Samenstelling
Calcitonine-EssPharma (synthetisch zalmcalcitonine) Essential Pharma Ltd
- Toedieningsvorm
- Injectie-/infusievloeistof
- Sterkte
- 100 IE/ml
- Verpakkingsvorm
- ampul 1 ml
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Evenity Aanvullende monitoring UCB Pharma bv
- Toedieningsvorm
- Injectievloeistof
- Sterkte
- 90 mg/ml
- Verpakkingsvorm
- pen 1,17 ml
Eén voorgevulde pen bevat 105 mg romosozumab.
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
De toepassing van calcitonine is aan gespecialiseerde artsen voorbehouden.
Advies
Kies voor de behandeling van osteoporose in eerste instantie uit de bisfosfonaten alendroninezuur en risedroninezuur in combinatie met colecalciferol (vitamine D3) en, afhankelijk van de dagelijkse inname van de patiënt, calcium. Na een recente heupfractuur heeft een behandeling met zoledroninezuur de voorkeur. Bij het bestaan van een contra-indicatie, intolerantie of een slechte therapietrouw zijn alendroninezuur in drankvorm, zoledroninezuur, of denosumab alternatieven. Overweeg bij postmenopauzale vrouwen met ernstige osteoporose direct te starten met teriparatide of romosozumab.
Overweeg romosozumab als eerstekeusmiddel bij postmenopauzale vrouwen zonder voorgeschiedenis van een beroerte of hartinfarct met ernstige osteoporose en een hoog risico op botbreuken. Voor de criteria zie de multidisciplinaire richtlijn Osteoporose en fractuurpreventie (2022). Romosozumab heeft een maximale behandelduur van 12 maanden, waarna het advies is om de behandeling voort te zetten met een botafbraakremmend middel (bisfosfonaat).
Indicaties
- Ziekte van Paget, indien alternatieve behandelingen onvoldoende effectief zijn of niet geschikt zijn (bv. bij ernstige nierinsufficiëntie);
- Hypercalciëmie, ten gevolge van maligniteit;
- Preventie van acuut botverlies als gevolg van plotseling immobiel worden zoals bij een recente osteoporotische fractuur.
Indicaties
- Ernstige osteoporose bij postmenopauzale vrouwen met een hoog risico op botbreuken.
Gerelateerde informatie
Doseringen
De behandelduur zo kort mogelijk houden en met de laagst mogelijke werkzame dosis, vanwege de samenhang tussen de toegenomen kans van maligniteiten en langdurig calcitoninegebruik.
Ziekte van Paget
Volwassenen
s.c. of i.m 100 IE/dag, individueel aanpassen aan de behoefte van de patiënt. Echter, met een minimum doseringsschema van 50 IE 3×/w. is eveneens klinische en biochemische verbetering bereikt. De behandeling staken zodra de patiënt reageert en de klachten verdwenen zijn. Behandelduur max. 3 maanden, in uitzonderlijke omstandigheden (bv. bij een dreigende pathologische fractuur) eventueel max. 6 maanden. Periodieke herhaling van de behandeling kan worden overwogen. Het effect controleren via de markers van de botombouw: serum alkalinefosfatase, urinair hydroxyproline, deoxypyridinoline.
Hypercalciëmie
Volwassenen
s.c. of i.m. 100 IE elke 6–8 uur, evt. via i.v.-injectie na voorafgaande rehydratie. Indien de reactie na 1–2 dagen onvoldoende is de dosering verhogen tot maximaal 400 IE elke 6–8 uur.
In ernstige gevallen of noodsituaties: 10 IE/kg lichaamsgewicht in 500 ml NaCl-opl. (9 g/l) als i.v.-infusie in ten minste 6 uur.
De dosering individueel aanpassen; vooral tijdens begin van de behandeling de klinische respons en laboratoriumwaarde (incl. serumcalcium) frequent controleren. Calcitonine kan adsorberen aan het plastic van infusiesets, waardoor de toegediende dosis mogelijk wordt verminderd.
Preventie van acuut botverlies
Volwassenen
s.c. of i.m. 100 IE 1×/dag óf 50 IE 2×/dag. Bij aanvang van (her)mobiliseren kan de dosering worden verlaagd tot 50 IE/dag. Aanbevolen behandelduur: 2 weken, max. 4 weken.
Bij misselijkheid of braken zo nodig de dosis verlagen en/of een anti-emeticum geven.
Toediening
- Intraveneus, subcutaan of intramusculair toedienen.
- De injectie kan voor het slapengaan en na het eten worden toegediend, om de kans op misselijkheid en braken te verminderen.
Doseringen
Geef suppletie van calcium en vitamine D vóór en tijdens behandeling.
Ernstige postmenopauzale osteoporose
Volwassenen (incl. ouderen)
S.c. 210 mg (= 2 injecties van 105 mg) 1×/maand gedurende 12 maanden. Daarna overgaan op een behandeling met een botafbraak-remmend middel (bisfosfonaat), om het met romosozumab behaalde effect na 12 maanden te verlengen.
Bij een verminderde nierfunctie is geen dosisaanpassing nodig.
Een gemiste dosis toedienen zodra dit mogelijk is. De volgende dosis ten minste één maand na de laatste dosis geven.
Toediening: subcutane injectie in buik, dij of bovenarm. De tweede injectie direct na de eerste toedienen. Als voor de tweede injectie hetzelfde injectiegebied wordt gebruikt, dan een andere injectieplaats gebruiken.
Bijwerkingen
Zeer vaak (> 10%): misselijkheid en braken (vooral in het begin van de behandeling), blozen in het gezicht en bovenlichaam 10–20 min na toediening; deze effecten zijn dosisafhankelijk en komen vaker voor na i.v.-toediening.
Vaak (1-10%): maligniteit bij langdurige behandeling. Duizeligheid, hoofdpijn, smaakverandering. Diarree, buikpijn. Spierpijn, gewrichtspijn. Vermoeidheid.
Soms (0,1-1%): verminderde visus. Polyurie. Gegeneraliseerde huiduitslag, jeuk. Hypertensie. Griepachtige symptomen, oedeem (gezichts-, perifeer en gegeneraliseerd), reactie op de injectieplaats. Overgevoeligheid.
Zelden (0,01-0,1%): ontwikkeling van neutraliserende antilichamen, bij een klein percentage leidend tot een verminderde respons. Hypocalciëmie (m.n. bij hoge bot-remodellering, meestal asymptomatisch, optredend tussen 4 en 6 uur na toediening).
Zeer zelden (< 0,01%): ernstige allergie-achtige reacties zoals bronchospasmen, zwelling van tong en keel, anafylactische reactie.
Verder zijn gemeld: tremor, urticaria.
Bijwerkingen
Zeer vaak (> 10%): nasofaryngitis. Gewrichtspijn.
Vaak (1-10%): sinusitis. Overgevoeligheid, huiduitslag, dermatitis. Hoofdpijn. Nekpijn, spierspasmen. Reactie op de injectieplaats (zoals pijn, erytheem).
Soms (0,1-1%): urticaria. Hypocalciëmie. Beroerte, myocardinfarct. Cataract.
Zelden (0,01-0,1%): angio-oedeem, erythema multiforme.
Interacties
Het effect van digoxine of calciumantagonisten kan worden beïnvloed (dosisaanpassing kan noodzakelijk zijn) omdat calcitonine de serumcalciumconcentratie tijdelijk kan verlagen.
Combinatie met bisfosfonaten kan resulteren in additionele calciumverlagende effecten.
Gelijktijdig gebruik van lithium kan leiden tot een daling van de lithiumspiegels.
Interacties
Er is geen onderzoek naar interacties uitgevoerd. Er worden geen farmacokinetische geneesmiddelinteracties verwacht.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens.
Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken.
Zwangerschap
Gezien de geregistreerde indicatie niet van toepassing.
Teratogenese: Bij dieren aanwijzingen voor schadelijkheid.
Lactatie
Overgang in moedermelk: Ja, bij dieren, waarbij het de lactatie remt.
Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel of het geven van borstvoeding ontraden.
Lactatie
Gezien de geregistreerde indicatie niet van toepassing.
Overgang in de moedermelk: Onbekend.
Contra-indicaties
- Hypocalciëmie.
Contra-indicaties
- hypocalciëmie;
- voorgeschiedenis van myocardinfarct of beroerte.
Waarschuwingen en voorzorgen
Bij vermoede overgevoeligheid voorafgaande aan de behandeling een huidtest uitvoeren.
Na langdurige behandeling kan down-regulering van de calcitoninereceptor zelden leiden tot een verminderde respons.
Uit gerandomiseerde, gecontroleerde studies is bij langdurig gebruik van calcitonine (oraal of intranasaal) een toename van kanker variërend van 0,7–2,4% naar voren gekomen, alsmede een toegenomen sterfte daaraan. Met deze kanstoename ook rekening houden bij, met name langdurige, parenterale toediening van calcitonine, aangezien systemische blootstelling hierbij naar verwachting hoger is.
Er is onvoldoende bewijs om het gebruik bij pediatrische osteoporose te ondersteunen.
Waarschuwingen en voorzorgen
Romosozumab verhoogt de kans op ernstige cardiovasculaire voorvallen; daarom niet gebruiken bij een voorgeschiedenis van een beroerte of myocardinfarct. Beoordeel bij patiënten zonder voorgeschiedenis van een beroerte of myocardinfarct of het nut van de behandeling opweegt tegen het cardiovasculair risico, op basis van risicofactoren (bv. vastgestelde cardiovasculaire aandoening, hypertensie, hyperlipidemie, diabetes mellitus, roken, ernstige nierfunctiestoornis, leeftijd). Staak de behandeling als een beroerte of myocardinfarct optreedt.
Corrigeer vooraf een bestaande hypocalciëmie. Geef suppletie van calcium en vitamine D tijdens de behandeling. Controleer op hypocalciëmie tijdens de behandeling; bij mogelijke symptomen hiervan de serumcalciumconcentratie bepalen.
Bij ernstig verminderde nierfunctie (eGFR 15-29 ml/min/1,73 m²) of dialyse is er meer kans op het ontstaan van hypocalciëmie; controleer het calciumgehalte. De veiligheidsgegevens zijn beperkt.
Overgevoeligheidsreacties, waaronder angio-oedeem, erythema multiforme en urticaria, zijn gemeld. Bij optreden van een dergelijke reactie het gebruik staken.
Osteonecrose van de kaak (ONK) is zelden gemeld bij gebruik van romosozumab. Overweeg de volgende risicofactoren ter beoordeling van de kans op ONK bij een patiënt:
- potentie van het middel, cumulatieve dosis van botafbraak-remmende medicatie;
- kanker, comorbiditeiten (bv. anemie, stollingsstoornis, infectie), roken;
- gelijktijdige behandeling: corticosteroïden, chemotherapie, angiogeneseremmers, radiotherapie van hoofd en hals;
- voorgeschiedenis van tandheelkundige ziekte, slechte mondhygiëne, parodontitis, slecht passend kunstgebit, invasieve tandheelkundige ingrepen (bv. tandextractie).
Tijdens behandeling zijn goede mondhygiëne en routinematige tandheelkundige controle van belang. Laat de patiënt direct contact opnemen indien problemen met mond of gebit optreden, zoals loszittende tanden, pijn of zwelling, niet-genezende zweren of pusafscheiding. Bij vermoeden van ONK verwijzen naar een tandarts of mondchirurg met ervaring in ONK. Overweeg staken van de behandeling tot de aandoening verdwijnt en bijdragende risicofactoren zo veel mogelijk zijn verminderd.
Atypische femurfracturen bij een laagenergetisch trauma of die zich spontaan kunnen voordoen, zijn zelden gemeld. Bij optreden van pijn in de dij, lies of heup de patiënt onderzoeken op een onvolledige femurfractuur. Bij optreden van een proximale femurfractuur ook de contralaterale femur onderzoeken. Overweeg onderbreken van de behandeling.
Gebruik bij verminderde leverfunctie is niet onderzocht, maar de kinetiek van romosozumab wordt naar verwachting niet beïnvloed.
Overdosering
Neem voor informatie over een vergiftiging met calcitonine contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.
Overdosering
Neem voor informatie over een vergiftiging met romosozumab contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.
Eigenschappen
Synthetisch polypeptide hormoon, dat gelijk is aan calcitonine afkomstig van de zalm (zalmcalcitonine). Het remt de botafbraak door een direct effect op de osteoclasten. Vermindering van de botafbraak is aangetoond, op basis van vermindering van urinair hydroxyproline en deoxypyridinoline. Het calciumverlagend effect wordt veroorzaakt door een verminderde efflux van calcium uit het bot naar de extracellulaire vloeistof en door remming van de tubulaire terugresorptie van calcium. Bij de ziekte van Paget en bij acuut botverlies door plotseling optredend immobiel worden kan het de botombouw verminderen. 1 IE zalmcalcitonine = 0,167 microg zalmcalcitonine.
Kinetische gegevens
F | ca. 66% (i.m.), 71% (s.c.). |
T max | binnen 1 uur (i.m.), ca. 23 min (s.c.). |
Metabolisering | hoofdzakelijk en bijna volledig in de nieren tot inactieve metabolieten. De metabole klaring is veel lager bij terminaal nierfalen. |
Eliminatie | met de urine als inactieve metabolieten, slechts 0,1% in onveranderde vorm. |
T 1/2el | ca. 1 uur (i.m.), 1–1½ uur (s.c.). |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Eigenschappen
Romosozumab is een recombinant gehumaniseerd monoklonaal antilichaam (IgG2) dat sclerostine bindt en remt. Remming van sclerostine leidt tot de activering van cellen die het bot omringen, verhoging van de productie van botmatrix door osteoblasten, en de werving van botvoorlopercellen, met als gevolg toegenomen botvorming. Bovendien leidt remming van sclerostine tot veranderingen in de expressie van osteoclastmediatoren, waardoor de botafbraak afneemt. Samen resulteert dit dubbele effect van toenemende botvorming en afnemende botafbraak in een snelle toename van trabeculaire en corticale botmassa, en verbeteringen in botstructuur en -sterkte.
Kinetische gegevens
F | 81%. |
T max | ca. 5 dagen (2 tot 7 dagen). |
Metabolisering | naar verwachting door peptidasen tot kleine peptiden en aminozuren. |
T 1/2el | ca. 12,8 dagen. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Groepsinformatie
calcitonine hoort bij de groep calciumregulerende middelen, overige.
Groepsinformatie
romosozumab hoort bij de groep calciumregulerende middelen, overige.