Geneesmiddelenoverzicht 5HT3-antagonisten

Deze hoofdrubriek bevat 2 rubrieken:

5HT3-antagonisten

Werking

Werkingsmechanisme

Het werkingsmechanisme van 5HT3 (serotonine)-antagonisten is niet volledig bekend.

5HT3-antagonisten:

  • blokkeren 5HT3-receptoren in het maag-darmkanaal en het centrale en perifere zenuwstelsel (vagale vezels, chemoreceptortriggerzone, braakcentrum).

Effect

  • onderdrukking van de braakreflex.

Typerende bijwerkingen

Relatief frequent:

  • hoofdpijn;
  • obstipatie;
  • verhoging leverfunctiewaarden.

Minder frequent:

  • verlengd QT-interval.

Toepasbaarheid

Ouderen

In de productinformatie van de fabrikant:

  • van granisetron, ondansetron orale formuleringen en zetpil, netupitant/palonosetron staat dat bij ouderen geen dosisaanpassing nodig is.
  • van netupitant/palonosetron staat voorzichtig te zijn bij ouderen > 75 jaar, vanwege de lange halfwaardetijd van de werkzame stoffen en de beperkte ervaring bij deze patiëntengroep.
  • van ondansetron staat specifieke doseringsinformatie voor de injectievloeistof bij ouderen > 75 jaar. Zie de geneesmiddelteksten.

Nierfunctiestoornis

5HT3-antagonisten zijn bij een lichte tot ernstig verminderde nierfunctie te gebruiken; géén van de middelen behoeft een dosisaanpassing. Vermijd echter het gebruik van netupitant/palonosetron bij patiënten met terminale nierziekte die hemodialyse ondergaan; over het gebruik bij deze patiënten zijn geen gegevens. Zie de geneesmiddeltekst.

Leverfunctiestoornis

De productinformatie:

  • van granisetron geeft aan dat er geen dosisaanpassing nodig is bij een verminderde leverfunctie.
  • van netupitant/palonosetron geeft aan dat er een dosisaanpassing nodig is bij een licht of matig verminderde leverfunctie (Child-Pughscore 5-8). Over het gebruik bij een ernstig verminderde leverfunctie (Child Pugh-score ≥ 9) zijn weinig gegevens. Volgens de productinformatie is voorzichtigheid aangewezen, omdat een ernstig verminderde leverfunctie kan leiden tot een verhoogde blootstelling aan netupitant (geen 5HT3-antagonist).
  • van ondansetron geeft aan dat de totale dagdosering bij een matig of ernstig verminderde leverfunctie niet hoger mag zijn dan 8 mg (oraal of intraveneus); bij deze patiënten is de leverklaring significant verlaagd en de eliminatiehalfwaardetijd significant verhoogd.
  • van ondansetron geeft aan dat de zetpillen niet zijn onderzocht bij een matig of ernstig verminderde leverfunctie. Zie de geneesmiddelteksten.

Zwangerschap

Volgens Lareb 1:

  • komen 5HT3-antagonisten bij zwangerschapsmisselijkheid alléén in aanmerking als de gangbare behandelingen onvoldoende effectief zijn. Zie voor het beleid bij misselijkheid en braken tijdens de zwangerschap de indicatietekst Zwangerschapsbraken.
  • heeft bij de keuze voor een 5HT3-antagonist in het 2e en 3e trimester, ondansetron de voorkeur; er zijn dan géén aanwijzingen voor nadelige effecten.
  • bestaat er bij gebruik van ondansetron in het 1e trimester een kleine kans op een gespleten gehemelte. Echter, Lareb sluit ondansetron tijdens het 1e trimester niet uit, in tegenstelling tot de fabrikant, maar adviseert gebruik in het 1e trimester zorgvuldig af te wegen indien de gangbare behandelingen onvoldoende effectief zijn. Lareb benadrukt het belang van een goede behandeling van zwangerschapsmisselijkheid en –braken, omdat het ernstige nadelige gevolgen kan hebben voor moeder en kind.
  • is granisetron niet of nauwelijks onderzocht tijdens de zwangerschap; Lareb ontraadt dan ook het gebruik van dit middel.

In de productinformatie:

  • van ondansetron staat dat het gebruik tijdens het 1e trimester af te raden is, in tegenstelling tot het advies van Lareb, vanwege de kleine kans op een gespleten gehemelte bij de baby.
  • van granisetron staat dat het gebruik tijdens de zwangerschap uit voorzorg ontraden wordt, vanwege onvoldoende gegevens bij de mens.
  • van netupitant/palonosetron staat dat het gebruik is gecontra-indiceerd tijdens de zwangerschap, omdat uit dieronderzoek met netupitant reproductietoxiciteit is gebleken, waaronder teratogene effecten. Zie de geneesmiddeltekst.

Lactatie

Volgens Lareb 2 zijn over het gebruik van granisetron, ondansetron en palonosetron tijdens de borstvoeding geen gegevens bekend; om deze reden is het niet mogelijk om een uitspraak te doen over de mogelijke risico’s.

In de productinformatie staat vermeld dat het gebruik van granisetron, ondansetron en palonosetron ontraden wordt tijdens de borstvoedingsperiode en/of het geven van borstvoeding, vanwege gebrek aan gegevens. Zie de geneesmiddelteksten.

Kinderen

In het Kinderformularium 3 is voor de volgende indicaties en middelen een dosering beschikbaar:

  • Acute gastro-enteritis met braken en dehydratie: ondansetron.
  • Misselijkheid en braken bij chemotherapie: granisetron, ondansetron;
  • Misselijkheid en braken, postoperatief: granisetron, ondansetron.

In de productinformatie:

  • van granisetron en ondansetron staat een kinderdosering, bij misselijkheid en braken als gevolg van chemotherapie;
  • van ondansetron staat ook een kinderdosering, bij postoperatieve misselijkheid en braken;
  • van ondansetron wordt het gebruik van zetpillen bij kinderen ontraden, omdat het niet is onderzocht bij kinderen.

Kosten

Kosten laden…

Vergelijken

5HT3-antagonisten vergelijken met een andere geneesmiddelgroep.

Zie ook

Indicaties

Bronnen