Samenstelling
Carneus Focus Care bv
- Toedieningsvorm
- Drank
- Sterkte
- 100 mg/ml
- Verpakkingsvorm
- 100 ml
Carnitene Alfasigma Nederland
- Toedieningsvorm
- Drank
- Sterkte
- 100 mg/ml
- Verpakkingsvorm
- 100 ml
- Toedieningsvorm
- Injectievloeistof
- Sterkte
- 200 mg/ml
- Verpakkingsvorm
- 5 ml
- Toedieningsvorm
- Tablet
- Sterkte
- 330 mg
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Cystagon (als bitartraat) Recordati
- Toedieningsvorm
- Capsule
- Sterkte
- 50 mg, 150 mg
Procysbi (als bitartraat) Chiesi Pharmaceuticals bv
- Toedieningsvorm
- Capsule, maagsapresistent
- Sterkte
- 75 mg
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
Voor dit geneesmiddel is geen advies vastgesteld.
Advies
Mercaptamine (cysteamine) is geïndiceerd voor de behandeling van bewezen nefropathische cystinose, en is geregistreerd in een preparaat met directe afgifte (4×/dag om de 6 uur, Cystagon) en met vertraagde afgifte (2×/dag om de 12 uur, Procysbi). Inname tweemaal daags heeft de voorkeur boven inname viermaal daags.
Indicaties
- Primaire (systemische) carnitinedeficiëntie.
- Carnitinedeficiëntie bij patiënten met een dialyse-gerelateerde carnitinestoornis (DGC).
Indicaties
- Bewezen nefropathische cystinose.
Doseringen
Indien mogelijk doseren op geleide van carnitinebloed-/weefselspiegels.
Primaire (systemische) carnitinedeficiëntie
Intraveneus toedienen alleen in acute situaties en als oraal toedienen niet mogelijk is.
Volwassenen en kinderen > 12 jaar
Oraal: 20–40 mg/kg lichaamsgewicht per dag in 2–3 doses. Zo nodig, bij geen verbetering in symptomen, gedurende korte tijd de dosering verhogen tot 15 g per dag.
Intraveneus (als langzame injectie gedurende 3 min): max. 10 mg/kg/dag.
Kinderen tot 12 jaar
Oraal: 50–100 mg/kg/dag in 2–3 doses.
Intraveneus (als langzame injectie gedurende 3 min): max. 20 mg/kg/dag.
Zuigelingen
Oraal: 100–150 mg/kg/dag in 2–3 doses.
Intraveneus (als langzame injectie gedurende 3 min): max. 30 mg/kg/dag.
Dialyse-gerelateerde carnitinestoornis
Volwassenen
Intraveneus (als langzame injectie via een verblijfscanule): 20 mg/kg lichaamsgewicht na beëindiging van elke hemodialyse. Evalueer elke 3 maanden het effect. Staak de behandeling indien binnen 9-12 maanden geen klinische verbetering optreedt.
Bij ouderen is geen dosisaanpassing nodig.
Verminderde nierfunctie: bij een creatinineklaring < 10 ml/min doseren op geleide van de plasmaconcentratie. Langdurig toedienen van hoge orale doses bij dialysepatiënten ontraden, vanwege accumulatie van bepaalde metabolieten; i.v. toedienen is wel mogelijk.
Doseringen
Nefropathische cystinose
Algemeen
Het doel van de behandeling is de cystineconcentratie in de leukocyten lager te houden dan 1 nanomol hemicystine per mg eiwit (gemeten met de gemengde leukocytentest). De begindosis moet 1/6–¼ bedragen van de beoogde onderhoudsdosering, met een geleidelijke toename over 4–6 weken om intolerantie te vermijden. De behandeling onmiddellijk beginnen na het stellen van de diagnose (d.w.z. verhoogde cystineconcentratie in leukocyten), voor een maximale werking.
Volwassenen en kinderen > 12 jaar of > 50 kg lichaamsgewicht
Cystagon (capsule met directe afgifte): onderhoudsdosering 2 g per dag, verdeeld over 4 doses. Bij onvoldoende effect en goede tolerantie eventueel ophogen tot max. 1,95 g/m² lichaamsoppervlak/ dag.
Kinderen tot 12 jaar
Cystagon (capsule met directe afgifte): onderhoudsdosering 1,30 g/m² per dag (= ca. 50 mg/kg per dag), verdeeld over 4 doses.
Volwassenen
Procysbi (capsule maagsapresistent): onderhoudsdosering 1,3 g/m²/dag, verdeeld over twee doses elke 12 uur. Bij onvoldoende effect en goede tolerantie eventueel ophogen tot max. 1,95 g/m² lichaamsoppervlak/ dag.
Kinderen
Procysbi (capsule maagsapresistent): de onderhoudsdosering van 1,3 g/m²/dag kan worden benaderd met onderstaande doseeradviezen, rekening houdend met zowel oppervlakte als gewicht. Er kan een hogere dosis nodig zijn om het beoogde effect te bereiken. Max. 1,95 g/m² lichaamsoppervlak/dag.
Bij een lichaamsgewicht 0–5 kg: 200 mg elke 12 uur; 5–10 kg: 300 mg elke 12 uur; 11–15 kg: 400 mg elke 12 uur; 16–20 kg: 500 mg elke 12 uur; 21–25 kg: 600 mg elke 12 uur; 26–30 kg: 700 mg elke 12 uur; 31–40 kg: 800 mg elke 12 uur; 41–50 kg: 900 mg elke 12 uur; > 50 kg: 1000 mg elke 12 uur.
Overstappen naar Procysbi
Overstappen van Cystagon (capsule met directe afgifte) naar Procysbi (capsule maagsapresistent): de totale dagelijkse dosis is gelijk aan de eerdere totale dagelijkse dosis; deze dosis door twee delen, en om de 12 uur toedienen. Meet de cystinespiegel in leukocyten binnen twee weken en daarna elke drie maanden om de bovengenoemde optimale dosis vast te stellen.
Speciale patiëntengroepen
Patiënten met een slechte tolerantie hebben nog aanzienlijk voordeel als de cystineconcentratie in leukocyten lager is dan 2 nmol hemicystine/mg eiwit (gemeten met de gemengde leukocytentest). Bij optreden van maag-darmklachten, CZS-symptomen of voorbijgaande huiduitslag in het begin van de behandeling, kan een tijdelijke onderbreking en het geleidelijk aan opnieuw hervatten van de behandeling de tolerantie verbeteren.
Bij verminderde nier- of leverfunctie is een dosisaanpassing niet nodig.
Toediening Cystagon
- Innemen tijdens of direct na de maaltijd.
- Voor kinderen tot 6 jaar de capsules openen en de inhoud over voedsel strooien (melk, aardappelen). Hierbij zure dranken zoals sinaasappelsap vermijden, omdat het poeder hiermee niet goed mengt.
Toediening Procysbi
- Een gemiste dosis zo snel mogelijk innemen. Indien de volgende dosis echter binnen 4 uur gepland staat, de gemiste dosis overslaan en doorgaan met het reguliere doseerschema. Geen dubbele dosis innemen.
- De capsule heel innemen met een zuur vruchtensap of water, niet met vetrijk of eiwitrijk voedsel of bevroren voedsel zoals ijs. Vermijd maaltijden en zuivelproducten gedurende ten minste 1 uur vóór en 1 uur na inname, voor een maximale werking. Indien vasten niet mogelijk is binnen dit tijdsbereik, mag een kleine hoeveelheid voedsel (± 100 g, bij voorkeur koolhydraten) worden gegeten; dit moet dan bij elke inname worden gedaan.
- Bij risico op verslikken (bij kinderen tot 6 jaar): de capsules openen en de inhoud mengen met 100 g appelmoes of vruchtenjam (binnen 2 uur innemen) óf met 100–150 ml zuur vruchtensap of water (binnen 30 min innemen). Zie voor gedetailleerde instructies de productinformatie CBG/EMA, rubriek 6.6.
- Toediening via een sonde (gastrostomiesonde, nasogastrische sonde of jejunostomiesonde) is mogelijk. Hiertoe de capsules openen en de inhoud mengen met 100 g appelmoes of bessengelei (binnen 2 uur toedienen).
Bijwerkingen
Vaak (1-10%): misselijkheid, braken, buikpijn. Diarree, vooral bij hoge doses.
Soms (0,1-1%): hoofdpijn. Hypertensie, hypotensie. Dysgeusie, dyspepsie, droge mond. Afwijkende huidgeur. Spierspasmen, gespannen spier. Borstkaspijn, koorts, reactie op de injectieplaats.
Zeer zelden (< 0,01%): verhoogde INR.
Verder zijn gemeld: duizeligheid, convulsies, toename van frequentie en/of ernst van aanvallen bij een historie van epilepsie. Palpitaties. Dyspneu. Jeuk, huiduitslag.
Bijwerkingen
Zeer vaak (> 10%): misselijkheid, braken, diarree, anorexie. Koorts, lethargie.
Vaak (1-10%): hoofdpijn, encefalopathie, asthenie. Buikpijn, slechte adem, dyspepsie, gastro-enteritis. Abnormale huidgeur, huiduitslag. Afwijkende leverfunctietest.
Soms (0,1-1%): anafylactische reactie. Nervositeit, hallucinatie, slaperigheid, stuipen. Maag- en darmulcera. Nefrotisch syndroom. Leukopenie. Haarverkleuring, huidstriae, kwetsbare huid, molluscoïde pseudotumor op ellebogen. Gewrichtshyperextensie, pijn in de benen, genu valgum, osteopenie, compressiefractuur, scoliose.
Verder zijn gemeld: benigne intracraniële hypertensie met papiloedeem.
Op het syndroom van Ehlers-Danlos lijkende gevallen op de ellebogen zijn gemeld. Deze huidlaesies gaan in sommige gevallen gepaard met vasculaire proliferatie, striae en botlaesies. De resultaten van histopathologisch onderzoek wijzen op angio-endotheliomatose. Deze bijwerking is gemeld bij kinderen die chronisch werden behandeld met hoge doses (meestal boven de max. dosis van 1,95 g/m²/dag).
Interacties
Bij gelijktijdige behandeling met vitamine K-antagonisten zijn er meldingen van een verhoogde INR; controleer wekelijks de INR, en indien deze stabiel is maandelijks.
De beschikbaarheid van L-carnitine kan afnemen bij gelijktijdig gebruik van middelen die hypocarnitinemie kunnen veroorzaken als gevolg van verhoogd renaal verlies van carnitine, zoals valproïnezuur, zidovudine, cefalosporinen, carboplatine, cisplatine en ifosfamide.
Interacties
Bicarbonaat ten minste 1 uur voor of 1 uur na de maagsapresistente capsule (Procysbi) toedienen, om potentiële eerdere afgifte van mercaptamine te vermijden.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren geen aanwijzingen voor schadelijkheid.
Advies: Gebruik ontraden.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren schadelijk gebleken.
Advies: Gebruik ontraden, met name tijdens het 1e trimester.
Vruchtbaarheid: In dieronderzoek is een vermindering van de vruchtbaarheid waargenomen. Er zijn meldingen van azoöspermie bij mannelijke patiënten met cystinose.
Overig: Een vruchtbare vrouw dient adequate anticonceptieve maatregelen te nemen gedurende de gehele behandeling. Vóór starten van de behandeling moet een negatieve zwangerschapstest worden bevestigd.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend, maar levocarnitine is een fysiologisch bestanddeel van moedermelk.
Advies: Een mogelijk nadeel van een teveel aan levocarnitine bij het kind afwegen tegen de voordelen van toediening aan de moeder.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Ja.
Farmacologisch effect: Bij dieren remt mercaptamine de prolactinesecretie.
Advies: Gebruik is gecontra-indiceerd.
Contra-indicaties
Er zijn van dit middel geen contra-indicaties bekend.
Contra-indicaties
- overgevoeligheid voor penicillaminen.
Zie ook de rubriek Lactatie.
Waarschuwingen en voorzorgen
Bij verminderde nierfunctie de dosering aanpassen op geleide van de plasmaspiegel.
Toediening aan diabetespatiënten die met bloedglucoseverlagende middelen worden behandeld, kan leiden tot hypoglykemie. Controleer regelmatig de bloedglucosespiegel.
Bij dialyse-patiënten wordt chronische toediening van hoge orale doses ontraden, omdat accumulatie van bepaalde metabolieten (zoals trimethylamine en trimethylamine-N-oxide) kan plaatsvinden. Hierdoor neemt de hoeveelheid stikstofhoudende afvalproducten die door dialyse wordt verwijderd, toe. Verhoogde spiegels van trimethylamine hangen samen met neurofysiologische effecten. Ook kan een visachtige lichaamsgeur ontstaan.
Hulpstoffen: natriumbenzoaat, in de drank, kan geelzucht bij pasgeborenen (< 4 weken) verergeren.
Waarschuwingen en voorzorgen
Het is niet aangetoond dat orale toediening van mercaptamine de afzetting van cystinekristallen in het oog voorkomt. Daarom een eventueel gebruik van mercaptamine oogdruppels voortzetten.
De cystineconcentratie in de leukocyten in het begin van de behandeling regelmatig bepalen (5–6 uur na toediening van Cystagon en 30 min na toediening van Procysbi). Na het bereiken van de onderhoudsdosering de bepaling iedere 3–4 maanden uitvoeren. Dialysepatiënten en getransplanteerde patiënten tolereren mercaptamine soms minder goed, waardoor meer bijwerkingen kunnen optreden. Bij hen wordt een nauwkeuriger controle van de leukocytaire cystineconcentratie aanbevolen.
Controleer regelmatig op huid- en botafwijkingen, wegens meldingen van ernstige huidlaesies (zie rubriek Bijwerkingen). Bij optreden van huid- of botafwijkingen, de dosis verlagen of de behandeling onderbreken. Bij ernstige huiduitslag zoals erythema multiforme bullosa of toxische epidermale necrolyse, de behandeling definitief staken.
Wees alert op tekenen van ernstige gastro-intestinale toxiciteit. Maag- en darmzweren en -bloedingen zijn gemeld.
Controleer regelmatig bloedbeeld en leverfunctie, wegens meldingen van reversibele leukopenie en abnormale leverfunctie.
Voer periodiek oogonderzoek uit, wegens meldingen van benigne intracraniële hypertensie en/of papiloedeem. Wees alert op klachten als hoofdpijn, tinnitus, duizeligheid, misselijkheid, diplopie, wazig zien en oogpijn.
Mercaptamine kan sufheid veroorzaken. Bij aanvang van de behandeling, geen riskante activiteiten ondernemen zolang het effect van het middel op de geestelijke prestaties niet bekend is.
Voor vruchtbare vrouwen: zie de rubriek Zwangerschap.
Overdosering
Neem voor informatie over een vergiftiging met L-carnitine contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.
Overdosering
Symptomen
toenemende lethargie.
Neem voor informatie over een vergiftiging met mercaptamine contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.
Eigenschappen
Lichaamseigen stof, L-aminozuurderivaat, voornamelijk gevormd door endogene synthese uit lysine en methionine in de lever en de nier, maar kan ook worden verkregen uit de voeding. Speelt een rol in het metabolisme van lipiden, ketonlichamen en vertakte-keten-aminozuren. Levocarnitine is noodzakelijk voor het transport van lange-ketenvetzuren over het binnenmembraan van de mitochondria naar de mitochondriale matrix, waar de β-oxidatie plaatsvindt met als resultaat productie van ATP.
Kinetische gegevens
Resorptie | relatief langzaam in dunne darm. |
F | Na oraal gebruik zeer gering (< 10%) en zeer variabel. |
Metabolisering | Na orale toediening wordt L-carnitine dat niet is opgenomen in de bloedbaan, omgezet in het maag-darmkanaal door bacteriële microflora. Belangrijke metabolieten zijn trimethylamine-N-oxide and γ-butyrobetaine. |
Eliminatie | voornamelijk met de urine. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Eigenschappen
Mercaptamine ofwel cysteamine passeert door vrije diffusie plasma- en lysosomale membranen en accumuleert in de zure lysosomen. Daar reageert het met het geaccumuleerde cystine tot cysteïne, dat snel de lysosomen verlaat. Een reactie van mercaptamine met gevormd cysteïne tot een disulfide vindt ook plaats, waarna deze via het lysinecarrier-systeem de lysosomen verlaat. Mercaptamine vermindert hierdoor de cystinestapeling in sommige cellen (bv. leukocyten, spier- en levercellen) bij cystinose en vertraagt de ontwikkeling van nierfalen (o.a. syndroom van Fanconi).
Kinetische gegevens
Resorptie | Inname van voedsel dertig minuten vóór inname van de maagsapresistente capsule vermindert de blootstelling met ca. 35%. Inname van voedsel 30 min ná inname van de maagsapresistente capsule vermindert de blootstelling met ca. 16% of 45% voor respectievelijk intacte en open capsules. |
T max | na ca. 1½ uur. |
Eliminatie | vnl. met de urine als sulfaat. |
T 1/2el | 4–5 uur. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Groepsinformatie
L-carnitine hoort bij de groep middelen bij metabole aandoeningen, aminozuren.
Groepsinformatie
mercaptamine hoort bij de groep middelen bij metabole aandoeningen, aminozuren.