Samenstelling
Tobrex Novartis Pharma bv
- Toedieningsvorm
- Oogzalf (0,3%)
- Sterkte
- 3 mg/g
- Verpakkingsvorm
- 3,5 g
Conserveermiddel: chloorbutanol.
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
Bij een infectieuze conjunctivitis door een banale verwekker is een lokaal antibioticum niet geïndiceerd, behalve bij risicogroepen voor complicaties (bv. na recente oogoperaties, bij chronisch infectieuze oogziekten of immuun-gecompromitteerde patiënten) of soms, als de conjunctivitis langer dan twee weken duurt. In deze gevallen gaat de voorkeur uit naar chlooramfenicol-oogdruppels en/of -oogzalf boven fusidinezuur-ooggel, vanwege een breder werkingsspectrum en minder snelle resistentieontwikkeling.
Behandel een infectieuze conjunctivitis door chlamydia en/of gonokok met een gericht systemisch antibioticum, conform de behandeling van een anogenitale infectie (soa).
Oogpreparaten met aminoglycosiden (zoals tobramycine) behoren tot de reserve-antibiotica die alleen op strikte indicatie en in de tweedelijnszorg gebruikt worden, om resistentieproblematiek te voorkomen. Het gebruik ervan beperken tot de behandeling van ernstige ooginfecties zoals keratitis en Pseudomonas-infecties, uitsluitend onder controle van een oogarts.
Voor het beleid bij de behandeling van een blefaritis zie de NHG-Standaard Rood oog en oogtrauma (2017).
Indicaties
- Oppervlakkige infecties van het oog en de oogleden, veroorzaakt door voor tobramycine gevoelige micro-organismen, bij volwassenen en kinderen ouder dan 1 jaar.
Gerelateerde informatie
Doseringen
Oppervlakkige infecties van oog en oogleden
Volwassenen en kinderen > 1 jaar
Ten minste 1 cm oogzalf op de binnenzijde van het onderste ooglid aanbrengen iedere 3–4 uur. Behandelduur: 5–15 dagen.
Toediening: Bij gebruik van meerdere soorten oogpreparaten deze toedienen met een interval van ten minste 5 minuten. De oogdruppels die de minste irritatie geven als eerste en de oogzalf als laatste toedienen.
Bijwerkingen
Lokaal
Vaak (1-10%): oculaire hyperemie, ongemak in het oog.
Soms (0,1-1%): oogklachten (jeuk, pijn, afscheiding, droogheid, tranen, wazig zien), oedeem en erytheem van het ooglid, conjunctivaal oedeem, keratitis, cornea-abrasie. Madarose, leukoderma, urticaria, dermatitis, jeuk en droge huid.
Zelden (0,01-0,1%): keratitis punctata.
Zeer zelden (< 0,01%): (secundaire) ooginfectie.
Verder zijn gemeld: oculaire allergische reactie, irritatie (branden en prikken na instillatie). Huiduitslag.
Systemisch
Soms (0,1-1%): hoofdpijn. Overgevoeligheidsreacties.
Verder is gemeld: anafylactische reactie, Stevens-Johnsonsyndroom, erythema multiforme, andere huiduitslag.
Interacties
Er zijn van dit middel geen interacties bekend.
Zwangerschap
Tobramycine passeert de placenta.
Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren geen aanwijzingen voor teratogene effecten.
Farmacologisch effect: Hoge systemische serumconcentraties van aminoglycosiden kunnen leiden tot oto- en/of nefrotoxiciteit bij de foetus. Gezien de lage systemische belasting bij gebruik van de oogzalf worden echter geen nadelige effecten bij de foetus verwacht.
Advies: Kan waarschijnlijk veilig worden gebruikt.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Ja, in geringe mate.
Farmacologisch effect: Aminoglycosiden worden door de zuigeling nauwelijks oraal geabsorbeerd, echter bij prematuren (< 37 weken) kan wel opname vanuit het maag-darmkanaal plaatsvinden. In theorie kan stapeling optreden, doordat aminoglycosiden bij jonge zuigelingen langzamer worden geëlimineerd. In de eerste weken van de lactatieperiode moet bij prematuren het systemisch gebruik van aminoglycosiden worden beperkt. Gezien de lage systemische belasting bij gebruik van de oogzalf, is de blootstelling via de melk waarschijnlijk verwaarloosbaar.
Advies: Kan worden gebruikt.
Contra-indicaties
- overgevoeligheid voor aminoglycosiden.
Waarschuwingen en voorzorgen
Kruisovergevoeligheid en kruisresistentie met andere aminoglycosiden kunnen optreden. Als een overgevoeligheidsreactie optreedt (variërend van lokale effecten tot gegeneraliseerde reacties zoals erytheem, jeuk, urticaria, huiduitslag, anafylactische of bulleuze reacties) de behandeling staken.
Secundaire infectie: overgroei van niet-gevoelige micro-organismen, incl. schimmels, is mogelijk; in geval zich een superinfectie voordoet adequate therapie instellen.
Draag geen contactlenzen tijdens behandeling van een ooginfectie.
Eigenschappen
Tobramycine behoort tot de aminoglycosiden en heeft een bactericide werking. Het werkt primair op bacteriële cellen, door de samenvoeging en synthese van polypeptiden op het ribosoom te remmen.
Doorgaans gevoelig zijn o.a: Pseudomonas aeruginosa, Staphylococcus aureus (meticilline-gevoelig), en Moraxella catarrhalis.
Verworven resistentie kan een probleem zijn bij Staphylococcus spp. zoals Staphylococcus epidermidis.
Doorgaans ongevoelig zijn o.a.: Staphylococcus aureus (meticilline-resistent), Streptococcus spp. zoals Streptococcus pneumoniae en Haemophilus influenzae.
Kinetische gegevens
Resorptie | in geringe mate door de cornea en de conjunctiva. De systemische blootstelling is zeer laag. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Groepsinformatie
tobramycine (oculair) hoort bij de groep antibacteriële middelen, oculair.
- azitromycine (oculair) (S01AA26) Vergelijk
- cefuroxim (intra-oculair) (S01AA27) Vergelijk
- chlooramfenicol (S01AA01) Vergelijk
- erytromycine (oculair) (S01AA17) Vergelijk
- fusidinezuur (oculair) (S01AA13) Vergelijk
- moxifloxacine (oculair) (S01AE07) Vergelijk
- ofloxacine (oculair) (S01AE01) Vergelijk
- povidonjodium (oculair) (S01AX18) Vergelijk
- tetracycline (oculair) (S01AA09) Vergelijk