Samenstelling
Fucidin Leo Pharma bv
- Toedieningsvorm
- Crème
- Sterkte
- 20 mg/g
- Verpakkingsvorm
- 30 g
Fucidin (Na-zout) Leo Pharma bv
- Toedieningsvorm
- Zalf
- Sterkte
- 20 mg/g
- Verpakkingsvorm
- 15 g, 30 g
Fusidinezuur Diverse fabrikanten
- Toedieningsvorm
- Crème
- Sterkte
- 20 mg/g
- Verpakkingsvorm
- 30 g
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Bactroban zalf GlaxoSmithKline bv
- Toedieningsvorm
- Zalf, hydrofiel (2%)
- Sterkte
- 20 mg/g
- Verpakkingsvorm
- 15 g
Mupirocine zalf Diverse fabrikanten
- Toedieningsvorm
- Zalf, hydrofiel (2%)
- Sterkte
- 20 mg/g
- Verpakkingsvorm
- 15 g
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
Probeer met hygiënische maatregelen uitbreiding van bacteriële huidinfecties of besmetting van anderen tegen te gaan. Behandel oppervlakkige bacteriële huidinfecties met een lokaal antimicrobieel middel. Bij impetigo en impetiginisatie heeft fusidinezuur de voorkeur. Bij diepe huidinfecties zijn meestal orale antibiotica geïndiceerd of is operatief ingrijpen noodzakelijk. Bij orale antimicrobiële behandeling heeft een smalspectrum-penicilline de voorkeur. Macroliden en clindamycine zijn alternatieven wanneer bijvoorbeeld penicillinen niet worden verdragen. Bij bijtwonden heeft een breedspectrum-penicilline de voorkeur.
Offlabel: Bij secundair geïnfecteerd eczeem kan bij lokaal beperkte impetiginisatie de behandeling met dermatocorticosteroïden worden geïntensiveerd; zo nodig na een week lokaal fusidinezuur toevoegen gedurende een week. Zie voor meer informatie de NHG-Standaard Eczeem (2014).
Advies
Probeer met hygiënische maatregelen uitbreiding van bacteriële huidinfecties of besmetting van anderen tegen te gaan. Behandel oppervlakkige bacteriële huidinfecties met een lokaal antimicrobieel middel. Bij impetigo en impetiginisatie heeft fusidinezuur de voorkeur. Bij diepe huidinfecties zijn meestal orale antibiotica geïndiceerd of is operatief ingrijpen noodzakelijk. Bij orale antimicrobiële behandeling heeft een smalspectrumpenicilline de voorkeur. Macroliden en clindamycine zijn alternatieven wanneer bijvoorbeeld penicillinen niet worden verdragen. Bij bijtwonden heeft een breedspectrumpenicilline de voorkeur.
Mupirocine is gereserveerd voor de bestrijding van MRSA. Kan ingezet worden als lokale behandeling indien sprake is van resistentie tegen fusidinezuur.
Indicaties
-
Niet-ernstige oppervlakkige en niet-uitgebreide primaire huidinfecties veroorzaakt door micro-organismen die gevoelig zijn voor fusidinezuur, met name infecties veroorzaakt door stafylokokken, zoals:
- impetigo contagiosa;
- oppervlakkige folliculitis;
- sycosis barbae;
- paronychia;
- erythrasma.
-
Offlabel: Secundair lokaal beperkt geïmpetiginiseerd eczeem.
Gerelateerde informatie
Indicaties
Bacteriële huidinfecties veroorzaakt door Gram-positieve micro-organismen (vooral stafylokokken en streptokokken):
- acute primaire huidinfecties;
- secundaire geïnfecteerde dermatosen;
- geïnfecteerde traumatische beschadigingen.
Gerelateerde informatie
Doseringen
Oppervlakkige primaire huidinfecties, met name veroorzaakt door stafylokokken
Volwassenen en kinderen
Crème of zalf: na reiniging van huidlaesies en hun directe omgeving 3×/dag een dunne laag op de aangedane huid aanbrengen. Wordt de laesie afgedekt, dan kan minder frequent aanbrengen voldoende zijn. Volgens de NHG-Standaard Bacteriële huidinfecties bij erythrasma en impetigo: 3×/dag gedurende maximaal 2 weken.
Offlabel: Secundair lokaal beperkt geïmpetiginiseerd eczeem
Volwassenen en kinderen
Volgens de NHG-Standaard Eczeem: 3×/dag gedurende een week in combinatie met lokale corticosteroïden en een indifferent middel.
Toediening: Bij aanbrengen contact met ogen en slijmvliezen vermijden.
Doseringen
Mupirocine hydrofiele zalf is niet geschikt voor toepassing in de neus; voor toepassing in de neus zie mupirocine (eliminatie stafylokokken in de neus).
Bacteriële huidinfecties
Volwassenen (incl. ouderen) en kinderen
2–3×/dag een dunne laag op de aangedane huid aanbrengen; eventueel afdekken met een steriel verband. De therapieduur bedraagt maximaal 10 dagen. Indien binnen 7 dagen geen klinische verbetering is opgetreden, de patiënt opnieuw onderzoeken.
Verminderde nierfunctie: Wees voorzichtig met toepassing op grote delen beschadigde huid bij een matige of ernstige nierfunctiestoornis; zie de rubriek Waarschuwingen en voorzorgen.
Verminderde leverfunctie: geen dosisaanpassing nodig.
Toediening: Contact met ogen en slijmvliezen vermijden. Indien contact met de ogen optreedt, het oog grondig spoelen met water.
Bijwerkingen
Lokaal
Soms (0,1-1%): huidklachten (jeuk, branden, irritatie, pijn), roodheid, huiduitslag (erythemateuze, pustuleuze en (maculo)papuleuze reacties), (contact)eczeem.
Zelden (0,01-0,1%): blaasjes. Conjunctivitis.
Systemisch
Zelden (0,01-0,1%): overgevoeligheidsreacties, angio-oedeem, urticaria.
Verder is gemeld: periorbitaal oedeem, gegeneraliseerde huiduitslag.
Bijwerkingen
Vaak (1-10%): brandend gevoel.
Soms (0,1-1%): overige huidklachten (jeuk, irritatie, roodheid, droogheid), overgevoeligheid, sensibilisatie voor mupirocine of de zalfbasis (macrogol).
Zeer zelden (< 0,01%): allergische reacties zoals anafylaxie, angio-oedeem, urticaria, gegeneraliseerde huiduitslag.
Interacties
Er zijn van dit middel geen interacties bekend.
Interacties
Zalf niet tegelijkertijd met andere lokale preparaten gebruiken of mengen omdat door verdunning de antibacteriële werkzaamheid of stabiliteit kan verminderen.
Zwangerschap
Systemisch toegediend fusidinezuur passeert de placenta.
Teratogenese: Zowel bij de mens als bij dieren geen aanwijzingen voor schadelijkheid bij lokaal gebruik.
Advies: Kan worden gebruikt.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren bij hoge systemische doseringen geen aanwijzingen voor schadelijkheid.
Farmacologisch effect: De absorptie van mupirocine bij lokaal gebruik is minimaal (zie ook de rubriek Kinetische gegevens). Bij eventuele absorptie door de beschadigde huid wordt mupirocine snel omgezet in een onwerkzame metaboliet.
Advies: Kan worden gebruikt op kleine, onbeschadigde huidoppervlakken. Wees voorzichtig bij grote, beschadigde huidoppervlakken.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Systemisch toegediend is fusidinezuur detecteerbaar in moedermelk.
Farmacologisch effect: Het is onwaarschijnlijk dat bij lokale toediening op niet al te grote huidoppervlakken bij de moeder werkzame hoeveelheden de zuigeling bereiken.
Advies: Kan worden gebruikt.
Overig: Fusidinezuur niet toepassen op de borsten.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend.
Farmacologisch effect: De absorptie van mupirocine bij lokaal gebruik is minimaal (zie ook de rubriek Kinetische gegevens). Bij eventuele absorptie door de beschadigde huid wordt mupirocine snel omgezet in een onwerkzame metaboliet. Het is daarom onwaarschijnlijk dat bij gebruik op kleine huidoppervlakken de zuigeling klinisch relevante hoeveelheden met de moedermelk binnenkrijgt.
Advies: Kan worden gebruikt op kleine, onbeschadigde huidoppervlakken. Weeg het risico van het gebruik op grote, beschadigde oppervlakken in combinatie met het geven van borstvoeding af.
Overig: Zalf niet op de borsten toepassen. Bij behandeling van tepelkloven, de melk van de te behandelen borst tot het eind van de behandeling afkolven en weggooien.
Contra-indicaties
Er zijn van dit middel geen contra-indicaties bekend.
Waarschuwingen en voorzorgen
Overgroei van niet-gevoelige micro-organismen, incl. schimmels, is mogelijk; in dat geval de toediening staken.
Langdurig of herhaald gebruik vermeerdert de kans op contactsensibilisatie en resistentie-ontwikkeling.
Waarschuwingen en voorzorgen
Bij het optreden van ernstige lokale huidirritatie of bij overgevoeligheidsreacties, de behandeling staken en restanten van de huidzalf verwijderen.
Maximale behandelduur niet overschrijden; overgroei van niet-gevoelige micro-organismen, incl. schimmels, is mogelijk.
Hulpstoffen: De zalfbasis bestaat uit polyethyleenglycol, dat door een beschadigde huid wordt geresorbeerd en via de nieren wordt uitgescheiden. Wees voorzichtig bij toepassing op grote delen beschadigde huid, vooral bij een al bestaande matige of ernstige nierfunctiestoornis.
Eigenschappen
Fusidinezuur is een antimicrobieel middel. Blokkeert de verlengingsfactor G. Deze factor kan vervolgens niet meer binden aan de ribosomen en GTP, waardoor geen energie meer geleverd kan worden die noodzakelijk is voor de synthese van de bacteriële celwand. Het werkingsspectrum is smal. Algemeen gevoelig zijn: Staphylococcus aureus en Staphylococcus epidermis (incl. meticilline resistente en β-lactamase producerende stammen), Corynebacterium minutissimum, Clostridium spp., Peptococcus spp., Peptostreptococcus spp. Neisseria spp. en Bacteroides fragilis. Ongevoelig zijn: Streptococcus pyogenes, Streptococcus pneumoniae, Streptococcus viridans, meeste gram–negatieve bacillen waaronder Haemophilus influenza, Enterobacteriaceae, Pseudomonas spp., Escherichia coli en Klebsiella pneumoniae.
Kinetische gegevens
Resorptie | door de intacte huid gering. |
Eliminatie | vnl. met de gal. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Eigenschappen
Mupirocine is afhankelijk van de lokaal bereikte concentratie een bacteriostatisch of bactericide middel. Remt de bacteriële eiwitsynthese door een reversibele en specifieke binding aan bacterieel iso–leucyl–transfer–RNA synthetase. Het werkingsspectrum is smal en omvat met name Gram-positieve bacteriën.
Doorgaans gevoelig zijn: Staphylococcus spp. (incl. meticilline-resistente Staphylococcus aureus ) en Streptococcus spp. Mupirocine is niet werkzaam tegen Gram-negatieve bacteriën, met uitzondering van Haemophilus influenzae en Neisseria gonorrhoeae.
Een verworven resistentie kan een probleem zijn bij: coagulase negatieve Staphylococcus spp.
Ongevoelig zijn: Corynebacterium spp. en Micrococcus spp.
Kinetische gegevens
Resorptie | systemisch niet detecteerbaar na toepassing op intacte huid gevolgd door occlusie. Absorptie door beschadigde huid is < 1%. |
Metabolisering | wordt na eventuele absorptie in het lichaam snel omgezet in inactief monaanzuur. |
Eliminatie | snel met de urine. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Groepsinformatie
fusidinezuur (cutaan) hoort bij de groep antibacteriële middelen, cutaan.
Groepsinformatie
mupirocine (bij huidinfectie) hoort bij de groep antibacteriële middelen, cutaan.