Samenstelling

Zie voor hulpstoffen de productinformatie van CBG/EMA of raadpleeg een apotheker.

Inhibin (hydrobromide) XGVS Mylan bv

Toedieningsvorm
Dragee
Sterkte
100 mg

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Advies

Voor de plaatsbepaling van hydrokinine in de behandeling van nachtelijke spierkrampen, zie Nachtelijke beenkrampen van de NHG-standaard Slaapproblemen en slaapmiddelen.

Indicaties

  • Nachtelijke spierkrampen, indien medicamenteuze therapie noodzakelijk is.

Doseringen

Klap alles open Klap alles dicht

Nachtelijke spierkrampen

Volwassenen

200 mg bij de avondmaaltijd, gevolgd door 100 mg voor het slapen gaan, gedurende 14 dagen. Indien de krampen terugkomen, kan opnieuw hydrokinine worden gegeven. De dosis niet verhogen, omdat het niet aannemelijk is dat dit de werkzaamheid vergroot; ook is de kans op optreden van cinchonisme groter (zie rubriek Bijwerkingen).

Bij een mogelijk beperkte metabole capaciteit, zoals bij ouderen, jongeren (< 18 jaar), patiënten met lever- of nierfunctiestoornissen, zijn er geen gegevens beschikbaar of een dosisaanpassing nodig is.

Toediening: de omhulde tablet innemen zonder kauwen, met een ruime hoeveelheid vloeistof.

Bijwerkingen

Zeer vaak (> 10%): misselijkheid, braken, bittere smaak of droge mond.

Vaak (1-10%): onrust. Tinnitus. Dyspepsie, diarree. Huiduitslag. Cinchonisme (in hogere doseringen): oorsuizen, duizeligheid, gehoorstoornissen, hoofdpijn, visusstoornissen (zelfs blindheid).

Zeer zelden (< 0,01%): fotosensibilisatie.

Verder zijn gemeld: hartgeleidingsstoornissen, ventriculaire tachycardie. Allergisch astma. Hemolytische anemie, agranulocytose, trombocytopenie.

Interacties

Comedicatie met andere kinine-derivaten is gecontra-indiceerd. Interacties met hydrokinine zijn niet onderzocht in klinische studies; gezien de grote overeenkomst in chemische structuur is het mogelijk dat interacties die gelden voor kinine, ook gelden voor hydrokinine.

Kinine en mogelijk ook hydrokinine kunnen de concentratie van carbamazepine en fenobarbital verhogen; bij combinatie de patiënt zorgvuldig controleren.

Kinine kan de werking van anticoagulantia en spierrelaxantia (zoals pancuronium en succinylchloride) versterken en de toxiciteit van digoxine verhogen.

Kinine en diverse kinine-derivaten inhiberen in vitro de activiteit van CYP2D6, mogelijk kunnen geneesmiddelen die in belangrijke mate door dit enzym worden gemetaboliseerd in effect en in bijwerkingen toenemen.

Zwangerschap

Teratogenese: Zowel bij de mens als bij dieren, onvoldoende gegevens. Uit waarnemingen bij de mens zijn aanwijzingen verkregen dat het verwante kinine schadelijk kan zijn voor de vrucht; bij gebruik van zeer hoge doseringen is schade aan de oog- en gehoorzenuw gemeld. Ook kunnen hoge doseringen uteruscontracties induceren. De dosering van het structureel verwante hydrokinine bij spierkrampen is echter veel lager. Over het gebruik van kinine in lage doseringen is een relatief beperkte hoeveelheid gegevens, deze gegevens wijzen niet op een toegenomen kans op aangeboren afwijkingen.

Advies: Gebruik is volgens de fabrikant gecontra-indiceerd.

Lactatie

Overgang in moedermelk: Onbekend. Het verwante cinchona-alkaloïd kinine gaat over in de moedermelk.

Farmacologisch effect: Bij gebruik van kinine is er een kans op hemolyse bij G6PD-deficiënte zuigelingen. Een nadelig effect van hydrokinine bij de zuigeling kan niet worden uitgesloten.

Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel of het geven van borstvoeding ontraden vanwege onvoldoende gegevens. NB. het gebruik van hydrokinine tijdens lactatie is volgens de fabrikant gecontra-indiceerd.

Contra-indicaties

  • tinnitus;
  • neuritis optica;
  • myasthenia gravis;
  • G6PD-deficiëntie;
  • overgevoeligheid voor cinchona-alkaloïden.

Zie voor meer contra-indicaties ook de rubrieken Interacties, Zwangerschap en Lactatie.

Waarschuwingen en voorzorgen

Voorzichtig bij ouderen, bij atriumfibrilleren of een AV-blok, of een lever- of nierfunctiestoornis. Wees ook voorzichtig bij aandoeningen die predisponeren voor QT-verlenging.

Naast zonlicht kan ook kunstmatig UV-straling (zonnebank) klachten van overgevoeligheid veroorzaken.

Bij jongeren < 18 jaar voorzichtig zijn vanwege gebrek aan ervaring; er zijn geen gegevens beschikbaar of een dosisaanpassing nodig is. Niet toepassen bij kinderen onder 12 jaar.

Overdosering

Symptomen

behalve cinchonisme (zie rubriek Bijwerkingen) ook hypotensie, (ventriculaire) tachycardie, geleidingsstoornissen, delirium, convulsies en coma.

Voor meer informatie over een vergiftiging met hydrokinine neem contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.

Eigenschappen

Hydrokinine, een cinchona-alkaloïd evenals kinine en kinidine, versterkt de spiercontractie als respons op een enkelvoudige maximale stimulus, maar het verlengt de refractaire periode van de spier waardoor de respons op tetanische stimulatie vermindert. Kinine verlaagt de prikkelbaarheid van de motorische eindplaat waardoor reacties op herhaalde zenuwstimulatie en acetylcholine geringer zijn. In hoeverre deze waarnemingen klinisch relevant zijn is onduidelijk.

Kinetische gegevens

F 80–90%.
T max ca. 1,4 uur.
V d 1,2 l/kg.
Eiwitbinding ca. 91%
Metabolisering waarschijnlijk in de lever via hydroxylering.
Eliminatie met de urine als metaboliet, 20% onveranderd. Hemodialyse en hemoperfusie hebben naar verwachting weinig effect op de serumspiegel, gezien de hoge eiwitbinding.
T 1/2el sterk variabel, van 5–17 uur.

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd