Samenstelling
Elvanse
(dimesilaat)
Bijlage 2
Takeda Nederland bv
- Toedieningsvorm
- Capsule, hard
- Sterkte
- 20 mg, 30 mg, 40 mg, 50 mg, 60 mg, 70 mg
Lisdexamfetamine 10 mg komt overeen met dexamfetamine(sulfaat) ca. 4 mg.
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
De behandeling van ADHD bij kinderen bestaat uit niet-medicamenteuze maatregelen zoals voorlichting, opvoedingsadviezen en, indien gewenst, opvoedingsondersteuning. Bij duidelijke beperkingen in het functioneren is daarnaast gedragstherapeutische behandeling aangewezen. Als niet-medicamenteuze behandeling onvoldoende verbetering oplevert kan ter ondersteuning medicatie worden overwogen. Methylfenidaat is dan eerste keus. Bij onvoldoende effect of hinderlijke bijwerkingen komt atomoxetine of dexamfetamine in aanmerking.
Zie voor informatie over de behandeling van ADHD bij volwassenen de NVvP-richtlijn.
Aan de vergoeding van lisdexamfetamine zijn voorwaarden verbonden, zie Regeling zorgverzekering, bijlage 2.
Indicaties
- ADHD bij kinderen vanaf 6 jaar, als de respons op eerdere behandeling met methylfenidaat klinisch ontoereikend bleek.
- ADHD bij volwassenen met symptomen in de kindertijd.
De behandeling is onderdeel van een uitgebreid programma, met inbegrip van psychologische, opvoedkundige en sociale maatregelen.
Stel de diagnose overeenkomstig de DSM-criteria of ICD-10-richtlijnen en baseer deze op een volledige, multidisciplinaire beoordeling van de patiënt. De behandeling met lisdexamfetamine is niet geïndiceerd voor alle kinderen met ADHD; neem de beslissing om lisdexamfetamine te gebruiken op basis van een grondige beoordeling van de ernst en de chroniciteit van de symptomen van het kind, in relatie met de leeftijd van het kind en de kans op misbruik, onjuist gebruik of fraude.
De aanwezigheid van symptomen van ADHD in de kindertijd bij volwassenen moet retrospectief worden bevestigd middels een medisch dossier of, indien niet beschikbaar, door middel van gestructureerde instrumenten en interviews. Een matige tot ernstige functionele stoornis in ten minste twee domeinen (zoals het sociale, academische of beroepsfunctioneren) moet zijn vastgesteld,
Behandel uitsluitend onder toezicht van een arts gespecialiseerd in gedragsstoornissen bij kinderen, adolescenten of volwassenen.
Gerelateerde informatie
Doseringen
Beoordeel vóór aanvang de cardiovasculaire status, inclusief bloeddruk en hartfrequentie. Documenteer: lengte en gewicht in groeicurve (bij kinderen), gewicht (bij volwassenen), medicatieoverzicht, huidige en doorgemaakte comorbide medische of psychische stoornissen of symptomen, familiegeschiedenis van plotseling cardiaal/onverklaard overlijden of ventriculaire aritmie. Zie ook de rubriek Waarschuwingenen en voorzorgen voor meer informatie en extra tussentijdse controles.
ADHD
Kinderen ≥ 6 jaar en volwassenen
Startdosering: 30 mg 1×/dag 's ochtends, eventueel 20 mg 1×/dag 's ochtends. Indien nodig kan wekelijks worden opgehoogd in stappen van 10 of 20 mg. Max. 70 mg/dag; hogere doses zijn niet onderzocht. Staak de behandeling als de symptomen binnen een maand na een geschikte dosisaanpassing niet verbeterd zijn. Verlaag de dosis of staak de behandeling bij paradoxale verergering van de symptomen of onverdraaglijke bijwerkingen. Herbeoordeel de effectiviteit bij langdurig gebruik ten minste elk jaar en overweeg proefperioden zonder medicatie, bij voorkeur tijdens een periode buiten school of werk.
Verminderde nierfunctie: Bij ernstige nierfunctiestoornis (creatinineklaring < 30 ml/min) max. 50 mg/dag gebruiken. De klaring van dexamfetamine was in onderzoek van ca. 0,7 l/uur/kg bij normale populatie verminderd naar ca. 0,4 l/uur/kg bij ernstige nierfunctiestoornis. Verdere dosisverlaging overwegen bij dialysepatiënten.
Verminderde leverfunctie: Er is geen onderzoek uitgevoerd bij leverinsufficiëntie.
Bij ouderen is de klaring verminderd, in onderzoek van ca. 0,7 l/uur/kg bij leeftijd < 75 jaar verlaagd naar ca. 0,55 l/uur/kg bij leeftijd ≥ 75 jaar, waardoor dosisaanpassing nodig kan zijn.
Vergeten dosis: Als een dosis wordt vergeten, kan inname de volgende dag worden hervat. Vermijd inname in de namiddag of avond, aangezien dit een slaapstoornis kan veroorzaken.
Toediening: Capsules 's ochtends innemen met of zonder voedsel. De inhoud van de capsule kan worden geroerd door zachte voeding (zoals yoghurt) of vloeistof (water of sinaasappelsap) tot deze volledig is vermengd; daarna direct innemen. De inhoud van de capsule mag niet worden bewaard of verdeeld. Na vermenging kan er in het glas of kommetje een dun laagje achterblijven na inname, maar de werkzame stof is volledig opgelost.
Bijwerkingen
Zeer vaak (≥ 10%): verminderde eetlust, groeivertraging en verlaagd gewicht (vooral bij kinderen). Slapeloosheid. Hoofdpijn. Droge mond (vooral bij volwassenen). Bovenbuikpijn (vooral bij jongere kinderen).
Vaak (1-10%): agitatie (vooral bij volwassenen), agressie (vooral bij jonge kinderen), prikkelbaarheid, nervositeit, angst, verminderd libido (bij volwassenen), depressie (vooral bij adolescenten), ticstoornis (vooral bij jonge kinderen), affectlabiliteit, psychomotorische hyperreactiviteit (vooral bij volwassenen), bruxisme (vooral bij volwassenen). Duizeligheid, rusteloosheid, tremor, slaperigheid. Tachycardie, hartkloppingen. Dyspneu. Diarree, obstipatie. Misselijkheid, braken (vooral bij kinderen). Hyperhidrose (vooral bij volwassenen), huiduitslag (vooral bij jongere kinderen). Erectiele disfunctie (vooral bij volwassenen). Borstkaspijn (vooral bij volwassenen). Vermoeidheid. Koorts (vooral bij kinderen). Hypertensie (vooral bij volwassenen).
Soms (0,1-1%): overgevoeligheid. Logorroe (spraakzucht), dysforie, euforie, manie, dermatillomanie, hallucinaties. Epistaxis. Dyskinesie, dysgeusie. Mydriase, wazig zien. Cardiomyopathie. Urticaria. Fenomeen van Raynaud.
Verder zijn gemeld: anafylactische reactie, angio-oedeem, Stevens-Johnson-syndroom. QTc-verlenging. Psychose. Insult. Eosinofiele hepatitis.
Interacties
Toediening met, of binnen 14 dagen na het gebruik van MAO-remmers is gecontra-indiceerd; het verhoogt de afgifte van mono-aminen zoals noradrenaline en kan leiden tot een hypertensieve crisis, toxische neurologische effecten en maligne hyperpyrexie (soms met fatale afloop).
Alcohol kan de centrale bijwerkingen verergeren.
Urineverzurende middelen (zoals ascorbinezuur, ammoniumchloride) evenals voeding rijk aan dierlijke eiwitten, verhogen de uitscheiding via de urine en verlagen de halfwaardetijd. Urinealkaliserende middelen (zoals acetazolamide, natriumwaterstofcarbonaat) evenals een vegetarische voeding verlagen de uitscheiding via de urine en verhogen de halfwaardetijd van amfetamine.
Dexamfetamine kan het antihypertensieve effect van antihypertensiva verminderen.
Amfetaminen versterken de analgetische effecten van narcotische analgetica.
Sympathicomimetica kunnen het bloeddrukverhogend effect van amfetaminen potentiëren.
Haloperidol blokkeert dopaminereceptoren en remt zo de centraal stimulerende effecten van amfetaminen. Acute dystonie is waargenomen bij gelijktijdige toediening. Chloorpromazine blokkeert dopamine- en norepinefrinereceptoren en remt zo de centraal stimulerende effecten van amfetaminen. Lithium remt de anorectische en stimulerende effecten van amfetaminen.
Bij gelijktijdig gebruik met SSRI's en SNRI's kan in zeldzame gevallen het serotoninesyndroom optreden.
Amfetaminen kunnen een significante verhoging van de plasmaconcentratie van corticosteroïden geven (vooral 's avonds) en kunnen interfereren met steroïdbepalingen in de urine.
Zwangerschap
Dexamfetamine (de actieve metaboliet van lisdexamfetamine) passeert de placenta.
Teratogenese: Uit cohortonderzoek onder 5570 zwangerschappen met gebruik tijdens het 1e trimester van de zwangerschap is geen vergroot risico op aangeboren afwijkingen gebleken. Bij dieren zijn er aanwijzingen voor verminderde groei.
Farmacologisch effect:Gegevens uit een ander cohortonderzoek onder ca. 3100 zwangerschappen met amfetaminegebruik gedurende de eerste 20 weken van de zwangerschap, suggereren een verhoogd risico op pre-eclampsie en vroeggeboorte.
Advies: Gebruik ontraden.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Ja.
Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel of het geven van borstvoeding ontraden. Controleer de zuigeling bij gelijktijdig gebruik op rusteloosheid, slapeloosheid, verminderde eetlust en een verminderde groei.
Contra-indicaties
- hyperthyroïdie, thyrotoxicose;
- geagiteerde gemoedstoestanden;
- symptomatische cardiovasculaire ziekte;
- gevorderde arteriosclerose;
- matige tot ernstige hypertensie;
- glaucoom.
Zie voor meer contra-indicaties de rubriek Interacties.
Waarschuwingen en voorzorgen
Misbruik: Verstrek de laagst mogelijke hoeveelheid lisdexamfetamine om overdosering te beperken. Controleer op oneigenlijk gebruik, verkeerd gebruik of misbruik. Adviseer zorgverleners en/of patiënten over de juiste opslag en afvoer van ongebruikte geneesmiddelen, om misbruik (door vrienden of familieleden) te voorkomen. Wees terughoudend bij een voorgeschiedenis van drugsgebruik en verslaving. Het risico op misbruik kan groter zijn bij volwassenen (vooral jongvolwassenen) dan bij kinderen. Amfetaminemisbruik kan leiden tot ernstige dermatosen, slapeloosheid, prikkelbaarheid, hyperactiviteit, veranderde persoonlijkheid en in ernstige gevallen tot psychose. Er is melding gemaakt van ontwenningsverschijnselen als vermoeidheid en depressie.
Lengte en gewicht: Bepaal bij kinderen vóór aanvang en daarna ten minste elke 6 maanden lengte, gewicht en eetlust. Onderbreek eventueel de behandeling als de groei in lengte en gewicht minder dan verwacht is. Bepaal bij volwassenen vóór aanvang en daarna regelmatig het gewicht. Bij gewichtsverlies kan het nodig zijn de behandeling te onderbreken.
Cardiovasculaire effecten: Plotse dood is gemeld. Kan bij sommige patiënten het QTc-interval verlengen. Beoordeel vóór aanvang de cardiovasculaire status, inclusief bloeddruk en hartfrequentie. Wees voorzichtig bij een familiegeschiedenis van plotseling cardiaal/onverklaard overlijden of ventriculaire aritmie. Wees voorzichtig bij een verlengd QTc-interval, gebruik van andere geneesmiddelen die het QTc-interval verlengen en bij relevante hartaandoening of verstoorde elektrolytenhuishouding. Verricht indien nodig aanvullend cardiaal onderzoek (bv. ECG of echo). Wees voorzichtig bij onderliggende medische aandoeningen waarbij een stijging van bloeddruk of hartfrequentie gevaar kan opleveren. Noteer ten minste elke 6 maanden en bij elke dosisaanpassing de bloeddruk en pols op een percentielcurve. Bij optreden van cardiale symptomen tijdens behandeling, direct cardiaal onderzoek verrichten. Omdat de prevalentie van hypertensie toeneemt bij toenemende leeftijd, is voortdurende controle van de bloeddruk en cardiovasculaire status vereist tijdens de behandeling.
Psychiatrische effecten: Stimulantia kunnen symptomen van gedrags- of gedachtenstoornissen verergeren bij patiënten met reeds bestaande psychotische stoornissen. Symptomen van een vooraf bestaande manie kunnen verergeren. Ook kunnen psychotische of manische symptomen ontstaan bij patiënten zonder voorgeschiedenis. Bepaal (middels gedetailleerde psychiatrische voorgeschiedenis) bij depressieve symptomen vóór aanvang het risico op een bipolaire stoornis. Overweeg de behandeling te staken bij nieuw ontstane psychotische of manische symptomen. Controleer tijdens de behandeling ten minste elke 6 maanden en bij elke dosisaanpassing op het ontstaan of verergeren van symptomen van agressie en andere psychische stoornissen. Beoordeel vóór aanvang het vóórkomen van tics en het Gilles de la Tourettesyndroom bij patiënten en hun familie.
Insulten: Staak de behandeling bij het ontstaan of verergeren van insulten; stimulantia kunnen de convulsiedrempel verlagen, ook zonder voorgeschiedenis en EEG-afwijkingen.
Onderzoeksgegevens: Niet gebruiken bij kinderen < 6 jaar, omdat de veiligheid en werkzaamheid niet zijn vastgesteld. Bij ouderen is grondige evaluatie vóór de behandeling en voortdurende controle van bloeddruk en cardiovasculaire status vereist, vanwege beperkte gegevens.
Rijvaardigheid: Het gebruik kan leiden tot verminderd reactie- en concentratievermogen. Vele dagelijkse bezigheden (bv. autorijden) kunnen daarvan hinder ondervinden.
Overdosering
Symptomen
Acute overdosering: misselijkheid, braken, diarree, buikkramp, rusteloosheid, tremor, verwardheid, agressie, hallucinaties, paniek, hyperreflexie, snelle ademhaling, hyperpyrexie, aritmie, hypertensie of hypotensie, circulaire collaps, rabdomyolyse. Gevolgd door vermoeidheid en depressie. In ernstige gevallen: convulsies, coma, dood.
Therapie
Zie voor meer symptomen en behandeling van een intoxicatie met lisdexamfetamine toxicologie.org/amfetaminen en vergiftigingen.info (dexamfetamine).
Eigenschappen
Inactieve prodrug van dexamfetamine. Na hydrolyse tot dexamfetamine heeft het middel een stimulerende werking op het centrale zenuwstelsel. De werking is waarschijnlijk toe te schrijven aan het vermogen om de presynaptische heropname van noradrenaline en dopamine te blokkeren en de afgifte van deze monoaminen in de synapsspleet te verhogen. De werking houdt tot ca. 14 uur aan.
Kinetische gegevens
Resorptie | snel, vermoedelijk gemedieerd door het PEPT1-transporteiwit. |
T max | lisdexamfetamine nuchter ca. 1 uur, dexamfetamine nuchter ca. 3,8 uur en na een vetrijke maaltijd 4,7 uur. |
Metabolisering | hydrolyse door erytrocyten in dexamfetamine en l-lysine. Dexamfetamine wordt verder gemetaboliseerd in de lever, door oxidatie op positie 4 van de benzeenring tot 4-hydroxyamfetamine, of op de zijketen van α- of β-koolstof tot respectievelijk alfahydroxyamfetamine of norefedrine. Norefedrine en 4-hydroxyamfetamine zijn allebei actief en worden vervolgens geoxideerd tot 4-hydroxynorefedrine. Alfahydroxyamfetamine wordt gedesamineerd tot fenylaceton, dat ten slotte benzoëzuur vormt en het glucuronide ervan, alsook het glycineconjugaat hippuurzuur. CYP2D6 is betrokken bij de vorming van 4-hydroxyamfetamine. |
Eliminatie | 96% via urine. |
T 1/2el | < 1 uur (lisdexamfetamine), 11 uur (dexamfetamine). |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Groepsinformatie
lisdexamfetamine hoort bij de groep amfetaminen.