Samenstelling
Fluvastatine (als Na-zout) Diverse fabrikanten
- Toedieningsvorm
- Capsule
- Sterkte
- 20 mg, 40 mg
- Toedieningsvorm
- Tablet met gereguleerde afgifte
- Sterkte
- 80 mg
Lescol XL (als Na-zout) Ethyx Pharmaceuticals
- Toedieningsvorm
- Tablet met gereguleerde afgifte
- Sterkte
- 80 mg
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Simvastatine Diverse fabrikanten
- Toedieningsvorm
- Tablet, omhuld
- Sterkte
- 10 mg, 20 mg, 40 mg, 60 mg, 80 mg
Zocor Organon Pharma BV
- Toedieningsvorm
- Tablet, omhuld
- Sterkte
- 10 mg, 20 mg, 40 mg
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
Bij hypercholesterolemie is een statine de eerste keus ter verlaging van het LDL-cholesterol; atorvastatine, rosuvastatine of simvastatine heeft de voorkeur. Intensiveer de lipidenverlagende therapie wanneer de streefwaarde niet bereikt wordt door het ophogen van de dosis als de maximumdosering nog niet bereikt is of door te switchen naar een potentere statine. Bij onvoldoende effect van een statine in de maximale (te verdragen) dosering kan bij een patiënt ≤ 70 jaar of bij niet-kwetsbare ouderen met hart- en vaatziekten (HVZ), ezetimib worden toegevoegd.
Fluvastatine wordt vanwege een zwakkere lipidenverlagende werking alleen aangeraden als andere statinen niet verdragen worden.
Let op: de ESC Guidelines for the management of acute coronary syndromes (2023) worden verwerkt nadat de NVvC hun aanbevelingen voor de Nederlandse situatie hebben uitgebracht.
Geef bij vermoeden van een acuut coronair syndroom (ACS), als pijnbestrijding in de acute fase, nitroglycerine oromucosaal of isosorbidedinitraat sublinguaal. Geef bij een contra-indicatie of aanhoudende matige tot ernstige pijn morfine i.v. of fentanyl i.v. of intranasaal. Start bij STEMI zo snel mogelijk dubbele trombocytenaggregatieremming (DAPT), bij voorkeur binnen 24 uur na het ontstaan van klachten. Een STEMI wordt verder behandeld met reperfusie door percutane coronaire interventie (PCI). Geef peri-procedureel een parenteraal anticoagulans. Bij een NSTEMI (incl. IAP) wordt eerst aanvullend onderzoek en een risicoanalyse verricht. DAPT kan direct na het stellen van de diagnose worden gestart. Bij mogelijkheid tot een coronairangiogram binnen 24 uur kan ook worden volstaan met enkelvoudige trombocytenaggregatieremming.
Na behandeling van een ACS volgt secundaire preventie van een recidief middels niet-medicamenteuze en medicamenteuze behandeling. De patiënt krijgt levenslang acetylsalicylzuur in combinatie met een P2Y12-remmer gedurende in principe 12 maanden. Verder bestaat de behandeling in het algemeen uit een cholesterolverlager, een lipofiele selectieve β-blokker en een ACE-remmer.
Advies
Bij hypercholesterolemie is een statine de eerste keus ter verlaging van het LDL-cholesterol; atorvastatine, rosuvastatine of simvastatine heeft de voorkeur. Intensiveer de lipidenverlagende therapie wanneer de streefwaarde niet bereikt wordt door het ophogen van de dosis als de maximumdosering nog niet bereikt is of door te switchen naar een potentere statine. Bij onvoldoende effect van een statine in de maximale (te verdragen) dosering kan bij een patiënt ≤ 70 jaar of bij niet-kwetsbare ouderen met hart- en vaatziekten (HVZ), ezetimib worden toegevoegd.
Let op: de ESC Guidelines for the management of acute coronary syndromes (2023) worden verwerkt nadat de NVvC hun aanbevelingen voor de Nederlandse situatie hebben uitgebracht.
Geef bij vermoeden van een acuut coronair syndroom (ACS), als pijnbestrijding in de acute fase, nitroglycerine oromucosaal of isosorbidedinitraat sublinguaal. Geef bij een contra-indicatie of aanhoudende matige tot ernstige pijn morfine i.v. of fentanyl i.v. of intranasaal. Start bij STEMI zo snel mogelijk dubbele trombocytenaggregatieremming (DAPT), bij voorkeur binnen 24 uur na het ontstaan van klachten. Een STEMI wordt verder behandeld met reperfusie door percutane coronaire interventie (PCI). Geef peri-procedureel een parenteraal anticoagulans. Bij een NSTEMI (incl. IAP) wordt eerst aanvullend onderzoek en een risicoanalyse verricht. DAPT kan direct na het stellen van de diagnose worden gestart. Bij mogelijkheid tot een coronairangiogram binnen 24 uur kan ook worden volstaan met enkelvoudige trombocytenaggregatieremming.
Na behandeling van een ACS volgt secundaire preventie van een recidief middels niet-medicamenteuze en medicamenteuze behandeling. De patiënt krijgt levenslang acetylsalicylzuur in combinatie met een P2Y12-remmer gedurende in principe 12 maanden. Verder bestaat de behandeling in het algemeen uit een cholesterolverlager, een lipofiele selectieve β-blokker en een ACE-remmer.
Indicaties
- Aanvulling op dieet bij volwassenen met primaire hypercholesterolemie en bij gemengde dyslipidemie, indien dieet en andere maatregelen alléén niet voldoende zijn.
- Vermindering van het risico van ernstige cardiale complicaties na percutane coronaire interventies bij volwassen patiënten met coronaire hartziekten.
Gerelateerde informatie
Indicaties
Behandeling van
- Primaire hypercholesterolemie;
- Homozygote familiaire hypercholesterolemie;
- Gemengde dyslipidemie, indien dieet en andere maatregelen alléén niet voldoende zijn.
Preventie bij
- Atherosclerotisch cardiovasculair lijden;
- Diabetes mellitus, met een normaal of een verhoogd cholesterolgehalte, als aanvulling op andere maatregelen.
Gerelateerde informatie
Doseringen
Primaire hypercholesterolemie en gemengde dyslipidemie
Volwassenen (incl. ouderen)
Bij noodzakelijke LDL–C–reductie < 25%: begindosering 20 mg/dag, 's avonds. Bij een noodzakelijke LDL–C–reductie ≥ 25 %: begindosering 40 mg/dag 's avonds. De dosering eventueel met tussenpozen van minimaal 4 weken ophogen naar 80 mg in 1 dosis op een willekeurig tijdstip van de dag (tablet met gereguleerde afgifte) of 2×/dag 40 mg (capsule).
Kinderen van 9–18 jaar
Bij heterozygote familiaire hypercholesterolemie: begindosering 20 mg/dag. De dosering eventueel met tussenpozen van minimaal 6 weken ophogen naar 80 mg in 1 dosis op een willekeurig tijdstip van de dag (tablet met gereguleerde afgifte) of 2×/dag 40 mg (capsule).
Secundaire preventie bij coronaire hartziekten
Volwassenen (incl. ouderen)
80 mg/dag.
Verminderde nierfunctie: Bij een creatinineklaring < 30 ml/min doses > 40 mg/dag voorzichtig toepassen, vanwege weinig gegevens. Bij een minder ernstige nierfunctiestoornis hoeft de dosering niet aangepast te worden.
Toediening: Capsule of tablet heel doorslikken met water.
Doseringen
De maximale dosis van 80 mg wordt alleen aanbevolen bij ernstige hypercholesterolemie en een hoog risico op cardiovasculaire complicaties, wanneer lagere doses onvoldoende effect hebben en de voordelen opwegen tegen de potentiële risico's.
Hypercholesterolemie
Volwassenen
Volgens de fabrikant: begindosering 10–20 mg per dag in 1 gift 's avonds als aanvulling op dieet, indien sterke daling van de LDL-cholesterol is gewenst begindosering 20–40 mg per dag in 1 gift 's avonds. Vervolgens zo nodig verhogen met intervallen van ten minste 4 weken tot max. 80 mg per dag in 1 gift 's avonds.
Volgens de NHG-Standaard Cardiovasculair Risico Management (2019): Bij een gewenste LDL-daling < 40% starten met 40 mg 1×/dag. Iedere 3 maanden LDL controleren tot het bereiken van de streefwaarde; bij onvoldoende effect of een gewenste LDL-daling > 40% overstappen op/kiezen voor atorvastatine of rosuvastatine.
Homozygote familiaire hypercholesterolemie
Volwassenen
Begindosering 40 mg per dag in 1 gift 's avonds. Bij deze patiënten simvastatine toepassen als aanvulling op andere lipidenverlagende behandelingen (bv. LDL-aferese) of als dergelijke behandelingen niet beschikbaar zijn.
Heterozygote, familiaire hypercholesterolemie
Kinderen van 10–17 jaar (puberale status jongens: Tanner-stadium ≥ 2, meisjes: ≥1 jaar postmenarche)
Begindosering 10 mg per dag in 1 gift 's avonds innemen als aanvulling op dieet. Vervolgens zo nodig verhogen met intervallen van ten minste 4 weken tot max. 40 mg per dag.
Cardiovasculaire preventie
Volwassenen
20–40 mg per dag in 1 gift 's avonds bij een hoog risico op coronaire hartziekten. Zo nodig verhogen met intervallen van ten minste 4 weken tot max. 80 mg per dag in één gift 's avonds.
Volgens de NHG-Standaard Cardiovasculair Risico Management (2019): Bij een gewenste LDL-daling < 40% starten met 40 mg 1×/dag. Iedere 3 maanden LDL controleren tot het bereiken van de streefwaarde; bij onvoldoende effect of een gewenste LDL-daling > 40% overstappen op/kiezen voor atorvastatine of rosuvastatine.
Verminderde nierfunctie: bij licht tot matig verminderde nierfunctie (creatinineklaring ≥ 30 ml/min) is geen dosisaanpassing nodig. Bij een ernstig verminderde nierfunctie (creatinineklaring < 30 ml/min) dagdoseringen boven 10 mg zorgvuldig overwegen en zo nodig voorzichtig invoeren.
SLCO1B1-polymorfisme: pas zo nodig de dosering of het middel aan in overleg met de apotheker.
Comedicatie
- Bij combinatie met fibraten (met uitzondering van gemfibrozil) is de maximaal aanbevolen dagdosis volgens de fabrikant 10 mg.
- Bij combinatie met bempedoïnezuur is de maximaal aanbevolen dagdosis 20 mg of bij ernstige hypercholesterolemie én een hoog risico op cardiovasculaire complicaties 40 mg als het behandeldoel niet is bereikt met een lagere dosis.
- Bij gelijktijdig gebruik van lomitapide of ticagrelor is de maximale dagelijkse dosis simvastatine 40 mg.
- Bij gelijktijdig gebruik van amiodaron, diltiazem, verapamil of elbasvir/grazoprevir is de maximaal aanbevolen dagdosis volgens de fabrikant 20 mg. Volgens de Amerikaanse 'Food and Drug Administration' (FDA) is bij combinatie met diltiazem of verapamil de maximaal aanbevolen dagdosis simvastatine 10 mg/dag en bij combinatie met amiodaron maximaal 20 mg/dag.
Toediening: Grapefruit-/pompelmoessap vermijden bij gebruik van simvastatine.
Bijwerkingen
Ademhalingsstelsel, borstkas en mediastinum
Interstitiële longziekte | ? |
---|
Algemeen en toedieningsplaats
Gezichtsoedeem | Zeer zelden |
---|
Bloed en lymfestelsel
Trombocytopenie | Zeer zelden |
---|
Bloedvaten
Vasculitis | Zeer zelden |
---|
Huid en onderhuid
Angio-oedeem | Zeer zelden |
---|---|
Bulleuze dermatitis | Zeer zelden |
Dermatitis | Zeer zelden |
Eczeem | Zeer zelden |
Huidreactie | Zeer zelden |
Huiduitslag | Zelden |
Urticaria | Zelden |
Immuunsysteem
Anafylactische reactie | Zeer zelden |
---|---|
Overgevoeligheidsreactie | Zeer zelden |
Lever en galwegen
Hepatitis | Zeer zelden |
---|
Maagdarmstelsel
Buikpijn | Vaak |
---|---|
Diarree | ? |
Dyspepsie | Vaak |
Nausea | Vaak |
Pancreatitis | Zeer zelden |
Onderzoeken
Creatinekinase verhoogd | Vaak |
---|---|
Transaminasen verhoogd | Vaak |
Oog
Oculaire myasthenie | ? |
---|
Psyche
Slapeloosheid | Vaak |
---|
Skeletspieren en bindweefsel
Immuungemedieerde necrotiserende myopathie | ? |
---|---|
Lupusachtig syndroom | Zeer zelden |
Myopathie | Zelden |
Myositis | Zeer zelden |
Rabdomyolyse | Zeer zelden |
Spierpijn | Zelden |
Spierzwakte | Zelden |
Voortplantingsstelsel en borst
Erectiele disfunctie | ? |
---|
Zenuwstelsel
Dysesthesie | Zeer zelden |
---|---|
Hoofdpijn | Vaak |
Hypo-esthesie | Zeer zelden |
Myasthenia gravis | ? |
Paresthesie | Zeer zelden |
Toelichting
- Transaminasen verhoogd: soms tot > 3× ULN.
- Verhoogde waarden creatinekinase in het bloed: soms tot > 5× ULN.
- Immuungemedieerde necrotiserende myopathie: tijdens of na behandeling.
Verder zijn bij sommige statinen gemeld: seksuele disfunctie, tendinopathie (soms gecompliceerd door peesruptuur), depressie, geheugenverlies, nachtmerries en ontwikkeling van diabetes mellitus, vaker bij risicofactoren voor diabetes mellitus (zoals glucose nuchter van 5,6–6,9 mmol/l).
Bijwerkingen
Zelden (0,01-0,1%): maag-darmstoornissen zoals buikpijn, misselijkheid, braken, dyspepsie, obstipatie, flatulentie, diarree. Hoofdpijn, paresthesie, duizeligheid, perifere neuropathie. Licht gestoorde leverfunctie, verhoging van de serumtransaminasewaarden, hepatitis, geelzucht, pancreatitis. Anemie. Huiduitslag, jeuk, alopecia. Myopathie (waaronder myositis), rabdomyolyse (met of zonder acuut nierfalen), spierpijn, spierkrampen, asthenie. Een overgevoeligheidssyndroom met symptomen zoals angio-oedeem, lupusachtig syndroom, polymyalgia rheumatica, dermatomyositis, artritis, artralgie, vasculitis, trombocytopenie, eosinofilie, urticaria, fotosensibilisatie, koorts, roodheid in het gelaat, dyspneu en malaise. Verhoging alkalische fosfatase, verhoging serumcreatinefosfokinasewaarden (afkomstig uit de skeletspieren).
Zeer zelden (< 0,01%): slapeloosheid. Geheugenstoornis. Leverfalen. Anafylactische reactie.
Verder zijn gemeld: depressie. Interstitiële longziekte. Peesaandoeningen (incl. peesruptuur). Erectiestoornis. Immuungemedieerde necrotiserende myopathie (IMNM), tijdens of na behandeling. Myasthenia gravis, oculaire myasthenie.
Verder zijn bij sommige statinen gemeld: spierscheuring, geheugenverlies, seksuele disfunctie en slaapstoornissen (nachtmerries), verhoogd HbA1c-gehalte, ontwikkeling van diabetes mellitus, vaker bij risicofactoren voor diabetes mellitus (zoals glucose nuchter van 5,6–6,9 mmol/l).
Interacties
Bij combinatie met rifampicine neemt de biologische beschikbaarheid van fluvastatine met circa 50% af.
Wegens de negatieve beïnvloeding van de absorptie van fluvastatine dient het bij combinatietherapie vier uur ná colestyramine te worden ingenomen.
Naar analogie van andere statinen moet rekening worden gehouden met meer kans op myopathie bij gelijktijdig gebruik van immunosuppressiva (bv. ciclosporine), fibraten, erytromycine of colchicine.
Zelden is een mogelijke versterking van het antistollingseffect gemeld bij gelijktijdig gebruik met vitamine K-antagonisten.
Bij combinatie met een sulfonylureumderivaat (tolbutamide, glibenclamide) kan de biologische beschikbaarheid van het sulfonylureumderivaat toegenomen zijn; bij combinatie met glibenclamide kan de biologische beschikbaarheid van fluvastatine toegenomen zijn.
Voorzichtigheid is geboden bij combinatie met fluconazol vanwege een mogelijke verhoging van de fluvastatinespiegel.
Bij combinatie met systemisch fusidinezuur, de fluvastatine-behandeling bij voorkeur tijdelijk staken gedurende de fusidinezuurbehandeling; 7 dagen na de laatste dosis van fusidinezuur, fluvastatine herstarten. Vanwege melding van (fatale) rabdomyolyse bij deze combinatie slechts in uitzonderlijke gevallen wel de combinatie met oraal fusidinezuur toepassen; dan onder strikt medisch toezicht.
Interacties
Gelijktijdig gebruik van sterke CYP3A4-remmers die de AUC met ca. 5× of meer verhogen zoals itraconazol, ketoconazol, posaconazol, voriconazol, erytromycine, claritromycine, HIV-proteaseremmers, cobicistat, gemfibrozil, ciclosporine en danazol is gecontra-indiceerd vanwege het risico van rabdomyolyse; indien de behandeling met één van deze middelen noodzakelijk is, de therapie met simvastatine tijdelijk staken (eventueel een ander statine geven). Bij combinatie met lomitapide is een simvastatinedosis > 40 mg per dag gecontra-indiceerd vanwege meer kans op myopathie of rabdomyolyse.
Wees voorzichtig bij gelijktijdig gebruik van minder sterke CYP3A4-remmers die de AUC twee- tot vijfmaal vergroten (bv. fluconazol, verapamil, diltiazem). De voordelen van gelijktijdig gebruik met amiodaron, verapamil en diltiazem nauwkeurig afwegen tegen de toenemende kans op myopathie en rabdomyolyse; de simvastatinedosering aanpassen (zie rubriek Dosering) of simvastatine vervangen door een ander statine. Gebruik van grapefruit-/pompelmoessap vermijden.
Combinatie met bempedoïnezuur kan de plasmaspiegel van simvastatine verhogen; gelijktijdig gebruik van bempedoïnezuur en simvastatine in een dosering van > 40 mg is gecontra-indiceerd.
Combinatie met ticagrelor kan de plasmaspiegel van simvastatine verhogen; gelijktijdig gebruik van ticagrelor met simvastatine in een dosering > 40 mg wordt afgeraden.
Amlodipine kan bij combinatie met simvastatine de simvastatine(zuur)–blootstelling verhogen waardoor het risico op ernstige myopathie en rabdomyolyse toeneemt. Vervang simvastatine door een ander statine (bijvoorbeeld rosuvastatine).
Bij gebruik van 80 mg simvastatine/dag geen geneesmiddelen combineren die de simvastatinespiegel verhogen.
Combinatie met geneesmiddelen die toxisch kunnen zijn voor spierweefsel zoals daptomycine vermeerdert de kans op myopathie en rabdomyolyse; indien mogelijk simvastatine tijdelijk staken tijdens de therapie met daptomycine.
Door de combinatie met colchicine (vooral bij gestoorde nierfunctie) neemt de kans op myopathie toe.
De voordelen van gelijktijdig gebruik met andere fibraten zorgvuldig afwegen vanwege een toenemende kans op myopathie.
Simvastatine is een substraat van de efflux-transporter Breast Cancer Resistant Protein (BCRP); combinatie met BCRP-remmers, zoals elbasvir en grazoprevir vermijden, vanwege een mogelijke verhoging van de simvastatinespiegel en daardoor meer kans op myopathie. Indien de combinatie gebruikt moet worden, de simvastatinedosering aanpassen (zie rubriek Dosering). Eventueel kan simvastatine vervangen worden door een andere statine, die geen klinisch relevante interactie met elbasvir en grazoprevir heeft.
Mogelijk is er ook meer kans op myopathie bij combinatie met acipimox.
Simvastatine is een substraat voor OATP1B1; combinatie met remmers van OATP1B1 (zoals ciclosporine) veroorzaken een hogere simvastatinezuurspiegel en meer kans op myopathie.
Bij gelijktijdig gebruik van rifampicine (een sterke CYP3A4–inductor) kan de effectiviteit van simvastatine sterk verminderd zijn.
Bij combinatie met een galzuurbindend hars, simvastatine minimaal 2 uur vóór of 4 uur na de inname van het hars innemen.
De werking van vitamine K-antagonisten kan enigszins worden versterkt. Vóór toepassing van simvastatine of bij dosisverandering de INR bepalen en vervolgens in het begin van de behandeling frequent controleren.
Bij combinatie met systemisch fusidinezuur, de simvastatine-behandeling bij voorkeur tijdelijk staken gedurende de fusidinezuurbehandeling; 7 dagen na de laatste dosis van fusidinezuur, simvastatine herstarten. Vanwege melding van (fatale) rabdomyolyse bij deze combinatie slechts in uitzonderlijke gevallen wel de combinatie met oraal fusidinezuur toepassen; dan onder strikt medisch toezicht.
Zwangerschap
Teratogenese: Zowel bij de mens als bij dieren, onvoldoende gegevens.
Farmacologisch effect: Op grond van de farmacologische werking is schade mogelijk omdat cholesterol belangrijk is voor de embryonale en foetale ontwikkeling. Er zijn enkele gevallen van aangeboren afwijkingen gemeld bij gebruik van statinen.
Advies: Gebruik is gecontra–indiceerd.
Overige: Een vruchtbare vrouw dient adequate anticonceptieve maatregelen te nemen gedurende de therapie.
Zwangerschap
Teratogenese: Zowel bij de mens als bij dieren, onvoldoende gegevens.
Farmacologisch effect: Op grond van de farmacologische werkzaamheid is schadelijkheid mogelijk, omdat cholesterol belangrijk is voor de embryonale en foetale ontwikkeling. Er zijn enkele gevallen van aangeboren afwijkingen gemeld bij gebruik van statinen tijdens zwangerschap.
Advies: Gebruik is gecontra-indiceerd.
Overig: Een vruchtbare vrouw dient adequate anticonceptieve maatregelen te treffen gedurende de therapie.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Ja.
Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel óf het geven van borstvoeding is gecontra-indiceerd.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend.
Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel óf het geven van borstvoeding is gecontra-indiceerd.
Contra-indicaties
- Leverfunctiestoornis (actieve leverziekte of onverklaarde persisterende verhoging van serumtransaminasespiegels).
- Sojalecithine in sommige capsules: overgevoeligheid voor pinda's of soja-eiwitten.
Zie voor meer contra-indicaties de rubrieken Zwangerschap en Lactatie.
Contra-indicaties
- Actieve leverziekte, of onverklaarbare, persisterende verhoging van serumtransaminasen.
Zie voor meer contra-indicaties de rubrieken Zwangerschap, Lactatie en Interacties.
Waarschuwingen en voorzorgen
Spierklachten: Wees voorzichtig bij grote alcoholinname en/of een leveraandoening in de anamnese, vanwege meer kans op myopathie. Myopathie ontstaan door gebruik van statinen kan in enkele gevallen overgaan in rabdomyolyse en nierfalen, in zeer zeldzame gevallen met fatale afloop. Bepaal de creatinekinase(CK)-waarden vóór start van de statine alleen bij een erfelijke spierafwijking in de (familie)anamnese of bij spiertoxiciteit bij eerder gebruik van een statine of fibraat. Bepaling van de levertransaminasewaarden voorafgaand aan de therapie kan zinvol zijn bij alcoholmisbruik of een bekende leverfunctiestoornis. Bepaal de CK- en transaminasewaarden tijdens de behandeling alleen in geval van verdenking van toxiciteit (bv. door langdurige interacties) of leverfalen en bij ernstige spierklachten (vooral indien gepaard met koorts en malaise). Bij myopathie (CK > 10× ULN) of verdenking van myotoxiciteit de behandeling staken. Spierpijn kan ook voorkomen zonder verhoogde CK-waarden; de anamnese is belangrijker dan de bepaling. Adviseer iedere patiënt om bij onverklaarde spierpijn, -gevoeligheid of -zwakte onmiddellijk een arts te waarschuwen. Bij milde spierklachten zonder toxiciteit de statine (tijdelijk) staken of de dosering verlagen en na enkele weken de klachten evalueren; indien een relatie bestaat met de statinetherapie, een lagere dosering of eventueel een andere statine (pravastatine ≤ 80 mg/dag of rosuvastatine ≤ 40 mg/dag) geven. Bij stijging van de levertransaminasewaarden > 3× ULN de behandeling onderbreken en na normalisatie eventueel hervatten in een lagere dosering of overstappen op een ander statine. Voorzichtig bij voorschrijven aan alle Aziatische patiënten vanwege meer kans op myopathie bij Chinezen. Zeer zelden is immuungemedieerde necrotiserende myopathie (IMNM) gemeld tijdens of na behandeling met een statine. IMNM wordt gekenmerkt door persisterende proximale spierzwakte en verhoogd serumcreatinekinase, ondanks staken van de statinebehandeling.
Levertoxiciteit: Onderbreek direct de behandeling bij optreden van ernstige leverschade, hyperbilirubinemie en/of geelzucht. Als geen andere oorzaak voor de leverschade gevonden wordt, de behandeling niet herstarten.
Statinen kunnen de zenuwstelselaandoeningen myasthenia gravis of oculaire myasthenie verergeren of 'de novo' induceren. Staak de behandeling bij verergering van de symptomen. Recidieven kunnen optreden bij opnieuw starten van de behandeling met een (andere) statine.
Bij vermoeden van ontwikkeling van interstitiële longziekte, de behandeling met een statine staken.
Er zijn aanwijzingen dat statinen het nuchtere bloedglucosegehalte kunnen verhogen. Hierdoor kan, bij bepaalde risicofactoren (zoals glucose nuchter van 5,6–6,9 mmol/l, BMI > 30 kg/m²) een mate van hyperglykemie optreden waardoor behandeling zoals bij diabetes mellitus nodig is. Dit is echter geen reden om de statine-behandeling te staken.
Onderzoeksgegevens: Er zijn geen gegevens bekend over gebruik bij de homozygote vorm van familiaire hypercholesterolemie, waarbij LDL-receptoren volledig ontbreken. Veiligheid en effectiviteit van een behandeling langer dan 2 jaar bij patiënten jonger dan 18 jaar is niet vastgesteld. De veiligheid met betrekking tot de fysieke, intellectuele en seksuele ontwikkeling van kinderen is niet vastgesteld.
Waarschuwingen en voorzorgen
Spierklachten: Wees voorzichtig bij grote alcoholinname en/of een leveraandoening in de anamnese, vanwege meer kans op myopathie. Myopathie ontstaan door gebruik van statinen kan in enkele gevallen overgaan in rabdomyolyse en nierfalen, in zeer zeldzame gevallen met fatale afloop. Bepaal de creatinekinase(CK)-waarden vóór start van de statine alleen bij een erfelijke spierafwijking in de (familie)anamnese of bij spiertoxiciteit bij eerder gebruik van een statine of fibraat. Bepaling van de levertransaminasewaarden voorafgaand aan de therapie kan zinvol zijn bij alcoholmisbruik of bekende leverfunctiestoornis. Bepaal de CK- en transaminasewaarden tijdens de behandeling alleen in geval van verdenking van toxiciteit (bv. door langdurige interacties) of leverfalen en bij ernstige spierklachten (vooral indien gepaard met koorts en malaise). Bij myopathie (CK > 10× ULN) of verdenking van myotoxiciteit de behandeling staken. Spierpijn kan ook voorkomen zonder verhoogde CK-waarden; de anamnese is belangrijker dan de bepaling. Adviseer iedere patiënt om bij onverklaarde spierpijn, -gevoeligheid of -zwakte onmiddellijk een arts te waarschuwen. Bij milde spierklachten zonder toxiciteit de statine (tijdelijk) staken of de dosering verlagen en na enkele weken de klachten evalueren; indien een relatie bestaat met de statinetherapie, een lagere dosering of eventueel een andere statine (fluvastatine ≤ 40 mg/dag, pravastatine ≤ 80 mg/dag of rosuvastatine ≤ 40 mg/dag) geven. Bij stijging van de levertransaminasewaarden > 3× ULN de behandeling onderbreken en na normalisatie eventueel hervatten in een lagere dosering of overstappen op een ander statine. Voorzichtig bij voorschrijven aan alle Aziatische patiënten vanwege meer kans op myopathie bij Chinezen. Bij een verminderde functie van OATP-transporteiwitten in de lever (door medicatie of SLCO1B1-polymorfisme), kan de blootstelling aan simvastatinezuur hoger zijn, waardoor de kans op myopathie en rabdomyolyse toeneemt.
Een paar dagen voor een electieve zware chirurgische ingreep en als er sprake is van een ernstige medische of chirurgische aandoening, de behandeling tijdelijk stopzetten.
Levertoxiciteit: Onderbreek direct de behandeling bij optreden van ernstige leverschade, hyperbilirubinemie en/of geelzucht. Als geen andere oorzaak voor de leverschade gevonden wordt, de behandeling niet herstarten.
Statinen kunnen de zenuwstelselaandoeningen myasthenia gravis of oculaire myasthenie verergeren of 'de novo' induceren. Staak de behandeling bij verergering van de symptomen. Recidieven kunnen optreden bij opnieuw starten van de behandeling met een (andere) statine.
Bij vermoeden van ontwikkeling van interstitiële longziekte, de behandeling met een statine staken.
Er zijn aanwijzingen dat statinen het nuchtere bloedglucosegehalte kunnen verhogen. Hierdoor kan, bij bepaalde risicofactoren (zoals glucose nuchter van 5,6–6,9 mmol/l, BMI > 30 kg/m²) een mate van hyperglykemie optreden waardoor behandeling zoals bij diabetes mellitus nodig is. Dit is echter geen reden om de statine-behandeling te staken.
Veiligheid en effectiviteit bij kinderen < 10 jaar is nog niet vastgesteld. De lange termijn effecten ( > 48 weken) bij kinderen tussen de 10–18 jaar zijn niet vastgesteld.
Overdosering
Zie voor symptomen en behandeling het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.
Overdosering
Zie voor symptomen en behandeling de stofmonografie via het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.
Eigenschappen
Statine (cholesterolsyntheseremmer). Fluvastatine is een specifieke remmer van hydroxymethylglutarylco-enzym A-(HMG-CoA-)reductase, een enzym dat een essentiële rol speelt bij de biosynthese van cholesterol. Remming van deze synthese heeft o.a. toename van het aantal LDL-receptoren in de lever tot gevolg; dit resulteert in verlaging van LDL-cholesterol-, apolipoproteïne B- (apo-B-) en triglyceriden- (TG-)waarden in het plasma bij verhoogde cholesterolspiegels. Het verhoogt daarnaast enigszins het HDL-cholesterol in het plasma. Bij coronairlijden en primaire hypercholesterolemie kan fluvastatine de progressie van coronaire atherosclerose vertragen.
Werking: binnen twee weken, max. na vier weken.
Kinetische gegevens
F | ca. 24% door uitgebreid 'first pass'-effect (capsules); bij inname tijdens een maaltijd is de absorptie vertraagd. |
Eiwitbinding | > 98%. |
V d | = 4,7 l/kg. |
Metabolisering | verloopt via CYP450, via meerdere wegen. |
Eliminatie | 93% met de feces, 6% met de urine. |
T 1/2el | ca. 2,3 uur (capsule). |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Eigenschappen
Cholesterolsyntheseremmer (statine). Simvastatine is een cholesterolverlagend middel, dat pas werkzaam wordt na omzetting in actieve metabolieten. De voornaamste metaboliet is de actieve β-hydroxyverbinding. Dit is een specifieke remmer van hydroxymethylglutarylco-enzym A-reductase (HMG-CoA-reductase), een enzym dat een essentiële rol speelt bij de biosynthese van cholesterol. Remming van deze synthese heeft onder andere toename van het aantal LDL-receptoren in de lever tot gevolg; dit resulteert in verlaging van de LDL-cholesterolplasmaspiegel. Het verlaagt daarnaast het VLDL-cholesterol en de triglyceriden en verhoogt enigszins het HDL-cholesterol in het plasma.
Werking: binnen twee weken, max. na 4–6 weken.
Kinetische gegevens
Overig | simvastatine is een prodrug. |
Resorptie | goed. Uitgebreid 'first pass'-effect, waarbij de voornaamste actieve metaboliet (β-hydroxyzuurverbinding) ontstaat. |
F | < 5% (voornaamste actieve metaboliet). |
T max | 1–2 uur (actieve metabolieten). |
Eiwitbinding | > 95% (simvastatine, voornaamste actieve metaboliet). |
Metabolisering | simvastatine: via hydrolyse en CYP3A4 tot actieve en inactieve metabolieten. Simvastatine is een substraat van de effluxtransporter BCRP. Simvastatinezuur wordt actief opgenomen in hepatocyten door het transporteiwit OATP1B1. |
Eliminatie | vnl. met de feces. |
T 1/2el | ca. 2 uur (actieve metaboliet). |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Groepsinformatie
fluvastatine hoort bij de groep statinen.
Groepsinformatie
simvastatine hoort bij de groep statinen.