Samenstelling
Ultibro Novartis Pharma bv
- Toedieningsvorm
- Inhalatiepoeder 'Breezhaler' in capsule
- Verpakkingsvorm
- met inhalator
Bevat per dosis die het mondstuk van de inhalator verlaat: indacaterol (als maleaat) 85 microg, glycopyrronium (als bromide) 43 microg.
Xoterna Novartis Pharma bv
- Toedieningsvorm
- Inhalatiepoeder 'Breezhaler' in capsule
- Verpakkingsvorm
- met inhalator
Bevat per dosis die het mondstuk van de inhalator verlaat: indacaterol (als maleaat) 85 microg, glycopyrronium (als bromide) 43 microg.
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Spiolto Boehringer Ingelheim bv
- Toedieningsvorm
- Inhalatieoplossing 'Respimat'
- Verpakkingsvorm
- 60 doses
Eventueel afgeleverd met inhalator. Bevat per geïnhaleerde dosis: tiotropium (als bromide) 2,5 microg en olodaterol (als hydrochloride) 2,5 microg.
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
Bij COPD is verreweg de belangrijkste interventie stoppen met roken, naast andere leefstijladviezen zoals meer bewegen. De medicamenteuze behandeling is symptomatisch en een aanvulling op niet-medicamenteuze adviezen; bij weinig klachten of beperkingen kan medicatie achterwege blijven. Behandel infrequente dyspneuklachten bij iemand die geen longaanval heeft gehad, met ‘zo nodig’-gebruik van een kortwerkende luchtwegverwijder, dit is een kortwerkende β2receptoragonist (SABA) of muscarine-antagonist (SAMA). Behandel regelmatige dyspneuklachten met een onderhoudsbehandeling van één of meer langwerkende luchtwegverwijders, zoals een langwerkende β2receptoragonist (LABA) en/of muscarine-antagonist (LAMA). Overweeg een inhalatiecorticosteroïde (ICS) alléén bij frequente longaanvallen (≥ 2 per jaar), ondanks behandeling met één of meer langwerkende luchtwegverwijders.
Bij een blijvende indicatie voor een combinatietherapie kan een combinatiepreparaat worden overwogen: vanwege gebruiksgemak en ter bevordering van de therapietrouw.
Voor een optimaal effect van geneesmiddelen bij COPD is een juiste inhalatietechniek onontbeerlijk. Houd rekening met: patiëntgebonden factoren zoals coördinatie en inspiratiekracht, en milieuaspecten (aerosolen bevatten in verschillende mate een sterk milieubelastend broeikasgas).
Advies
Bij COPD is verreweg de belangrijkste interventie stoppen met roken, naast andere leefstijladviezen zoals meer bewegen. De medicamenteuze behandeling is symptomatisch en een aanvulling op niet-medicamenteuze adviezen; bij weinig klachten of beperkingen kan medicatie achterwege blijven. Behandel infrequente dyspneuklachten bij iemand die geen longaanval heeft gehad, met ‘zo nodig’-gebruik van een kortwerkende luchtwegverwijder, dit is een kortwerkende β2-receptoragonist (SABA) of muscarine-antagonist (SAMA). Behandel regelmatige dyspneuklachten met een onderhoudsbehandeling van één of meer langwerkende luchtwegverwijders, zoals een langwerkende β2-receptoragonist (LABA) en/of muscarine-antagonist (LAMA). Overweeg een inhalatiecorticosteroïde (ICS) alléén bij frequente longaanvallen (≥ 2 per jaar), ondanks behandeling met één of meer langwerkende luchtwegverwijders.
Bij een blijvende indicatie voor een combinatietherapie kan een combinatiepreparaat worden overwogen: vanwege gebruiksgemak en ter bevordering van de therapietrouw.
Voor een optimaal effect van geneesmiddelen bij COPD is een juiste inhalatietechniek onontbeerlijk. Houd rekening met: patiëntgebonden factoren zoals coördinatie en inspiratiekracht, en milieuaspecten (aerosolen bevatten in verschillende mate een sterk milieubelastend broeikasgas).
Indicaties
- Onderhoudsbehandeling van chronisch obstructieve longziekte (COPD) ter verlichting van symptomen bij volwassenen.
Gerelateerde informatie
Indicaties
- Onderhoudsbehandeling van COPD bij volwassenen, ter verlichting van de symptomen.
Gerelateerde informatie
Doseringen
Onderhoudsbehandeling van COPD
Volwassenen (incl. ouderen ≥ 75 jaar)
1 capsule 1×/dag inhaleren met behulp van de Breezhaler inhalator, bij voorkeur elke dag om dezelfde tijd.
Verminderde nierfunctie: Bij een lichte tot matige nierfunctiestoornis is er geen dosisaanpassing nodig. Controleer nauwgezet op bijwerkingen bij een ernstige nierfunctiestoornis vanwege een mogelijk verhoogde plasmaspiegel.
Verminderde leverfunctie: Bij een lichte tot matige leverfunctiestoornis is er geen dosisaanpassing nodig. Er zijn geen gegevens bij ernstige leverfunctiestoornis.
Gemiste dosis: Bij een gemiste dosis deze alsnog zo snel mogelijk innemen. Maximaal 1 dosis per dag innemen.
Doseringen
COPD
Volwassenen
2 inhalaties (5 microg tiotropium en 5 microg olodaterol) 1×/dag, elke dag op hetzelfde tijdstip.
Bijwerkingen
Zeer vaak (> 10%): bovenste luchtweginfectie.
Vaak (1-10%): nasofaryngitis, sinusitis, rinitis, urineweginfectie. Overgevoeligheid. Hyperglykemie. Duizeligheid, hoofdpijn. Hoest, keelirritatie. Tandcariës, dyspepsie. Dysurie, urineretentie. Koorts, thoracale pijn.
Soms (0,1-1%): angio-oedeem, huiduitslag, jeuk. Slapeloosheid, vermoeidheid. Glaucoom. Atriumfibrilleren, palpitaties, tachycardie, ischemische hartziekte. Paradoxale bronchospasmen, dysfonie. Neusbloeding. Gastro-enteritis, droge mond. Skeletspierpijn, spierspasme, pijn in extremiteiten, Perifeer oedeem.
Zelden (0,01-0,1%): paresthesie.
Voor andere bijwerkingen zie:
Bijwerkingen
Soms (0,1-1%): duizeligheid, hoofdpijn. Droge mond. Hoesten. Tachycardie.
Zelden (0,01-0,1%): slapeloosheid. Dysfonie. Wazig zien. Bloedneus, faryngitis, laryngitis, gingivitis, stomatitis. Supraventriculaire tachycardie, hartkloppingen, atriumfibrilleren, hypertensie. Orofaryngeale candidiasis, misselijkheid, obstipatie. Urineretentie, dysurie. Rugpijn, gewrichtspijn, gewrichtszwelling. Huiduitslag. Urineweginfectie. Overgevoeligheid (urticaria, jeuk, angio-oedeem).
Verder zijn gemeld: verhoogde intra-oculaire druk, glaucoom. Sinusitis, nasofaryngitis, bronchospasmen. Cariës, glossitis, dysfagie, gastro-oesofagale refluxziekte, intestinale obstructie (zoals paralytische ileus). Droge huid, huidinfectie, huidulcus. Dehydratie. Anafylaxie. Afwijkingen op ECG: afvlakking T-golf, ST-depressie.
Voor andere bijwerkingen zie:
Interacties
Gelijktijdige toediening van andere sympathicomimetica kan de bijwerkingen van indacaterol versterken. Niet gebruiken in combinatie met andere langwerkende β2-sympathicomimetica.
Gelijktijdige toediening van andere anticholinergica is niet onderzocht en wordt daarom niet aanbevolen.
β-Blokkers, in het bijzonder niet-selectieve, antagoneren de werking van indacaterol; gebruik van niet-selectieve β-blokkers (zoals propranolol) zo mogelijk vermijden.
Bij gelijktijdig gebruik van systemische corticosteroïden is er meer kans op hyperglykemie.
Hypokaliëmie kan eerder optreden bij hypoxie en bij gelijktijdig gebruik van niet-kaliumsparende diuretica, corticosteroïden of theofylline; controleer bij deze patiënten de kaliumconcentratie.
Er is meer kans op ventriculaire aritmieën bij combinatie met andere middelen die het QT-interval verlengen (zoals amiodaron, kinidine, disopyramide, methadon, sotalol, fluorchinolonen, macrolide antibiotica, imidazool–antimycotica, sommige antipsychotica en tricyclische antidepressiva).
Interacties
Gelijktijdige toediening van andere sympathicomimetica kan de bijwerkingen van olodaterol versterken. Niet gebruiken in combinatie met andere langwerkende β2-sympathicomimetica.
β-Blokkers, in het bijzonder niet-selectieve, antagoneren de werking van olodaterol.
Hypokaliëmie kan eerder optreden bij hypoxie en bij gelijktijdig gebruik van niet-kaliumsparende diuretica, corticosteroïden of theofylline; controleer de kaliumconcentratie.
Er is meer kans op cardiovasculaire effecten bij combinatie met MAO-remmers, tricyclische antidepressiva of andere middelen die het QT-interval verlengen (o.a. amiodaron, disopyramide, domperidon, kinidine, methadon, sotalol, macrolide antibiotica, fluorchinolonen, imidazool–antimycotica, sommige antipsychotica).
Bij gelijktijdig gebruik van systemische corticosteroïden is er meer kans op hyperglykemie.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren geen aanwijzingen voor schadelijkheid.
Farmacologisch effect: Bij toediening van indacaterol aan het einde van de zwangerschap kan weeënremming optreden.
Advies: Gebruik ontraden.
Zwangerschap
Teratogenese: Onvoldoende gegevens bij de mens. Tiotropium: bij dieren alleen aanwijzingen voor schadelijkheid bij maternaal toxische doseringen. Olodaterol: bij dieren geen aanwijzingen voor schadelijkheid.
Farmacologisch effect: β2-sympathicomimetica kunnen de bevalling vertragen door relaxatie van de gladde spieren van de baarmoeder.
Advies: Gebruik ontraden.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend. Ja, bij dieren.
Farmacologisch effect: Excessief gebruik van β2-sympathicomimetica zou o.a. rusteloosheid en tachycardie kunnen veroorzaken.
Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel of het geven van borstvoeding ontraden.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Tiotropium en olodaterol: onbekend. Ja, bij dieren. Tiotropium heeft een lange halfwaardetijd, maar ook een lage systemische concentratie en een slechte orale biologische beschikbaarheid. De plasmaspiegel van olodaterol is laag.
Advies: Weeg het risico van het gebruik van dit geneesmiddel in combinatie met het geven van borstvoeding.
Overig: De zuigeling controleren op mogelijke anticholinerge effecten (bijvoorbeeld droge mond, obstipatie, urineretentie en tachycardie).
Contra-indicaties
Er zijn van dit middel geen klinisch relevante contra-indicaties bekend.
Contra-indicaties
Overgevoeligheid voor atropine en atropinederivaten.
Waarschuwingen en voorzorgen
Niet gebruiken bij astma of voor de behandeling van acute bronchospasmen.
Wees voorzichtig bij prostaathyperplasie, urineretentie, hypokaliëmie, cardiovasculaire aandoeningen (aritmie, hypertensie, instabiele ischemische hartziekte, linker ventrikelfalen, voorgeschiedenis van myocardinfarct), bij een voorgeschiedenis van lang QT-syndroom of verlenging van QTc (> 450 ms voor mannen en > 470 ms bij vrouwen), en bij convulsieve aandoeningen en thyreotoxicose.
Tevens voorzichtig toepassen bij een ernstige nierfunctiestoornis (creatinineklaring ≤ 30 ml/min) vanwege een mogelijke stijging van de plasmaconcentratie van glycopyrronium (tot factor 2,2 toename van de totale systemische blootstelling).
Bij diabetes mellitus wordt aangeraden om in het begin van de behandeling met een β2-sympathicomimeticum aanvullende bloedglucosecontroles uit te voeren.
Staak direct de behandeling bij het optreden van paradoxale bronchospasmen of bij verschijnselen van een allergische reactie, zoals angio-oedeem, urticaria of huiduitslag.
Parasympathicolytica kunnen door pupilverwijding de oogdruk verhogen en een aanval van acuut glaucoom veroorzaken. Contact met de ogen vermijden, aangezien dit kan leiden tot nauwe-kamerhoekglaucoom, pijn of onaangenaam gevoel in de ogen, wazig zien, visuele halo's gecombineerd met rode ogen en cornea-oedeem.
Langdurig gebruik van anticholinergica kan leiden tot droge mond en cariës.
Waarschuwingen en voorzorgen
Niet geïndiceerd voor de behandeling van astma noch als rescue-medicatie voor de behandeling van acute episoden van bronchospasmen.
Wees voorzichtig bij nauwe-kamerhoekglaucoom, prostaathyperplasie, blaashalsobstructie (urineretentie), epilepsie, thyrotoxicose, (vermoed) verlengd QT-interval, cardiovasculaire stoornissen (met name ischemische hartziekten, hartfalen, hartritmestoornissen, hypertrofische obstructieve cardiomyopathie, hypertensie, aneurysma) en een matige tot ernstige nierfunctiestoornis (creatinineklaring ≤ 50 ml/min). Wees voorzichtig bij een geplande ingreep met gehalogeneerde anesthetica (bv. halothaan, desfluraan, isofluraan, sevofluraan), vanwege een toename van de gevoeligheid voor cardiale bijwerkingen.
Overweeg de behandeling te staken bij een toename van hartslag, bloeddruk of cardiale symptomen.
Bij optreden van paradoxale bronchospasmen of allergische reacties het gebruik direct staken en op een andere behandeling overgaan.
β2-Parasympathicomimetica kunnen (tijdelijk) hypokaliëmie en (bij hoge doses) hyperglykemie veroorzaken.
Contact met de ogen vermijden, aangezien dit kan leiden tot een toename van nauwe-kamerhoekglaucoom, cornea-oedeem, oogpijn, wazig zien en visuele halo's of gekleurde beelden (gecombineerd met rode ogen en zwelling van conjunctiva).
Langdurig gebruik van anticholinergica kan leiden tot droge mond en cariës.
Hulpstoffen: Benzalkoniumchloride, in inhalatievloeistof, kan piepende ademhaling en bronchospasmen veroorzaken, vooral bij astma.
Overdosering
Symptomen
Anticholinerge verschijnselen zoals een verhoogde intra-oculaire druk, obstipatie of plasproblemen. Effecten die kenmerkend zijn voor overdosering met β2-sympathicomimetica zijn: vasodilatatie, tachycardie, palpitaties, hypotensie, beklemd gevoel op de borst, aritmieën (vooral bij hypokaliëmie), hoofdpijn, tremoren, spierkrampen, agitatie, hallucinaties, angst, slapeloosheid, transpiratie, misselijkheid en braken.
Neem voor informatie over een vergiftiging met indacaterol/glycopyrronium contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.
Eigenschappen
Combinatie van een langwerkend, selectief β2-sympathicomimeticum en een langwerkend parasympathicolyticum; beide hebben een bronchusverwijdende werking, via verschillende mechanismen. De werking treedt binnen 5 min in en houdt 24 uur aan.
Kinetische gegevens
Eigenschappen
Combinatie van een langwerkend parasympathicolyticum (tiotropium) en een langwerkend β2-sympathicomimeticum (olodaterol).
Kinetische gegevens
Groepsinformatie
indacaterol/glycopyrronium hoort bij de groep parasympathicolytica met bèta2-sympathicomimetica.
- aclidinium/formoterol (R03AL05) Vergelijk
- beclometason/formoterol/glycopyrronium (R03AL09) Vergelijk
- fenoterol/ipratropium (R03AL01) Vergelijk
- fluticason/umeclidinium/vilanterol (R03AL08) Vergelijk
- formoterol/glycopyrronium/budesonide (R03AL11) Vergelijk
- glycopyrronium/formoterol (R03AL07) Vergelijk
- indacaterol/glycopyrronium/mometason (R03AL12) Vergelijk
- salbutamol/ipratropium (R03AL02) Vergelijk
- tiotropium/olodaterol (R03AL06) Vergelijk
- umeclidinium/vilanterol (R03AL03) Vergelijk
Groepsinformatie
tiotropium/olodaterol hoort bij de groep parasympathicolytica met bèta2-sympathicomimetica.
- aclidinium/formoterol (R03AL05) Vergelijk
- beclometason/formoterol/glycopyrronium (R03AL09) Vergelijk
- fenoterol/ipratropium (R03AL01) Vergelijk
- fluticason/umeclidinium/vilanterol (R03AL08) Vergelijk
- formoterol/glycopyrronium/budesonide (R03AL11) Vergelijk
- glycopyrronium/formoterol (R03AL07) Vergelijk
- indacaterol/glycopyrronium (R03AL04) Vergelijk
- indacaterol/glycopyrronium/mometason (R03AL12) Vergelijk
- salbutamol/ipratropium (R03AL02) Vergelijk
- umeclidinium/vilanterol (R03AL03) Vergelijk