Samenstelling
Carbaglu Recordati
- Toedieningsvorm
- Tablet, dispergeerbaar
- Sterkte
- 200 mg
Carglumaatzuur Diverse fabrikanten
- Toedieningsvorm
- Tablet, dispergeerbaar
- Sterkte
- 200 mg
Ucedane EuroCept bv
- Toedieningsvorm
- Tablet, dispergeerbaar
- Sterkte
- 200 mg
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Carneus Focus Care bv
- Toedieningsvorm
- Drank
- Sterkte
- 100 mg/ml
- Verpakkingsvorm
- 100 ml
Carnitene Alfasigma Nederland
- Toedieningsvorm
- Drank
- Sterkte
- 100 mg/ml
- Verpakkingsvorm
- 100 ml
- Toedieningsvorm
- Injectievloeistof
- Sterkte
- 200 mg/ml
- Verpakkingsvorm
- 5 ml
- Toedieningsvorm
- Tablet
- Sterkte
- 330 mg
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
Carglumaatzuur is een middel dat geïndiceerd is voor de zeldzame aandoening hyperammoniëmie als gevolg van de ziekte N-acetylglutamaatsynthetase-deficiëntie. In individuele gevallen is de toepassing waardevol gebleken.
Voor carglumaatzuur bij hyperammoniëmie ten gevolge van andere oorzaken, is over de plaats in de medicamenteuze behandeling geen advies vastgesteld.
Advies
Voor dit geneesmiddel is geen advies vastgesteld.
Indicaties
Behandeling van hyperammoniëmie ten gevolge van:
- primaire N-acetylglutamaatsynthase(NAGS)-deficiëntie;
- isovaleriaanacidemie;
- methylmalonacidemie;
- propionacidemie.
Indicaties
- Primaire (systemische) carnitinedeficiëntie.
- Carnitinedeficiëntie bij patiënten met een dialyse-gerelateerde carnitinestoornis (DGC).
Doseringen
De tabletten kunnen in 4 gelijke delen worden verdeeld.
Hyperammoniëmie ten gevolge van N-acetylglutamaatsynthase(NAGS)-deficiëntie
Kinderen
De behandeling mag vanaf de eerste levensdag worden begonnen. Aanvankelijk 100–250 mg/kg lichaamsgewicht per dag in 2-4 doses. Pas de dosering aan op basis van de plasma-ammoniakconcentratie. Het is niet altijd noodzakelijk tijdens de therapie de dosis te verhogen op basis van het lichaamsgewicht. De onderhoudsdosering varieert van 10–100 mg/kg in 2-4 doses.
Test de individuele gevoeligheid van carglumaatzuur alvorens een langdurige behandeling te beginnen. Bij een comateus kind is de startdosis 100–250 mg/kg/dag. Meet vóór elke toediening de plasma-ammoniakconcentratie; binnen enkele uren na toediening moet deze genormaliseerd zijn. Bij een patiënt met matige hyperammoniëmie, geef een testdosis van 100–200 mg/kg/dag gedurende 3 dagen met een constante inname van eiwitten en herhaaldelijke metingen van de plasma-ammoniakconcentratie (vóór en 1 uur na de maaltijd); pas de dosis aan om de ammoniakconcentraties normaal te houden.
Hyperammoniëmie ten gevolge van isovaleriaanacidemie, methylmalonacidemie of propionacidemie
Kinderen
Begindosering 100 mg/kg lichaamsgewicht per dag in 2–4 doses, zo nodig tot maximaal 250 mg/kg per dag in 2–4 doses. Pas de dosering daarna aan om normale ammoniakplasmaspiegels te handhaven.
Verminderde nierfunctie
- Bij een GFR 30–59 ml/min: begindosering 50 mg/kg/dag tot 125 mg/kg/dag. Onderhoudsdosering 5 mg/kg/dag tot 50 mg/kg/dag, individueel aanpassen om normale ammoniakplasmaspiegels te handhaven;
- Bij een GFR ≤ 29 ml/min: begindosering 15 mg/kg/dag tot 40 mg/kg/dag. Onderhoudsdosering 2 mg/kg/dag tot 20 mg/kg/dag, individueel aanpassen om normale ammoniakplasmaspiegels te handhaven.
Toediening
- Toedienen vóór de voeding of innemen voor de maaltijd;
- De tabletten in ten minste 5–10 ml water oplossen en onmiddellijk innemen of via een nasogastrische sonde inspuiten.
Doseringen
Indien mogelijk doseren op geleide van carnitinebloed-/weefselspiegels.
Primaire (systemische) carnitinedeficiëntie
Intraveneus toedienen alleen in acute situaties en als oraal toedienen niet mogelijk is.
Volwassenen en kinderen > 12 jaar
Oraal: 20–40 mg/kg lichaamsgewicht per dag in 2–3 doses. Zo nodig, bij geen verbetering in symptomen, gedurende korte tijd de dosering verhogen tot 15 g per dag.
Intraveneus (als langzame injectie gedurende 3 min): max. 10 mg/kg/dag.
Kinderen tot 12 jaar
Oraal: 50–100 mg/kg/dag in 2–3 doses.
Intraveneus (als langzame injectie gedurende 3 min): max. 20 mg/kg/dag.
Zuigelingen
Oraal: 100–150 mg/kg/dag in 2–3 doses.
Intraveneus (als langzame injectie gedurende 3 min): max. 30 mg/kg/dag.
Dialyse-gerelateerde carnitinestoornis
Volwassenen
Intraveneus (als langzame injectie via een verblijfscanule): 20 mg/kg lichaamsgewicht na beëindiging van elke hemodialyse. Evalueer elke 3 maanden het effect. Staak de behandeling indien binnen 9-12 maanden geen klinische verbetering optreedt.
Bij ouderen is geen dosisaanpassing nodig.
Verminderde nierfunctie: bij een creatinineklaring < 10 ml/min doseren op geleide van de plasmaconcentratie. Langdurig toedienen van hoge orale doses bij dialysepatiënten ontraden, vanwege accumulatie van bepaalde metabolieten; i.v. toedienen is wel mogelijk.
Bijwerkingen
Bij N-acetylglutamaatsynthase(NAGS)-deficiëntie
Vaak (1-10%): toegenomen transpiratie.
Soms (0,1-1%): stijging transaminasenwaarden.
Verder is gemeld: huiduitslag.
Bij isovaleriaanacidemie, methylmalonacidemie en propionacidemie
Soms (0,1-1%): bradycardie. Braken, diarree. Koorts.
Verder is gemeld: huiduitslag.
Bijwerkingen
Vaak (1-10%): misselijkheid, braken, buikpijn. Diarree, vooral bij hoge doses.
Soms (0,1-1%): hoofdpijn. Hypertensie, hypotensie. Dysgeusie, dyspepsie, droge mond. Afwijkende huidgeur. Spierspasmen, gespannen spier. Borstkaspijn, koorts, reactie op de injectieplaats.
Zeer zelden (< 0,01%): verhoogde INR.
Verder zijn gemeld: duizeligheid, convulsies, toename van frequentie en/of ernst van aanvallen bij een historie van epilepsie. Palpitaties. Dyspneu. Jeuk, huiduitslag.
Interacties
Er is geen onderzoek naar interacties uitgevoerd.
Interacties
Bij gelijktijdige behandeling met vitamine K-antagonisten zijn er meldingen van een verhoogde INR; controleer wekelijks de INR, en indien deze stabiel is maandelijks.
De beschikbaarheid van L-carnitine kan afnemen bij gelijktijdig gebruik van middelen die hypocarnitinemie kunnen veroorzaken als gevolg van verhoogd renaal verlies van carnitine, zoals valproïnezuur, zidovudine, cefalosporinen, carboplatine, cisplatine en ifosfamide.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren geen aanwijzingen voor schadelijkheid.
Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren geen aanwijzingen voor schadelijkheid.
Advies: Gebruik ontraden.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend. Ja, bij dieren. Bij ratten is bij supratherapeutische doses enige invloed op het lichaamsgewicht van de zogende dieren gezien.
Advies: Het geven van borstvoeding is gecontra-indiceerd.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend, maar levocarnitine is een fysiologisch bestanddeel van moedermelk.
Advies: Een mogelijk nadeel van een teveel aan levocarnitine bij het kind afwegen tegen de voordelen van toediening aan de moeder.
Contra-indicaties
Zie de rubriek Lactatie.
Contra-indicaties
Er zijn van dit middel geen contra-indicaties bekend.
Waarschuwingen en voorzorgen
Houd de plasmaspiegels van ammoniak en aminozuren binnen de normaalwaarden.
Controleer regelmatig lever-, nier-, en hartfunctie en hematologische parameters, omdat er weinig veiligheidsgegevens zijn.
In geval van lage eiwittolerantie kan eiwitarme voeding en suppletie van arginine nodig zijn.
Waarschuwingen en voorzorgen
Bij verminderde nierfunctie de dosering aanpassen op geleide van de plasmaspiegel.
Toediening aan diabetespatiënten die met bloedglucoseverlagende middelen worden behandeld, kan leiden tot hypoglykemie. Controleer regelmatig de bloedglucosespiegel.
Bij dialyse-patiënten wordt chronische toediening van hoge orale doses ontraden, omdat accumulatie van bepaalde metabolieten (zoals trimethylamine en trimethylamine-N-oxide) kan plaatsvinden. Hierdoor neemt de hoeveelheid stikstofhoudende afvalproducten die door dialyse wordt verwijderd, toe. Verhoogde spiegels van trimethylamine hangen samen met neurofysiologische effecten. Ook kan een visachtige lichaamsgeur ontstaan.
Hulpstoffen: natriumbenzoaat, in de drank, kan geelzucht bij pasgeborenen (< 4 weken) verergeren.
Overdosering
Symptomen
Sympathicomimetische reactie (tachycardie, hyperhidrose, verhoogde bronchiale secretie, verhoogde lichaamstemperatuur en rusteloosheid).
Neem voor meer informatie over een vergiftiging met carglumaatzuur contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.
Overdosering
Neem voor informatie over een vergiftiging met L-carnitine contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.
Eigenschappen
Carglumaatzuur is een analogon van N-acetylglutamaat, de natuurlijke activator van carbamoylfosfaatsynthetase (eerste enzym van de ureumcyclus). Verstoring van de ureumcyclus geeft geen acidose, ketose of hypoglykemie, maar manifesteert zich als een direct toxisch effect van ammoniak op het centrale zenuwstelsel. Carglumaatzuur bewerkstelligt een daling van de ammoniakconcentratie in bloed en een stijging van het ureumgehalte in bloed en urine. Een normalisatie van de plasma-ammoniakconcentratie wordt gewoonlijk binnen 24 uur bereikt, waardoor het risico van neurologische complicaties afneemt. Indien toediening plaatsvindt vóórdat permanente hersenschade is opgetreden, heeft het kind een normale groei en psychomotorische ontwikkeling.
Kinetische gegevens
Resorptie | ca. 30%. |
T max | ca. 3 uur. |
V d | ca. 40 l/kg. |
Metabolisering | gedeeltelijk, tot onder andere glutaminezuur. Het eindproduct van het metabolisme is CO2. |
Eliminatie | 9% onveranderd in de urine en maximaal 60% in de feces. Een gedeelte als CO2 via de longen. |
T 1/2el | max. 28 uur. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Eigenschappen
Lichaamseigen stof, L-aminozuurderivaat, voornamelijk gevormd door endogene synthese uit lysine en methionine in de lever en de nier, maar kan ook worden verkregen uit de voeding. Speelt een rol in het metabolisme van lipiden, ketonlichamen en vertakte-keten-aminozuren. Levocarnitine is noodzakelijk voor het transport van lange-ketenvetzuren over het binnenmembraan van de mitochondria naar de mitochondriale matrix, waar de β-oxidatie plaatsvindt met als resultaat productie van ATP.
Kinetische gegevens
Resorptie | relatief langzaam in dunne darm. |
F | Na oraal gebruik zeer gering (< 10%) en zeer variabel. |
Metabolisering | Na orale toediening wordt L-carnitine dat niet is opgenomen in de bloedbaan, omgezet in het maag-darmkanaal door bacteriële microflora. Belangrijke metabolieten zijn trimethylamine-N-oxide and γ-butyrobetaine. |
Eliminatie | voornamelijk met de urine. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Groepsinformatie
carglumaatzuur hoort bij de groep middelen bij metabole aandoeningen, aminozuren.
Groepsinformatie
L-carnitine hoort bij de groep middelen bij metabole aandoeningen, aminozuren.