypopigmentatie, blozen, abnormale haarstructuur, abnormale haargroei, ingegroeide haren.
Zelden (0,01–0,1%): huidneoplasma, huidcyste, rosacea, seborroïsche dermatitis, maculopapuleuze huiduitslag, vesicobullaire huiduitslag, strakke huid, verergering van hirsutisme.
Interacties
Het effect van dexrazoxaan kan afnemen door dimethylsulfoxide; de combinatie wordt ontraden.
Gelijktijdig gebruik van andere lokale geneesmiddelen op dezelfde plaats zorgt voor verhoogde absorptie hiervan.
Interacties
Van dit geneesmiddel zijn geen interacties bekend.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren schadelijk gebleken. Dimethylsulfoxide wordt na cutane toediening snel en goed geabsorbeerd.
Advies: Niet gebruiken tijdens de zwangerschap.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren geen aanwijzingen voor schadelijkheid.
Advies: Gebruik ontraden.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend, echter vanwege de goede absorptie door de huid lijkt dit wel aannemelijk.
Advies: Niet gebruiken tijdens borstvoeding.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend.
Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel of het geven van borstvoeding ontraden.
Contra-indicaties
Er zijn van dit middel geen contra-indicaties bekend.
Contra-indicaties
Er zijn van dit middel geen contra-indicaties bekend.
Waarschuwingen en voorzorgen
Wees voorzichtig bij
- een ernstig verminderde lever- en/of nierfunctie;
- oogafwijkingen in de voorgeschiedenis;
- overgevoeligheid.
Bij langdurig gebruik regelmatig (elke 6 mnd.) de ogen, lever- en nierfunctie controleren. Er is weinig bekend over de langetermijngevolgen; mogelijk heeft het schadelijke effecten op de ogen, nieren, lever en bloedcellen. In dierstudies is gebruik van dimethylsulfoxide geassocieerd met veranderingen in de ooglens. Refractieafwijkingen, resulterend in myopie, en lens-troebeling zijn gerapporteerd. Een vergelijkbaar effect bij de mens heeft men tot dusver echter nooit kunnen aantonen.
Laat de patiënt contact opnemen bij het optreden van systemische bijwerkingen als misselijkheid, braken, hoofdpijn en duizeligheid . Mogelijk moet de crème of oplossing dunner en/of minder frequent worden aangebracht. laat de patiënt ook contact opnemen bij het optreden van overgevoeligheidsreacties.
Dimethylsulfoxide lost bepaalde synthetische weefsels in kleding op (sterk polair oplosmiddel); tijdens behandeling wordt aangeraden om katoen of wol te dragen.
Waarschuwingen en voorzorgen
Toedieningsinformatie: Vermijd contact met de ogen en met de slijmvliezen. Bij toepassing op een dunne of gebarsten huid kan tijdelijk een prikkend of branderig gevoel optreden.
Houd rekening met andere oorzaken van excessieve haargroei, zoals polycysteusovariumsyndroom, androgeenafscheidende neoplasma's, of het gebruik van bepaalde geneesmiddelen (bv. ciclosporine, glucocorticosteroïden, minoxidil, fenobarbital, fenytoïne, gecombineerde oestrogeen-androgeen-substitutie).
Onderzoeksgegevens: De veiligheid en werkzaamheid bij een lever- en nierfunctiestoornis en bij kinderen < 18 jaar zijn niet vastgesteld.
Eigenschappen
Dimethylsulfoxide (DMSO) heeft diverse farmacologische eigenschappen waaronder membraan penetratie, lokale analgesie, wegvangen van vrije radicalen, oplossen van collageen, vaatverwijding, anti-inflammatoire effecten, zwak bacteriostatische eigenschappen en diurese.
DMSO remt lokaal de prikkelgeleiding in perifere zenuwen en werkt daardoor analgetisch bij bepaalde pijnsyndromen (o.a. complex regionaal pijnsyndroom type 1). Het heeft hierbij vooral een gunstig effect wanneer ontstekingsverschijnselen op de voorgrond staan (primair warme CRPS-I). DMSO dringt goed door in diepere weefsellagen. Het maakt het stratum corneum meer permeabel en bevordert daardoor de penetratie van andere stoffen; vanwege de bijwerkingen wordt het echter alleen bij enkele specialistische indicaties als penetratiebevorderaar toegepast.
Het werkingsmechanisme bij de behandeling van extravasatie van bepaalde oncolytica (zoals mitomycine) berust onder andere op het wegvangen van vrije cytotoxische radicalen en het versnellen van de resorptie van het oncolyticum.
Kinetische gegevens
Resorptie | snel en goed. |
Metabolisering | na absorptie gedeeltelijk tot dimethylsulfon en dimethylsulfide. |
Eliminatie | dimethylsulfoxide en dimethylsulfon voornamelijk met de urine en een klein deel met de feces. Een klein gedeelte als dimethylsulfide via de longen en huid; dit geeft de kenmerkende knoflookgeur van adem en huid. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Eigenschappen
Eflornithine remt op irreversibele wijze het enzym ornithinedecarboxylase, dat betrokken is bij de aanmaak van de haarschacht in de haarfollikel; hierdoor wordt de snelheid van de haargroei vertraagd. Werking: binnen 8 weken.
Kinetische gegevens
Resorptie | de huidpenetratie bedraagt ca. 0,8%. |
Eliminatie | vnl. via de urine. |
T 1/2el | ca. 8 uur. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Groepsinformatie
dimethylsulfoxide hoort bij de groep dermatica, overige.
- abrocitinib (D11AH08) Vergelijk
- brimonidine (cutaan) (D11AX21) Vergelijk
- deoxycholzuur (D11AX24) Vergelijk
- ditranol (D05AC01) Vergelijk
- eflornithine (D11AX16) Vergelijk
- glycopyrronium (cutaan) (D11AA01) Vergelijk
- ichthammol (D05AA) Vergelijk
- ivermectine (cutaan) (D11AX22) Vergelijk
- lebrikizumab (D11AH10) Vergelijk
- levomenthol (cutaan) (D04AX) Vergelijk
- metronidazol (cutaan steriel) (D06BX01) Vergelijk
- metronidazol (cutaan) (D06BX01) Vergelijk
- minoxidil (cutaan) (D11AX01) Vergelijk
- tirbanibuline (D06BX03) Vergelijk
Groepsinformatie
eflornithine hoort bij de groep dermatica, overige.
- abrocitinib (D11AH08) Vergelijk
- brimonidine (cutaan) (D11AX21) Vergelijk
- deoxycholzuur (D11AX24) Vergelijk
- dimethylsulfoxide (M02AX03) Vergelijk
- ditranol (D05AC01) Vergelijk
- glycopyrronium (cutaan) (D11AA01) Vergelijk
- ichthammol (D05AA) Vergelijk
- ivermectine (cutaan) (D11AX22) Vergelijk
- lebrikizumab (D11AH10) Vergelijk
- levomenthol (cutaan) (D04AX) Vergelijk
- metronidazol (cutaan steriel) (D06BX01) Vergelijk
- metronidazol (cutaan) (D06BX01) Vergelijk
- minoxidil (cutaan) (D11AX01) Vergelijk
- tirbanibuline (D06BX03) Vergelijk