Samenstelling
Olmesartan/amlodipine Diverse fabrikanten
- Toedieningsvorm
- Tablet, omhuld '20/5'
Bevat per tablet: olmesartan (medoxomil) 20 mg, amlodipine (als besilaat) 5 mg.
- Toedieningsvorm
- Tablet, omhuld '40/5'
Bevat per tablet: olmesartan (medoxomil) 40 mg, amlodipine (als besilaat) 5 mg.
- Toedieningsvorm
- Tablet, omhuld '40/10'
Bevat per tablet: olmesartan (medoxomil) 40 mg, amlodipine (als besilaat) 10 mg.
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
Bij hypertensie verlagen angiotensine I converterend enzym (ACE)-remmers, angiotensine receptor-blokkers (ARB’s), calciumantagonisten (dihydropyridinen), thiazidediuretica en β-blokkers de bloeddruk effectief en verminderen het tienjaarsrisico op cardiovasculaire morbiditeit en mortaliteit. Comorbiditeit en specifieke patiëntkarakteristieken bepalen welke groepen en welke middelen als eerste in aanmerking komen. Als één middel onvoldoende effectief is bij de aanbevolen dosering, is het toevoegen van een middel uit een andere groep effectiever dan het ophogen van de dosering; het risico op het optreden van dosisafhankelijke bijwerkingen wordt daarmee beperkt. Een vaste combinatie in de juiste dosisverhouding heeft om reden van therapietrouw de voorkeur.
Indicaties
- Essentiële hypertensie, die onvoldoende heeft gereageerd op amlodipine of olmesartan als monotherapie.
Gerelateerde informatie
Doseringen
Hypertensie
Volwassenen (incl. ouderen)
één tablet per dag, max. 40/10 mg eenmaal per dag; welke tablet nodig is dient van tevoren door dosistitratie van de individuele componenten te worden vastgesteld. Indien klinisch verantwoord, kan directe verandering van monotherapie naar een vaste dosiscombinatie worden overwogen.
Verminderde nierfunctie: Bij een creatinineklaring van 20–60 ml/min is de maximale dosis olmesartan (medoxomil) 20 mg/dag, amlodipine mag bij dergelijke patiënten in normale doseringen worden toegediend.
Verminderde leverfunctie: Bij milde tot matige leverinsufficiëntie is de aanvangsdosis van olmesartan (medoxomil) 10 mg/dag, en de maximale dosis 20 mg/dag. Amlodipine bij gestoorde leverfunctie met een zo laag mogelijke dosering starten en voorzichtig ophogen.
Toediening: De tablet in zijn geheel innemen (niet met grapefruit-/pompelmoessap), op een vast tijdstip van de dag.
Bijwerkingen
Vaak (1-10%): duizeligheid, hoofdpijn, (perifeer) oedeem, vermoeidheid.
Soms (0,1-1%): palpitaties, tachycardie, (orthostatische) hypotensie. Dyspneu, hoesten. Droge mond, dyspepsie, pijn in de bovenbuik, misselijkheid, braken, diarree, obstipatie. Lethargie, paresthesie, hypo-esthesie, asthenie, spierspasmen, pijn in de extremiteiten, rugpijn, houdingsafhankelijke duizeligheid. Erectiestoornis, verminderd libido. Huiduitslag. Pollakisurie. Hypo-, hyperkaliëmie, toename in concentraties in bloed van creatinine, urinezuur en γ-GT.
Zelden (0,01-0,1%): syncope. Allergische reacties, oedeem van het gelaat, urticaria. Blozen.
Meer informatie
Interacties
Gelijktijdige behandeling met een ACE–remmer en een ARB vermeerdert de kans op hypotensie, syncope, hyperkaliëmie en achteruitgang van de nierfunctie (inclusief acuut nierfalen). Als een dubbele blokkade absoluut noodzakelijk wordt geacht dit alleen toepassen onder supervisie van een gespecialiseerde arts bij afzonderlijk gedefinieerde patiënten (zonder diabetische nefropathie) bij wie de nierfunctie, bloeddruk en het elektrolytengehalte regelmatig worden gecontroleerd. Bij diabetespatiënten of een verminderde nierfunctie (GFR < 60 ml/min/1,73 m² ) is het gebruik van olmesartan in combinatie met aliskiren gecontra–indiceerd. Bij andere patiënten wordt de combinatie ontraden; indien de combinatie toch toegepast dient te worden, is periodieke bepaling van de nierfunctie, bloeddruk en serumelektrolyten aanbevolen.
Mogelijk verhogen sterke of matige CYP3A4-remmers (zoals ketoconazol, itraconazol, ritonavir, grapefruit-/pompelmoessap), erytromycine, claritromycine, verapamil, diltiazem, proteaseremmers) de plasmaconcentratie van amlodipine; dosisaanpassing kan noodzakelijk zijn (m.n. bij ouderen).
Sterke CYP3A4-inductoren (zoals carbamazepine, fenobarbital, fenytoïne, rifampicine, sint-janskruid) kunnen invloed hebben op de plasmaspiegel van amlodipine. De bloeddruk extra controleren en een dosisaanpassing van amlodipine overwegen.
Het door diuretica veroorzaakte kaliumverlies wordt mogelijk door olmesartan ten dele tegengegaan; voorzichtigheid is geboden bij comedicatie van kaliumsecreterende middelen (corticosteroïden, laxantia of ACTH), vanwege de kans op hypokaliëmie.
Kaliumsparende diuretica (zoals spironolacton), heparine en andere plasmakalium-verhogende geneesmiddelen (bv. trimethoprim, tacrolimus, ciclosporine) kunnen het effect op het serumkaliumgehalte versterken en leiden tot hyperkaliëmie, met name bij gestoorde nierfunctie; controle van de kaliumconcentratie is aanbevolen.
Combinatie van olmesartan met NSAID's vermindert het antihypertensieve effect en vergroot de kans op achteruitgang van de nierfunctie en hyperkaliëmie.
Bij combinatie met lithium kan er sprake zijn van (reversibele) toename van de lithiumconcentratie, waardoor de toxische grens eerder bereikt wordt; indien de combinatie onvermijdelijk is, de lithiumspiegel nauwkeurig controleren.
Amlodipine kan bij combinatie met simvastatine de simvastatine(zuur)–blootstelling verhogen waardoor het risico op ernstige myopathie en rabdomyolyse toeneemt. Vervang simvastatine door een ander statine (bijvoorbeeld rosuvastatine).
Bij combinatie van amlodipine met tacrolimus is er meer kans op verhoogde bloedspiegels van tacrolimus; bloedspiegel controleren en zo nodig de tacrolimus-dosering aanpassen.
Amlodipine is een zwakke CYP3A4-remmer; het kan de blootstelling aan CYP3A4-substraten, zoals mTOR-remmers (everolimus, (tem)sirolimus), verhogen.
Bij combinatie van amlodipine met ciclosporine werden bij patiënten met een niertransplantaat, variabele verhogingen van de ciclosporine-dalconcentratie waargenomen (tot 40%); bloedspiegel controleren en zo nodig de ciclosporine-dosering aanpassen.
Bij combinatie met colesevelam vermindert de systemische blootstelling, piekplasmaconcentratie en de halfwaardetijd van olmesartan; olmesartan minimaal 4 uur voor colesevelam innemen.
Combinatie met dantroleen i.v. vermijden bij patiënten die vatbaar zijn voor maligne hyperthermie en bij de behandeling van maligne hyperthermie.
Er is meer kans op hematologische reacties bij combinatie met geneesmiddelen die een negatieve invloed hebben op het bloedbeeld (bv. allopurinol, immunosuppressiva waaronder corticosteroïden, cytostatica).
Zwangerschap
Teratogenese: Gebruik van ARB's in het 2e en 3e trimester is schadelijk, zich uitend in: neonatale longhypoplasie, intra-uteriene groeivertraging, persisterende ductus arteriosus, schedelhypoplasie, ledemaatsafwijkingen en toegenomen sterfte. Amlodipine heeft bij dierproeven na hoge doses aanleiding gegeven tot uitstel van de partus en verlenging van weeën bij ratten.
Farmacologisch effect: Gebruik van ARB's tijdens het 2e en 3e trimester, kan leiden tot foetale en/of neonatale toxiciteit zoals gestoorde nierfunctie, nierfalen, oligohydramnion, hypotensie en hyperkaliëmie.
Advies: Gebruik tijdens het 1e trimester ontraden; gebruik tijdens het 2e en 3e trimester is gecontra-indiceerd.
Vruchtbaarheid: vermindering van mannelijke fertiliteit is beschreven bij gebruik van sommige calciumkanaalblokkers (reversibel).
Overige: Bij kinderwens en zwangerschap instellen op een veiligere therapie; aangeraden wordt de patiënte bij het begin van de behandeling al hierop te wijzen. Als inmiddels zwangerschap is vastgesteld de patiënte onmiddellijk overzetten op een veiligere behandeling. Als blootstelling vanaf het 2e trimester heeft plaatsgevonden een echoscopie verrichten van de nieren en schedel van de foetus. Neonaten nauwkeurig controleren op hypotensie, oligurie en hyperkaliëmie.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Amlodipine: ja, olmesartan: onbekend (ja bij dieren).
Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel of het geven van borstvoeding ontraden, met name in geval van pasgeborenen of vroeggeborenen.
Contra-indicaties
- overgevoeligheid voor dihydropyridinederivaten;
- ernstige leverinsufficiëntie en galwegobstructie;
- (cardiogene) shock, ernstige hypotensie, obstructie van het uitstroomkanaal van het linkerventrikel (bv. ernstige aortastenose), hemodynamisch instabiel hartfalen na acuut myocardinfarct.
Zie voor meer contra-indicaties de rubrieken Zwangerschap en Interacties.
Waarschuwingen en voorzorgen
Er is vooral meer kans op een hypotensieve reactie bij een geactiveerd renine-angiotensinesysteem zoals bij volume- en/of natriumdepletie en bij hartfalen. Wees voorzichtig bij aorta- of mitralisstenose of bij obstructieve hypertrofische cardiomyopathie vanwege de kans op verminderde coronaire en cerebrale doorbloeding (mogelijk leidend tot infarcering) door de verlaagde bloeddruk.
Bij hartfalen amlodipine extra voorzichtig toepassen, vanwege mogelijk meer kans op longoedeem, hyperkaliëmie, het ontstaan van oligurie en (zelden) van acuut nierfalen, toekomstige cardiovasculaire aandoeningen en (eveneens zelden) sterfte.
Bij (lichte tot matige) leverinsufficiëntie, obstructieve galwegaandoeningen, een acuut myocardinfarct of een geringe cardiale reserve, amlodipine voorzichtig gebruiken.
Bij een nierfunctiestoornis rekening houden met acute achteruitgang van de nierfunctie en deze daarom blijven controleren. Regelmatige controle van de nierfunctie is vooral aangewezen na een myocardinfarct en bij hartfalen. Olmesartan/amlodipine is niet onderzocht bij patiënten met een recente niertransplantatie of bij patiënten met ernstige nierfunctiestoornis (creatinineklaring < 20 ml/min); gebruik van olmesartan/amlodipine bij deze patiënten wordt niet aanbevolen.
Bij bilaterale stenose van de arteriae renales of bij unilaterale stenose bij slechts één functionerende nier (bv. na niertransplantatie) is er meer kans op ernstige hypotensie en nierinsufficiëntie; van beide wordt monitoring aanbevolen.
Bij optreden van ernstige chronische diarree met gewichtsafname, de mogelijkheid van een spruwachtige enteropathie overwegen; een intestinale biopsie toont bij deze patiënten vaak villeuze atrofie aan. Als een andere oorzaak voor de klachten is uitgesloten, de behandeling direct staken en niet meer opnieuw beginnen.
ACE-remmers en ARB's zijn minder effectief tegen hypertensie bij mensen met een donkere huidskleur dan bij een lichte huidskleur.
Olmesartan/amlodipine niet toepassen bij een leeftijd < 18 jaar vanwege onvoldoende gegevens over de werkzaamheid en veiligheid.
Overdosering
Symptomen
hypotensie met tachycardie (olmesartan) en excessieve perifere vasodilatatie met waarschijnlijk langdurige sterke systemische hypotensie en reflextachycardie (amlodipine). Zelden is bij overdosering van amlodipine niet-cardiogeen longoedeem gemeld (24-48u na inname).
Therapie
Zie voor meer symptomen en behandeling de monografie op vergiftigingen.info.
Eigenschappen
Combinatie van een calciumantagonist met een dihydropyridinestructuur en een ARB. Werkingsduur: 24 uur.
Kinetische gegevens
Groepsinformatie
olmesartan/amlodipine hoort bij de groep ARB's met calciumantagonist.