multivitamine (parenteraal)
Samenstelling
Cernevit XGVS Baxter bv
- Toedieningsvorm
- Poeder voor injectievloeistof
- Verpakkingsvorm
- flacon
Bevat per flacon: retinol(palmitaat) 3500 IE, thiamine 3,51 mg, riboflavine (als natriumfosfaat) 4,14 mg, nicotinamide 46 mg, pyridoxine (als hydrochloride) 4,53 mg, pantotheenzuur 17,25 mg, biotine 0,069 mg, foliumzuur 0,414 mg, cyanocobalamine 6 microg, ascorbinezuur 125 mg, colecalciferol 220 IE, α-tocoferol 10,2 mg.
Soluvit N XGVS Fresenius Kabi Nederland bv
- Toedieningsvorm
- Poeder voor infusievloeistof
- Verpakkingsvorm
- flacon
Bevat per flacon: thiamine 2,5 mg, riboflavine (als natriumfosfaat) 3,6 mg, nicotinamide 40 mg, pyridoxine (als hydrochloride) 4,0 mg, pantotheenzuur 15 mg, biotine 0,060 mg, foliumzuur 0,4 mg, cyanocobalamine 5 microg, ascorbinezuur 100 mg.
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
multivitamine (parenteraal) vergelijken met een ander geneesmiddel.
Advies
Een combinatie van vitaminen kan als onderdeel van totale parenterale voeding worden gebruikt ('all in one'-voeding). Cernevit bevat alle noodzakelijke water- en vetoplosbare vitaminen, met uitzondering van vitamine K. Soluvit N bevat alleen de wateroplosbare vitaminen B en C. In deze combinatiepreparaten zijn de hoeveelheden van de individuele vitaminen voldoende om de normale dagelijkse behoefte te dekken.
Indicaties
I.v.-toediening van water- en eventueel vetoplosbare vitaminen bij volwassenen en kinderen > 11 jaar indien orale toediening gecontra-indiceerd, onmogelijk of ontoereikend is, zoals bij:
- ernstige ondervoeding;
- malabsorptie in het maag-darmkanaal;
- parenterale voeding.
Doseringen
Als intraveneuze toediening van vitaminen noodzakelijk is
Volwassenen en kinderen > 11 jaar
1 flacon per dag langzaam i.v. (ten minste 10 minuten of per infuus). Bij een sterk verhoogde behoefte (bv. ernstige verbrandingen) kan tot driemaal de dagdosis worden toegediend.
Ouderen: Overweeg de dosis te verlagen of de toedieningsintervallen te verlengen omdat bij ouderen vaker een verminderde lever-, nier- of hartfunctie, comorbiditeit en/of comedicatie voorkomen (Cernevit).
Verminderde nierfunctie: individueel afgestemde vitaminesuppletie kan nodig zijn. Bij een ernstige nierinsufficiëntie wordt vitamine D in de vorm van colecalciferol niet normaal gemetaboliseerd en kan vitamine A-intoxicatie ontstaan (Cernevit).
Verminderde leverfunctie: Overweeg de dosis te verlagen om vitamine A-toxiciteit te voorkomen (Cernevit).
Toediening
- Aseptisch oplossen voor gebruik, voor instructies, zie de officiële productinformatie van het CBG (onder Zie ook).
- Wanneer Soluvit N wordt verdund met glucoseoplossing of water voor injecties, het mengsel beschermen tegen licht. Dit is niet nodig wanneer het wordt verdund met vet-emulsie (Intralipid).
Bijwerkingen
Vaak: pijn op de injectie/infusieplaats.
Soms: misselijkheid en braken.
Zelden: stijging van de ALAT-waarde bij progressieve inflammatoire enterocolitis (Cernevit).
Verder zijn gemeld: ernstige systemische overgevoeligheidsreacties. Metaalsmaak, tachycardie, tachypneu, diarree, jeuk, koorts, gegeneraliseerde pijn, verhoogde waarden van transaminasen, glutamaatdehydrogenase, alkalisch fosfatase, galzuren en gamma-glutamyltransferase (Cernevit).
Interacties
Foliumzuur kan de bloedspiegel van fenytoïne, fenobarbital en primidon verlagen.
Isoniazide en penicillamine antagoneren de werking van pyridoxine.
Bepaalde anticonvulsiva (bv. fenytoïne, carbamazepine, fenobarbital en valproaat) kunnen een tekort aan folaat, pyridoxine en vitamine D veroorzaken.
Hoge doses aspirine kunnen de foliumzuurconcentratie verminderen door de uitscheiding met de urine te verhogen.
Pyridoxine kan het effect van levodopa verminderen.
Folaatantagonisten (methotrexaat, sulfasalazine, pyrimethamine, triamtereen, trimethoprim) blokkeren de omzetting van folaat in zijn actieve metabolieten en verminderen de doeltreffendheid van de suppletie.
De toxiciteit van fluoro-uracil, capecitabine en tegafur kan verhogen bij combinatie met foliumzuur.
Gelijktijdige toediening van vitamine A verhoogt het risico op pseudotumor cerebri bij middelen die pseudotumor cerebri kunnen veroorzaken (o.a. bepaalde tetracyclinen) (Cernevit).
Proteaseremmers zoals efavirenz en zidovudine kunnen een verminderde vorming van de actieve vitamine D-metaboliet veroorzaken (Cernevit).
Voor meer interacties, raadpleeg de officiële productinformatie van het CBG (onder Zie ook).
Zwangerschap
Teratogenese: De aanbevolen dosering niet overschrijden, omdat hoge doseringen vitamine A teratogeen zijn. Over de effecten van hoge doseringen van de overige vitaminen zijn weinig gegevens bekend.
Advies: In het algemeen wordt het gebruik van hoge doseringen vitaminen tijdens de zwangerschap afgeraden. Tijdens zwangerschap mag de dagdosering vitamine A niet hoger zijn dan 10.000 IE. Maximaal 25 mg vitamine B6 per dag geven vanwege een mogelijk risico op neuropathie bij de moeder. Bij voorkeur maximaal 4.000 IE vitamine D3 per dag geven.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Ja.
Advies: Vrouwen die borstvoeding geven kunnen vitaminen gebruiken als voldoende intake met de voeding niet mogelijk is en bij een tekort. Bij gebruik zoals beschreven bij Doseringen, als toevoeging aan intraveneuze toediening, zijn geen negatieve effecten te verwachten op de zuigeling. Tijdens de lactatie mag de dagdosering vitamine A niet hoger zijn dan 10.000 IE. Doseringen van meer dan 25 mg vitamine B6 per dag worden afgeraden. De maximale dagelijkse dosis van vitamine D3 is 4.000 IE.
Contra-indicaties
- overgevoeligheid voor soja of pinda's (Cernevit).
Waarschuwingen en voorzorgen
Evalueer de vitamine B12-toestand voor het starten met suppletie van Cernevit, bij patiënten met een risico op een vitamine B12-tekort en/of wanneer suppletie met Cernevit enkele weken gepland is.
Fatale reacties met Cernevit en met andere parenterale vitamineproducten zijn gemeld. Bij tekenen of symptomen van een overgevoeligheidsreactie de infusie of injectie direct stopzetten.
Om overdosis en toxische effecten, vooral van vitaminen A, D en E, te voorkomen, de klinische toestand en vitamineconcentraties in het bloed regelmatig controleren. De kans op hypervitaminose A en vitamine A-toxiciteit neemt bijvoorbeeld toe bij patiënten met:
- eiwitondervoeding;
- nier- of leverfunctiestoornis;
- geringe lichaamslengte;
- chronische behandeling;
- chronisch overmatig alcoholgebruik.
Beïnvloeding van diagnostische testen door biotine is mogelijk, de kans hierop is groter bij nierinsufficiëntie, bij kinderen en bij gebruik van hogere doseringen, raadpleeg voor meer informatie hierover het laboratorium.
Bij chronische nierinsufficiëntie is de vitamine A-concentratie in het lichaam verhoogd (cave: dialysepatiënten). Bij een ernstige nierinsufficiëntie wordt vitamine D in de vorm van colecalciferol niet normaal gemetaboliseerd. Pyridoxine hypervitaminose en -toxiciteit zijn gemeld bij patiënten die chronische hemodialyse ondergingen en drie keer per week multivitaminen met 4 mg pyridoxine kregen toegediend.
Voorzichtig zijn bij patiënten met symptomatische hypercalciëmie (kalkstenen, encefalopathie) veroorzaakt door een teveel aan vitamine D. Cernevit voorzichtig toedienen bij primair hyperparathyroïdisme of bij een maligne aandoening die gepaard gaat met secundaire hypercalciëmie; de toediening van calcium en vitamine D zorgvuldig monitoren.
De leverfuncties controleren, vooral bij herhaalde en langdurige toediening bij hepatische icterus of intrahepatische galstuwing (Cernevit).
Bij gebruik bij progressieve inflammatoire enterocolitis de transaminasespiegels controleren (Cernevit).
Hulpstoffen: Soja-allergie en kruisallergie voor pinda kunnen ernstige systemische overgevoeligheidsreacties geven (Cernevit). Methylparahydroxybenzoaat in Soluvit N kan in zeldzame gevallen bronchospasmen geven.
Overdosering
Symptomen
bij een normale nierfunctie geen intoxicatie-verschijnselen van de wateroplosbare vitaminen van het B-complex; de overmaat wordt met de urine uitgescheiden. Bij extreem hoge doses div. ongewenste effecten mogelijk, welke snel reversibel zijn. Van vitamine C in het algemeen geen andere problemen dan diarree en licht verhoogde diurese.
Voor meer informatie meer informatie over een vergiftiging met een multivitamine preparaat zie colecalciferol#overdosering, de monografie vitamine D3 op toxicologie.org of de diverse monografieën via vergiftigingen.info (zoek op vitamine).
Eigenschappen
Combinaties van diverse samenstellingen van vitaminen, waaronder wateroplosbare (de B-vitaminen en vitamine C) en eventueel ook vetoplosbare vitaminen (A, D en E; en met uitzondering van vitamine K). Vitaminen zijn noodzakelijk voor o.a. de stofwisseling.
Kinetische gegevens
Metabolisering | wateroplosbare vitaminen worden op dezelfde wijze omgezet als indien afkomstig uit een oraal dieet. Colecalciferol: in de lever hydroxylering tot 25-hydroxycolecalciferol (= calcidiol). In deze vorm wordt het opgeslagen in vet- en spierweefsel, vervolgens naar behoefte voornamelijk in de nieren gehydroxyleerd tot het actieve 1,25-dihydroxycolecalciferol (= calcitriol) en bij een adequate calcitriolconcentratie tot 24,25-dihydroxycolecalciferol, dat minimale biologische activiteit heeft. Calcitriol wordt gemetaboliseerd tot 1,24,25-trihydroxycolecalciferol en calcitroïnezuur. |
Eliminatie | wateroplosbare vitaminen met de urine. Colecalciferol: als metabolieten vnl. met de feces, klein deel met de urine. |
T 1/2el | colecalciferol: schijnbare eliminatiehalfwaardetijd ca. 50 dagen. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Groepsinformatie
multivitamine (parenteraal) hoort bij de groep vitaminen, combinatiepreparaten.