Samenstelling
Prolutex Goodlife Pharma Nederland
- Toedieningsvorm
- Injectievloeistof
- Sterkte
- 25 mg/1,112 ml
- Verpakkingsvorm
- flacon
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Livial Organon Pharma BV
- Toedieningsvorm
- Tablet
- Sterkte
- 2,5 mg
Tibolinia Sandoz bv
- Toedieningsvorm
- Tablet
- Sterkte
- 2,5 mg
Tibolon Diverse fabrikanten
- Toedieningsvorm
- Tablet
- Sterkte
- 2,5 mg
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
Fertiliteitsbehandeling vindt plaats in de tweede- of derdelijnszorg. Medicamenteuze ovulatie-inductie wordt toegepast bij ovulatiestoornissen zoals polycysteus ovarium syndroom (PCOS). Bij de behandeling van PCOS is letrozol (offlabel) eerste en clomifeen tweede keus. Andere fertiliteitsbehandelingen, die bij diverse indicaties kunnen worden toegepast, zijn intra‐uteriene inseminatie (met of zonder milde ovariële hyperstimulatie), in-vitro fertilisatie (IVF) en intracytoplasmatische sperma‐injectie (ICSI). Bij IVF/ICSI vindt gecontroleerde ovariële hyperstimulatie plaats met gonadotrofinen, in combinatie met gonadoreline-agonisten of gonadoreline-antagonisten, afhankelijk van het gekozen schema.
Advies
Overweeg, bij hinderlijke vasomotorische klachten tijdens de overgang, hormoontherapie; evalueer na drie maanden. Maak in samenspraak met de vrouw de keuze tussen oraal of transdermaal estradiol. Geef vrouwen met een uterus, naast het oestrogeen, een (oraal) progestageen: cyclisch in de perimenopauze, continu in de postmenopauze. Geef vrouwen zonder uterus alleen oestrogeen. Overweeg bij klachten door urogenitale atrofie, behandeling met een vaginaal oestrogeen en/of een indifferent middel.
Het gebruik van tibolon wordt ontraden, omdat er geen voordelen zijn ten opzichte van hormoontherapie met oestrogenen en er weinig bekend is over het optreden van ernstige bijwerkingen.
Indicaties
- Ondersteuning van de luteale fase als onderdeel van geassisteerde voortplantingstechnieken (ART) bij onvruchtbare vrouwen die vaginale preparaten niet kunnen gebruiken of verdragen.
Gerelateerde informatie
Indicaties
- Symptomen van oestrogeendeficiëntie in de postmenopauze, meer dan een jaar na de menopauze.
Gerelateerde informatie
Doseringen
Ondersteuning van de luteale fase bij kunstmatige voortplantingstechnieken
Volwassenen
I.m.- of s.c.-injectie: 25 mg 1×/dag, te starten op de dag dat de eicellen worden verzameld, gewoonlijk tot 12 weken bevestigde zwangerschap voortzetten.
Toediening
- Diep intramusculair toedienen in femorale quadriceps van de rechter- of linkerdij óf subcutaan in voorkant van de dij of onderbuik;
- Langzaam injecteren, om lokale weefselschade te minimaliseren;
- S.c.-injectie kan door de patiënte zelf worden gedaan.
Doseringen
In geval van een natuurlijke menopauze, de behandeling pas ten minste 12 maanden na de laatste menstruatie starten; in geval van een operatieve of farmacologisch geïnduceerde menopauze kan de behandeling direct worden begonnen.
Symptomen van oestrogeendeficiëntie
Volwassenen (incl. ouderen)
2,5 mg 1×/dag.
Overschakelen van een andere hormoonsuppletietherapie (HST): bij overstappen van een continu gecombineerde HST, de behandeling beginnen op een willekeurige dag. Bij overstappen van een sequentieel gecombineerde HST, de behandeling beginnen op de dag direct na afronding van de voorafgaande behandelcyclus.
Een vergeten dosis kan tot 12 uur later worden ingenomen. Indien > 12 uur zijn verstreken, doorgaan met de volgende tablet zonder de vergeten dosis alsnog in te nemen.
Toediening: de tablet innemen zonder kauwen met wat water of een andere vloeistof, bij voorkeur steeds op hetzelfde tijdstip van de dag.
Bijwerkingen
Zeer vaak (> 10%): baarmoederspasme, vaginale bloeding. Reactie op de toedieningsplaats, zoals irritatie, pijn, jeuk of zwelling.
Vaak (1-10%): hoofdpijn. Misselijkheid, braken, buikpijn, opgezette buik, obstipatie. Pijnlijke of gevoelige borsten, verandering in vaginale afscheiding, vulvo-vaginale jeuk, ongemak of ontsteking. Ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS). Hematoom of verharding op de injectieplaats. Vermoeidheid.
Soms (0,1-1%): veranderde stemming. Duizeligheid, slaperigheid. Maag-darmstoornis. Jeuk, huiduitslag. Borstaandoening. Gevoel van warmte, malaise.
Bijwerkingen
Vaak (1-10%): pijn in onderbuik. Abnormale haargroei. Vaginale afscheiding en jeuk, verdikking van de endometriumwand, postmenopauzale hemorragie, gevoelige borsten, vulvovaginale candidiasis, vaginale bloeding, bekkenpijn, cervicale dysplasie. Gewichtstoename.
Soms (0,1-1%): acne. Vaginale mycose, tepelpijn.
Zelden 0,01-0,1%): jeuk.
Verder zijn gemeld: duizeligheid, hoofdpijn, migraine, visusstoornissen (zoals troebel zien), gastro–intestinale klachten, depressie, oedeem, huiduitslag, seborroïsche dermatitis, galblaasaandoeningen, huid– en subcutane aandoeningen (zoals chloasma, erythema multiforme, erythema nodosum, vasculaire purpura), spier– en gewrichtspijn, veranderingen in leverfunctiewaarden.
Interacties
Geneesmiddelen die CYP3A4 induceren (zoals rifampicine, carbamazepine, griseofulvine, fenobarbital, fenytoïne, middelen die sint-janskruid bevatten) kunnen de blootstelling aan progesteron verminderen.
Ketoconazol en andere remmers van CYP3A4 kunnen de blootstelling aan progesteron verhogen.
Dosisaanpassing van bloedglucoseverlagende middelen kan nodig zijn, omdat de glucosetolerantie mogelijk afneemt.
De plasmaconcentratie van ciclosporine kan toenemen.
Het effect van gelijktijdig gebruik van injecteerbare producten op de blootstelling aan progesteron is niet beoordeeld.
Interacties
Het effect van anticoagulantia kan worden versterkt, omdat tibolon de fibrinolytische activiteit in het bloed kan verhogen.
In vitro remt tibolon CYP2C9; wees voorzichtig met gelijktijdig gebruik van CYP2C9-substraten met een smalle therapeutische breedte, zoals fenytoïne en tolbutamide.
Theoretisch kan door gelijktijdig gebruik van leverenzyminducerende stoffen zoals bosentan, sint-janskruid, anti-epileptica (bv. fenobarbital, fenytoïne, carbamazepine) en antibacteriële/antivirale middelen (bv. rifampicine, rifabutine) de werkzaamheid afnemen.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. De beschikbare gegevens wijzen niet op een toegenomen kans op aangeboren afwijkingen. De gegevens over een mogelijk toegenomen kans op hypospadie zijn tegenstrijdig.
Advies: Uitsluitend bedoeld voor gebruik tijdens het 1e trimester van de zwangerschap als onderdeel van de behandeling met kunstmatige voortplantingstechniek.
Zwangerschap
Gezien de geregistreerde indicatie niet van toepassing.
Teratogenese: Dierstudies laten een embryotoxische werking zien. Bij optreden van zwangerschap de behandeling direct staken.
Advies: Gebruik is gecontra–indiceerd.
Vruchtbaarheid: Dierstudies laten antifertiele effecten zien.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Ja, nauwelijks.
Farmacologische effect: Progesteron zit van nature in moedermelk. Effecten op de melkproductie of op de zuigeling zijn niet gemeld bij gebruik als anticonceptivum.
Advies: Kan waarschijnlijk veilig gebruikt worden.
Lactatie
Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel of het geven van borstvoeding is gecontra–indiceerd.
Contra-indicaties
- onverklaarde vaginale bloeding;
- gemiste abortus of extra-uteriene zwangerschap;
- ernstige leverfunctiestoornis of -ziekte;
- bestaand of vermoed mammacarcinoom of geslachtshormoonafhankelijke maligniteit;
- (voorgeschiedenis van) arteriële of veneuze trombo-embolie of ernstige tromboflebitis;
- acute porfyrie;
- voorgeschiedenis van idiopathische geelzucht, ernstige jeuk of pemphigoid gestationis tijdens de zwangerschap.
Contra-indicaties
- veneuze trombo-embolie (diepveneuze trombose, longembolie) of arteriële trombo-embolische aandoening (angina pectoris, myocardinfarct, CVA of TIA) in de anamnese;
- trombofiele aandoening (zoals proteïne C–, proteïne S– of antitrombinedeficiëntie);
- acute leveraandoening (in de anamnese) zolang de leverfuncties niet zijn genormaliseerd;
- oestrogeenafhankelijke tumoren;
- mammacarcinoom in de anamnese;
- onbehandelde hyperplasie van het endometrium;
- onverklaarde vaginale bloedingen;
- acute porfyrie.
Waarschuwingen en voorzorgen
Bij vermoeden van een trombotische aandoening, gebruik staken (bv. myocardinfarct, cerebrovasculaire aandoening, arteriële of veneuze trombo-embolie, tromboflebitis of retinale trombose). Wees voorzichtig bij leeftijd > 35 jaar, roken en bij risicofactoren voor atherosclerose.
Het risico op retinale vasculaire laesies is mogelijk groter; staak het gebruik van progestagenen bij optreden van een voorbijgaand ischemisch voorval, plotselinge ernstige hoofdpijn of een visusstoornis gerelateerd aan papiloedeem of retinale bloeding.
Regelmatige controle is nodig bij:
- hartfalen, hypertensie, nierfunctiestoornis, astma, epilepsie en migraine in verband met mogelijke vochtretentie;
- diabetes mellitus wegens mogelijke afname van de glucosetolerantie;
- depressie (in de voorgeschiedenis); overweeg de behandeling te staken bij verergering van symptomen.
Wees voorzichtig bij milde tot matige leverfunctiestoornis; er zijn onvoldoende gegevens. Wees voorzichtig bij matige tot ernstige nierfunctiestoornis, omdat stapeling van cyclodextrinen (hulpstof in de injectievloeistof) kan optreden en er onvoldoende gegevens zijn.
Plotseling staken van toediening kan angstgevoel, humeurigheid en een verhoogde gevoeligheid voor toevallen veroorzaken.
Dit middel kan invloed hebben op de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen. Raadpleeg ‘Rij Veilig met Medicijnen’ van het IVM.
Waarschuwingen en voorzorgen
Combineer tibolon niet met andere HST-preparaten.
Beoordeel voortzetting van de behandeling periodiek, op zijn minst jaarlijks. Controleer de patiënt extra bij één van de volgende aandoeningen (i.v.m. terugkeren of verergeren) in de voorgeschiedenis:
- uterusmyomen of endometriose,
- endometriumhyperplasie,
- risicofactoren voor trombo-embolische aandoeningen (zie hierna),
- risicofactoren voor oestrogeengevoelige tumoren (zoals mammacarcinoom bij eerstegraads familielid),
- hypertensie,
- leveraandoening,
- cholelithiase,
- diabetes mellitus,
- migraine of ernstige hoofdpijn,
- systemische lupus erythematodes,
- epilepsie,
- astma,
- otosclerose.
Wees voorzichtig bij een verminderde hart- of nierfunctie, in verband met mogelijke vochtretentie. Wees voorzichtig bij bestaande hypertriglyceridemie wegens meer kans op pancreatitis.
Staak de behandeling direct in de volgende gevallen:
- tekenen van trombose;
- significante stijging van de bloeddruk;
- geelzucht of achteruitgang van de leverfunctie;
- voor het eerst optreden van migraine–achtige hoofdpijn;
- zwangerschap.
De kans op endometriumcarcinoom neemt toe, vooral bij een langere behandelduur. Transvaginale echo's laten zien dat met tibolon de endometriumwand dikker wordt. Verwijs voor een gynaecologisch onderzoek door, indien doorbraakbloedingen na zes maanden behandeling nog steeds optreden, òf 6 maanden na beginnen van de behandeling voor het eerst optreden, òf aanhouden na stoppen van de behandeling.
De kans op mammacarcinoom neemt toe naarmate de duur van het gebruik; na 3 jaar van gebruik is de kanstoename statistisch waarneembaar. Na staken van de hormoonsuppletietherapie neemt de opgebouwde kans af; dit duurt langer naarmate het middel langer werd gebruikt.
In tegenstelling tot bij andere HST, suggereren gegevens uit klinische studies dat de mammografische dichtheid niet toeneemt bij vrouwen die met tibolon behandeld worden.
Mogelijk neemt de kans op ovariumcarcinoom licht toe, wat statistisch waarneembaar wordt binnen 5 jaar van gebruik.
De kans op veneuze trombo–embolie neemt toe, met name in het eerste jaar; risicofactoren zijn een hogere leeftijd, positieve familie-anamnese, immobilisatie, obesitas (BMI > 30 kg/m²), carcinoom, systemische lupus erythematodes en mogelijk varicosis. Indien na een electieve operatieve ingreep langdurige immobilisatie is te verwachten, de behandeling vier tot zes weken vóór de ingreep onderbreken en pas hervatten bij volledige mobilisatie.
De kans op ischemisch CVA neemt toe vanaf het eerste jaar van behandeling met tibolon, vooral bij een hogere leeftijd (> 60 j.).
Er zijn enige aanwijzingen voor een toegenomen kans op dementie bij vrouwen die met hormoonsuppletietherapie zijn gestart op een leeftijd > 65 jaar.
Overdosering
Neem voor informatie over een vergiftiging met progesteron contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.
Eigenschappen
Steroïd, identiek aan het natuurlijke hormoon progesteron. Progesteron brengt het endometrium in de secretiefase, indien dit vooraf door oestrogenen is beïnvloed. Het bevordert de ontvankelijkheid voor het innestelen van een embryo. Na innesteling van het embryo helpt progesteron om de zwangerschap te handhaven.
Kinetische gegevens
Overig | bij s.c.-toediening worden steady-state-concentraties bereikt binnen ca. 2 dagen. |
Eiwitbinding | 96–99%, m.n. aan serumalbumine en corticosteroïdbindend globuline. |
Metabolisering | in de lever tot m.n. pregnaandiolen en pregnanolonen, die vervolgens worden geconjugeerd tot glucuronide- en sulfaatmetabolieten. Metabolieten die via de gal worden uitgescheiden, kunnen een enterohepatische kringloop ondergaan. |
Eliminatie | via de nieren en de gal. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Eigenschappen
Steroïd met oestrogene, progestagene en androgene activiteit. Heeft oestrogene effecten op vasomotorische symptomen. Werking: binnen enkele weken, optimaal na ten minste drie maanden.
Kinetische gegevens
Resorptie | snel en bijna volledig. |
T max | (van 3α-OH- en 3β-OH-tibolon) 1–1,5 uur. |
Metabolisering | na orale toediening vindt snelle omzetting plaats in twee metabolieten (3α-OH- en 3β-OH-tibolon) met oestrogene activiteit en een metaboliet met progestagene en androgene activiteit. |
Eliminatie | grotendeels in de vorm van geconjugeerde metabolieten, vnl. met de feces. |
T 1/2el | (van 3α-OH- en 3β-OH-tibolon) ca. 7 uur. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Groepsinformatie
progesteron (parenteraal) hoort bij de groep progestagenen, excl. anticonceptiva.
- dienogest (G03DB08) Vergelijk
- dydrogesteron (G03DB01) Vergelijk
- lynestrenol (G03DC03) Vergelijk
- medroxyprogesteron (bij maligne aandoening) (L02AB02) Vergelijk
- medroxyprogesteron (oraal) (G03DA02) Vergelijk
- megestrol (L02AB01) Vergelijk
- norethisteron (G03DC02) Vergelijk
- progesteron (oraal) (G03DA04) Vergelijk
- progesteron (vaginaal) (G03DA04) Vergelijk
- tibolon (G03CX01) Vergelijk
- ulipristal (bij uterusmyomen) (G03XB02) Vergelijk
Groepsinformatie
tibolon hoort bij de groep progestagenen, excl. anticonceptiva.
- dienogest (G03DB08) Vergelijk
- dydrogesteron (G03DB01) Vergelijk
- lynestrenol (G03DC03) Vergelijk
- medroxyprogesteron (bij maligne aandoening) (L02AB02) Vergelijk
- medroxyprogesteron (oraal) (G03DA02) Vergelijk
- megestrol (L02AB01) Vergelijk
- norethisteron (G03DC02) Vergelijk
- progesteron (oraal) (G03DA04) Vergelijk
- progesteron (parenteraal) (G03DA04) Vergelijk
- progesteron (vaginaal) (G03DA04) Vergelijk
- ulipristal (bij uterusmyomen) (G03XB02) Vergelijk